3.2 ECONOMISCHE PIJLER
3.2.1 Economie, arbeidsmarkt en kennis
Strategische doel(en):
Operationele doelen
In 2005 zal het werkloosheidspercentage nog maar op 125% van het landelijke
werkloosheidspercentage liggen en daarmee dalen van 16% (begin 2000) naar
circa 11% (2005).
De groep gebruikers van de declaratieregeling zal met ongeveer 5% per jaar
toenemen tot 35% in 2005.
Het aantal aanmeldingen door sociale zaken van bijstandsgerechtigden voor
een schuldhulpverleningstraject zal jaarlijks stijgen met ongeveer 10%; dit
betekent dat het totaal aantal verwijzingen in 2005 stijgt naar 55.
Door de inzet van een regeling voor categoriale bijstand zal na 2 jaar het
gebruik van de bijzondere bijstand met 20% zijn toegenomen.
Alle mensen die op, of vanaf januari 1998 een bijstandsuitkering
hadden/hebben zijn in 2002 in beeld en er is een plan voor vastgesteld; dit
betreft 1.750 bijstandsgerechtigden in fase 2/3; 1.600 jongeren; 400
bijstandsgerechtigden in fase 4. Alle overige bijstandsgerechtigden in fase 4 zijn
in beeld.
In 2002 zal het bestand aan uitkeringsgerechtigden in Leeuwarden per saldo
met 1.200 zijn afgenomen ten opzichte van het aantal op 1 januari 1998
(5.400).
Allochtone werklozen zullen minimaal naar evenredigheid gebruik maken van
de werkgelegenheidsinstrumenten.
In de Leeuwarder achterstandswijken neemt het percentage kinderen dat met
een achterstand de basisschool betreedt af met 10%.
Het aantal gevallen van schoolverzuim en ongediplomeerd schoolverlaten is in
2002 met 10% verminderd ten opzichte van het schooljaar 1998-1999.
In 2002 zijn alle jongeren in Leeuwarden of aan het werk, of naar school, of op
een traject naar een van beide (onder meer het uitvoeren van 10
kansentrajecten voor allochtone jongeren).
In 2001 zal op 50% en in 2002 op 80% van alle scholen voorlichting gegeven
worden over risicovol experimenteergedrag met drugs.
In de periode tot 2002 zullen in totaal 60 extra trajecten voor (kansrijke)
verslaafden (20), daklozen (10), zwerfjongeren (10), mensen in de crisisopvang
(10), uit Blijf-van-m'n-Lijf (10) worden uitgevoerd; deze trajecten zijn gericht op
uitstroom naar betaald of onbetaald werk of opleiding en worden uitgevoerd in
het kader van een case-management-experiment.
3.13.2 Beleidsontwikkelingen
In overleg met de instellingen zijn voorstellen uitgewerkt voor de invulling
van de nieuwe aanpak in de achterstandsbestrijding. Het nieuwe beleid
stelt de individuele hulpvrager centraal. Een individueel pakket van
maatregelen staat garant voor het wegnemen van achterstanden. Dat
maatwerkpakket wordt aangeboden door één instelling of organisatie
(hoofdaannemer), die alle elementen uit dat pakket inkoopt bij andere
instellingen. Inmiddels zijn pilotprojecten, op basis van deze nieuwe
werkwijze, gestart voor de uitwerking van een voorziening van
schuldhulpverlening voor het aanbieden van trajecten aan dak- of
thuislozen.
In 2002 starten wij met de nieuwe aanpak in de keten jeugd en onderwijs.
Daarbij staan de kaders, die in onze aanpak rond het
OnderwijsKansenPlan zijn verwoord, centraal.
28
PERSPECTIEFNOTA 2002 - 2005
De vernieuwing van het lokaal sociaal beleid lukt alleen als de uitvoerende
instellingen voldoende kracht en kwaliteit kunnen genereren voor de
uitvoering, maar ook voor, bijvoorbeeld, de rapportage over resultaten of
over de geleverde kwaliteit. De gemeente heeft sterke partners nodig. Een
voorwaarde voor uitvoerende instellingen om de noodzakelijke inzet te
realiseren is een professionele bedrijfsvoering. Veel instellingen zijn in de
afgelopen jaren onvoldoende in de gelegenheid geweest om de
bedrijfsvoering te ontwikkelen. Daarom wordt voorgesteld om instellingen
in de gelegenheid te stellen om deze voorwaarde in te vullen. Hiervoor
wordt een investeringsbudget van f 1 miljoen beschikbaar gesteld,
waarmee aan instellingen een aanpak op maat kan worden geboden.
Tenslotte speelt de discussie of, hoe en hoe lang in onze gedecentraliseerde
eenheidsstaat de gemeentelijke overheid maatregelen kan nemen die niet
sporen met het rijksbeleid. Gedoeld wordt dan op het helpen van
uitgeprocedeerde asielzoekers die niet het land kunnen of willen verlaten.
In bijlage A treft u een voorstel aan dat ingediend is door raadslid de heer
Stoker, om de stichting Respons financieel te steunen. Omdat er in dit
voorstel geen concreet bedrag genoemd is, laten wij het, onder de
mededeling dat de meerderheid van het college voor een incidentele
bijdrage is, aan het politieke oordeel van de Raad over om over het voorstel
een besluit te nemen.
Vanuit de noodzaak de hoge werkloosheid van thans (ca. 13%), terug te
brengen tot het landelijk gemiddelde, wordt fors ingezet op de economische
ontwikkeling van Leeuwarden: ontwikkeling van bedrijven- en
kantoorlocaties, inspelen op en actief ontwikkelen van ICT gerelateerde
bedrijvigheid, de acquisitie van bedrijven, het binnenhalen van subsidies,
bevordering van het toerisme en het hebben van een aantrekkelijke
binnenstad. In de afgelopen jaren zijn veel structurele en
investeringsmiddelen beschikbaar gesteld om deze forse inzet handen en
voeten te geven.
De groei in de werkgelegenheid is mede dankzij de economische situatie zo
positief dat het gerechtvaardigd is om de middelen voor de stimulering van
de werkgelegenheid selectiever in te zetten.
3.2.1.1 Strategische en operationele doelen (MOP)
Versterking van de werkgelegenheidsstructuur door middel van het stimuleren van de
werkgelegenheidsgroei en het terugdringen van de werkloosheid.
Het realiseren van een aantrekkelijk en concurrerend vestigingsklimaat.
Het versterken van de aansluiting tussen scholing en arbeidsmarkt.
Het versterken en beter benutten van de kennisinfrastructuur in Leeuwarden.
Het versterken van de regionale verankering van het MBO.
Het versterken van de landsdelige functie van Leeuwarden als HBO-stad.
29
PERSPECTIEFNOTA 2002 - 2005