PERSPECTIEFNOTA Perspectief en begroting Leeuwarden heeft in 1998 de "Toekomstvisie Leeuwarden 2030" vastgesteld. Daarbij is een diagnose gegeven van de huidige situatie van de stad en een gewenst toekomstbeeld geschetst. Dit beeld is vertaald in een aantal strategische doelen, te weten: Een vitale, middelgrote stad met een inwonertal van 100 tot 125 duizend inwoners met een evenwichtige bevolkingssamenstelling De belangrijkste centrumgemeente in Noord- Nederland, naast Groningen, op het gebied van voorzieningen, werkgelegenheid en woonmilieus. Een stedelijke samenleving, waarvan de werkloosheid en de economische ontwikkeling vergelijkbaar zijn met het landelijk gemiddelde. Een aantrekkelijke gemeente met duurzame en hoogwaardige vestigingsmilieus voor zowel bedrijven als burgers. Een bereikbare stad, voorzien van effectieve transport- en vervoersystemen. Een veilige, leefbare gemeente. De in de Toekomstvisie Leeuwarden 2030 geschetste doelen zijn samen met het bestuursprogramma in het, in de perspectiefnota opgenomen, meerjaren- ontwikkelingsprogramma nader geconcretiseerd voor de periode tot 2010, met het accent op de periode 2001- 2004. De perspectiefnota voor de periode 2001 - 2004 is door u in het voorjaar 2000 vastgesteld. De in de perspectiefnota vermelde operationele doelen voor de middellange termijn zijn in de begroting vertaald in streefcijfers voor het jaar 2001. Omdat de begroting met een onderverdeling in beleidsproducten veel gedetailleerder is uitgewerkt dan de beleidsclusters in perspectief zijn ook de doelen voor de korte termijn in de begroting veelal op een gedetailleerder niveau uitgewerkt. Vergelijking van de operationele doelen uit de perspectiefnota en de prestatiecriteria uit de begroting maakt duidelijk dat zij niet optimaal op elkaar aansluiten. De prestatiecriteria in de begroting zijn vaak nog teveel instrumenteel geformuleerd, terwijl bij de perspectiefnota veelal uitgegaan is. van de te bereiken effecten. In de begroting zal duidelijker moeten worden aangegeven wat de relatie is tussen de activiteiten en/of producten in de begroting en de daarmee te bereiken effecten. In deze begroting is door enkele sectoren het aantal beleidsproducten teruggebracht teneinde de beleidsproducten meer op hoofdlijnen te formuleren. Deze in het kader van het project Orion uitgevoerde verbetering is een stap in de goede richting waarbij Blad 7 het einddoel nog niet bereikt is. Met die verdere verbetering van de begroting en de aansluiting daarvan op de operationele doelen van de perspectiefnota is inmiddels een aanvang gemaakt. 2.2 Sturen van ambities Na de moeizame bezuinigingsjaren heeft de gemeente raad op de door deze pijnlijke ingrepen ontstane basis en geholpen door een kerend economisch tij ingezet op de versterking van de sociaal-economische positie van Leeuwarden. Uitdrukkelijk doel is daarbij de kwetsbaarheid bij een kerend economisch tij te verkleinen en de eigen kracht te vergroten. Levi 2030 en de daarop gebaseerde perspectiefnota's gaan uit van die ambitie. Een ambitie, waarvan alle onderdelen van gemeentelijk beleid zijn doordrongen. Dat leidt tot spanning tussen de ambities en de middelen en mogelijkheden. Om die spanning stimulerend en beheersbaar te houden moet voortdurend gekozen worden. Ambities en plannen kunnen alleen gerealiseerd worden als ook gekozen wordt om activiteiten te beëindigen of te verminderen. Nu veel geïnitieerde activiteiten het moment van uitvoering naderen en duidelijker wordt op welke bijdragen van derden gerekend kan worden, wordt de omvang van de noodzakelijke eigen middelen duidelijker en daarmee de noodzaak om deze middelen vrij te maken. De komende perspectiefnota 2002 - 2005 zal dan ook moeten staan in het teken van een scherpere prioriteitsstelling van zowel nieuw beleid als te heroverwegen bestaand beleid.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 537