Artikel 9
DienstcontrolIer
De controller heeft voor zijn organisatie-eenheid,
onverlet de in artikel 3, lid 2 en in artikel 11, lid 1
aangeduide verantwoordelijkheden, de zorg voor:
a. de financiële planning en de aansluiting daarvan op
de beleids- en middelenplanning;
b. het opstellen van de beheersbegroting en de aan
sluiting op de daaraan ten grondslag liggende
activiteiten- en middelenplannen;
c. het opstellen van periodieke rapportages;
d. de tijdigheid, de volledigheid, de juistheid en de
toereikendheid van de onder zijn verantwoordelijkheid
gevoerde administraties en verstrekte informatie;
e. de opzet en de werking van de administratieve
organisatie (inclusief de interne controle) en van de
controlling;
f. het opzetten en het doen functioneren van een
budgetsysteem;
g. het bevorderen en het bewaken van de doelmatigheid
van het beheer en van de administratie;
h. de analyse en interpretatie van de beschikbare
gegevens. Hij bewerkt deze gegevens zodanig dat deze
(optimaal) geschikt zijn voor de sturing en de be
heersing van processen en activiteiten en voor de
bevordering en de beoordeling van de doelmatigheid en
de rechtmatigheid door het management van de
organisatie-eenheid;
i. de verslaggeving ten behoeve van de leiding en de
daarop te baseren bedrijfseconomische advisering;
j het tijdig nemen van de vereiste invorderingsmaat
regelen en van de wettelijke vervolgingsmaatregelen
bij het in gebreke blijven van gemeentelijke debiteu
ren
De dienstcontroller kan de directeur van zijn
organisatie-eenheid, gevraagd en ongevraagd, recht
streeks adviseren over de hiervoor genoemde taken.
De dienstcontroller kan de algemeen directeur en/of het
college van burgemeester en wethouders, gevraagd en
ongevraagd, rechtstreeks adviseren ten aanzien van de in
dit artikel genoemde taken. De concerncontroller
ontvangt daarvan een afschrift.
Indien de dienstcontroller een meer doelmatig beheer
mogelijk acht, treedt hij hierover in overleg met de
directeur. Zo nodig treedt hij zelfstandig in overleg
met de concerncontroller.
De dienstcontroller heeft een eigen verantwoordelijkheid
voor de financieel-technische aspecten van de
beheersbegroting, de rekening, de financiële rapportages
en de beleidsvoorstellen.
Blad 9
Artikel 10
Informatieplicht
1. De controllers worden tijdig en schriftelijk op de
hoogte gesteld van alle door de raad en het college van
burgemeester en wethouders respectievelijk de directeur
van de organisatie-eenheid genomen besluiten waaraan
financiële consequenties voor hun werkorganisatie zijn
verbonden
2. De daarvoor in aanmerking komende functionarissen
verstrekken de controllers alle gegevens en stukken die
zij ten behoeve van de juiste verzorging van de admi
nistratie, de financiële planning, de budgetbewaking of
de verslaggeving nodig hebben. Zij stellen in overleg
met hen en de verantwoordelijke directeuren zodanige
organisatorische maatregelen vast, dat aan deze ver
plichting tijdig en volledig wordt voldaan. De direc
teuren zien erop toe dat deze maatregelen worden geno
men
Artikel 11
Coördinatie informatievoorziening
1. De gemeentebegroting en de -rekening worden opgesteld
conform de geldende wettelijke bepalingen, het Besluit
gemeentelijke comptabiliteitsvoorschriften en de
specifieke gemeentelijke bepalingen.
2. Het opstellen gebeurt binnen door het college van
burgemeester en wethouders te stellen randvoorwaarden en
tijdsplanning.
3. De concerncontroller stelt in samenspraak met de dienst-
controllers een tijdsplanning op. Hierin wordt aange
geven op welke tijdstippen de beheersbegrotingen en de
-rekeningen, de rapportages alsmede andere relevante
gegevens beschikbaar moeten komen. Doel is de tijdigheid
van de verstrekking van gegevens door de verschillende
organisatie-eenheden te waarborgen.
Artikel 12
Verantwoording en decharge
1. Iedere organisatie-eenheid stelt jaarlijks een rekening
en een verslag over het gevoerde beheer op. Deze dienen
voor het afleggen van verantwoording aan de algemeen
directeur. Vervolgens legt deze verantwoording af aan
het college van burgemeester en wethouders.
2. Aanbieding van de rekening en het verslag door de
directeur van de organisatie-eenheid geschiedt binnen de