Blad 2
door zorg te dragen dat het beschikbare aanbod ook
toegankelijk wordt voor ouders en kinderen.
Behoefteonderzoek kinderopvang
Om de beleidskeuzes in de kadernota verder te kunnen
concretiseren, is in onze gemeente een behoefteonderzoek
kinderopvang uitgevoerd. Het eindrapport is voor u als
bijlage bij voorliggend raadsvoorstel gevoegd.
Het onderzoek bestond uit een drietal fasen:
Opstellen van een kwantitatieve prognose tot 2010;
Kwalitatieve behoefte-inventarisatie bij gebruikers;
Kwalitatieve ontwikkelingsprognose door deskundigen.
Kwantitatieve prognose tot 2010
In de kinderopvang wordt de capaciteit uitgedrukt in
kindplaatsen. Op één kindplaats kan één kind een hele week
worden opgevangen. In de praktijk maken gemiddeld iets
minder dan twee kinderen gebruik van één kindplaats.
Recente cijfers:
1998
1999
Aantal locaties
10
13
Aantal kindplaatsen
818*
850*
Aantal opgevangen kind.
1399
1533
Verhouding tussen kind
0, 58
0,55
plaatsen/kinderen
(aantal is inclusief bedrijfsopvang)
De verdeling van kindplaatsen over verschillende
opvangvormen in 1999:
kinderdagverblijven: 356 (42%)
buitenschoolse opvang: 222 (26%)
gastouderopvang272 (32%)
Vraagprognose kindplaatsen naar soort opvang:
minimaal scenario maximaal scenario
2005 2010 2005 2010
kinderdagverblijf 601
gastouderopvang 371
buitenschoolse opvang 458
Totaal 1430
703 647 806
435 442 604
535 489 604
1673 1578 2014
Bij het opstellen van een vraag/aanbodverhouding wordt in
het onderzoek uitgegaan van het totaal aantal
opvangplaatsen in 1999 ad 850 de tot 2003 met behulp van
een stimuleringsbijdrage nog te realiseren plaatsen ad
248*. Uit de cijfers betreffende de vraagprognose blijkt,
Blad 3
dat met dit totaal aantal van 1.098* niet kan worden
voldaan aan de vraag in het maximale scenario ad 2.014
kindplaatsen in 2010. Overigens bestaat de verwachting dat
met name de bedrijfsopvang in de periode tot 2010 nog
aanzienlijk zal uitbreiden (zie de paragraaf over de wet
basisvoorziening kinderopvang) en mee aan de groeiende
vraag zal kunnen voldoen.
(op pag. 14 is abusievelijk vermeld dat naast een totaal
aantal van 1091 plaatsen in 2003 nog 254 plaatsen zijn
toegekend. Dit aantal van 254 is echter onderdeel van de
totale toekenning door het Rijk ad 399 plaatsen in de
periode tot en met 2002)
Kwalitatieve prognose gebruikers
De toekomstige behoefte van de ouders is bepaald aan de
hand van een telefonische enquête. Verder zijn door middel
van interviews de toekomstige behoeften van bedrijven
onderzocht. Naast deze behoefte-inventarisatie bij
gebruikers is, om de prognose op langere termijn te kunnen
toetsen, aan een aantal deskundigen gevraagd een visie te
geven op de vraagontwikkeling in de kinderopvang tot 2010.
In grote lijnen onderbouwen de meningen van gebruikers en
deskundigen de uitkomsten van de kwantitatieve prognose. De
stijging van de vraag naar kinderopvang en de bestaande
knelpunten rechtvaardigen een keuze voor de maximale
variant. Een te verwachten grote stijging in
arbeidsmarktparticipatie van vrouwen is een tweede argument
om te kiezen voor laatstgenoemde variant.
De deskundigen voorzien een (sterke) afname van de
gastouderopvang daar het steeds moeilijker blijkt te zijn
om gastouders te werven. Dit knelpunt leidt tot een grotere
vraag naar kinderdagverblijven en buitenschoolse opvang.
Verder blijkt uit het onderzoek dat spreiding van
voorzieningen over de verschillende wijken van Leeuwarden
gewenst is en over 't algemeen opvang in de woonomgeving
en/of de school de voorkeur geniet.
De mening over de noodzakelijke flexibiliteit van
voorzieningen is wisselend. Verder bestaat de verwachting
dat de behoefte aan kinderopvang ten behoeve van de
doelgroep in het kader van achterstandsbestrijding
duidelijk zal toenemen.
Slotopmerking
In het kader van het onderhavige raadsvoorstel wordt
slechts in het kort ingegaan op de uitkomsten van het
behoefteonderzoek kinderopvang. Voor meer uitgebreide
informatie verwijzen wij u kortheidshalve naar bijgevoegd
eindrapport