Blad 29
In onze vergadering van 13 maart '01 hebben wij het rapport
Leeuwardennaar een complete stad" vrij gegeven en het
besluit genomen uw raad, alsmede de bestuurders van de
regiogemeenten, de Westergo-zone en de provincie te
raadplegen over het vervolg van RES.
Met "Leeuwarden, naar een complete stad" is naar ons idee
een studie neergelegd die, blijkens de eerste presentaties
aan uw raad, aan besturen van omliggende gemeenten en aan
de Leeuwarder samenleving, op diverse onderdelen op een
breed draagvlak kan steunen. De studie biedt dus zeker
interessante handvatten voor een vervolg. Dat vervolg is
nodig, omdat de studie een aantal ontwikkelingslijnen
schetst die nog uitgewerkt moeten worden en waar'over nog
keuzes moeten worden gemaakt.
Tevens is in algemene zin het besluit genomen dat BVR bij
het vervolg betrokken zal zijn en dat de samenhang tussen
het vervolg van RES, LEVI 2030, het Meerjaren
Ontwikkelingsprogramma Leeuwarden (MOP)de structuurvisie
Binnenstad en de positionering van Leeuwarden aanvraag
Perspectiefnota 2002) beter in beeld gebracht moet worden
wat betreft inhoud, financiën, planning en organisatie.
Bij brief van 28 maart 2001 hebben wij u een exemplaar
gezonden van het rapport. Voor de goede orde ligt een
exemplaar van het rapport voor u ter inzage.
Het vervolg van RES bestaat uit twee te onderscheiden
onderdelen: de ontwikkeling van een Stadsvisie en die van
een Regiovisie'. De ontwikkeling van beide visies verloopt
parallel; regelmatig vindt interactie plaats. De Stadsvisie
zal basis zijn voor een nieuwe structuurschets voor
Leeuwarden en richtpunt voor een actualisering van het MOP.
De Regiovisie zal een belangrijke bouwsteen zijn voor het
nieuwe Streekplan Fryslan. Beide visies zullen voor
Leeuwarden worden geïntegreerd in 1 visie. Gezien het
verschil in abstractieniveau en functie vraagt de
ontwikkeling van de visies om een verschillende
organisatie
Aan u wordt voorgesteld te besluiten akkoord te gaan met
ons voorstel voor de ontwikkeling van een Stadsvisie en
akkoord te gaan met het inzetten van de bij Perspectief
2002 geclaimde middelen voor de positionering van
Leeuwarden. Ons voorstel is gebaseerd op een door BVR
opgesteld Plan van Aanpak, dat voor u ter inzage is gelegd.
NB. Het Plan van Aanpak voor de ontwikkeling van een Regiovisie (inclusief
Westergo) zal naar verwachting in september 2001 ter besluitvorming aan u
worden voorgelegd.
Leeswij zer
Deze nota is als volgt opgebouwd.
Achtereenvolgens komen de kern van het rapport Leeuwarden
naar een complete stad, de beoogde resultaten van het
project vervolg RES-Stadsvisiede vervolgstappen van RES-
Stadsvisie, de organisatie, de kosten en de dekking aan de
orde
Met regiovisie wordt bedoeld een visie voor Stadsregio en Westergozone tezamen
Blad 30
1. Kern van het rapport Leeuwarden, naar een complete stad,
agenda voor een regiovisie
De kern van het rapport van BVR is, dat voor een goede
duurzame schaalsprong van Leeuwarden meer nodig is dan het
uitvoeren van de voorgenomen projecten (Leeuwarden-West,
Leeuwarden-Zuid, structuurvisie Binnenstad, FEC-gebied,
etc.) Van nog groter belang acht BVR het om alle projecten
in samenhang te ontwikkelen en daarbij de binnenstad als
uitgangspunt te nemen.
In de woorden van BVR: "Zonder een florerende binnenstad
zal Leeuwarden nooit de geambieerde positie kunnen
verwerven"Groei van de stad is niet voldoende om het
gewenste stedelijke niveau te bereiken. Primair gaat het
erom een hechte en duurzame stad te ontwikkelen. De
voorgestelde fysiekruimtelijke structuur is een
noodzakelijke voorwaarde om de stad in staat te stellen ook
in economisch en sociaal opzicht de gewenste schaalsprong
te maken. Het gaat dan om de invulling van de fysieke
ruimte met gebouwen, activiteiten en functies. Dit vraagt
minder om andere projecten dan wel om een "andere
denkwijze, aanpak, ontwikkelingsmethoden en strategie van
de stedelijke opgaven".
De binnenstad wordt centraal gesteld; projecten en beleid
moeten op hun effecten voor de binnenstad worden getoetst;
de bereikbaarheid van de binnenstad moet worden gewaarborgd
en de functie van de radialen (de toegangswegen) naar de
binnenstad versterkt. De samenhang tussen projecten moet
worden verbeterd. Ook dient een duurzame ruimtelijke
structuur ontwikkeld te worden, die bes tand is tegen zowel
groei als krimp: nog aanwezige structurele verbindingen
moeten worden hersteld en nieuwe aangebracht. Stedelijke
vernieuwing en nieuwe uitbreidingen moeten worden gebruikt
om structurele verbindingen te realiseren en om
functiedifferentiatie aan te brengen. Daarbij moeten de
mogelijkheden tot clustering en bundeling van aan elkaar
gelieerde economische activiteiten worden benut.
Over het huidige beleid ontstaat bij BVR het beeld van een
voortdurende vlucht vooruit, terwijl een paraplu, een
samenhangende visie ontbreekt.
De noodzaak en urgentie voor een integraal bestuurlijk
afwegingsinstrumentarium zijn groot. Verder wordt gezegd
dat het imago van Leeuwarden verbeterd moet worden.
Leeuwarden is belangrijk voor de regio, maar de regio
omgekeerd ook voor Leeuwarden. Datzelfde geldt voor de
stadsregio/ Westergozone in relatie tot de A7-zone.
Wat bovenal van belang is, is het zelfbewustzijn dat
Leeuwarden - de dynamische hoofdstad van Friesland - een
fantastische stad is die op de toekomst is voorbereid.
De kern van RESI
een agenda voor de nabije toekomst op verschillende
niveaus (stad, regio, provincie, het Noorden)
een visie over de stad en haar verbindingen met de
omgeving (binnenstad als ijkpunt)