Blad 4 Artikel 5 van de wet schrijft voor dat in de verordening een hardheidsclausule moet worden opgenomen om in bijzondere gevallen voorzieningen boven f 100.000,- 45.378,-) te kunnen treffen. Deze clausule is in artikel 2.4 van de verordening opgenomen. ad2 Indicatieadvies van het RION De wet verplicht de gemeenten om bij dure woningaanpas singen eerst een advies in te winnen bij het Regionaal indicatieorgaan om de integrale zorgbehoefte in beeld te brengen. Door het bureau Wvg is in samenwerking met het RION een procedure afgesproken waarmee per 1 april 2000 aan deze wettelijke verplichting wordt voldaan. Overigens zal het naar verwachting om slechts een beperkt aantal gevallen per jaar gaan. De verplichte adviesaanvraag is in artikel 1.5. lid 2 in de verordening opgenomen. ad3 Uitraasruimte De uitraasruimte dient als Wvg-voorziening in de verorde ning te worden opgenomen. Een uitraasruimte is een verblijfsruimte waarin een gehandicapte die vanwege een gedragsstoornis ernstig ontremd gedrag vertoont zich kan afzonderen of tot rust kan komen. De uitraasruimte is in artikel 2.1. eerste lid onder b. vermeld. ad. 4 Cliëntenparticipatie De bedoeling is om het beleid ten aanzien van de cliënten participatie te formaliseren door het neer te leggen in een verordening. Door de Algemene inspraakverordening van de gemeente Leeuwarden van toepassing te verklaren wordt aan de wettelijke verplichting voldaan. De facilitering kan plaatsvinden op grond van de Algemene subsidieverordening en de toepasselijke deelsubsidieverordeningIn artikel 1.13. van de verordening is een en ander geregeld. De wetswijziging is op zich geen reden om het huidige cliëntenparticipatiebeleid ingrijpend te wijzigen. Wel dient verbreding plaats te vinden, omdat de wet voor schrijft dat de participatie betrekking moet hebben op het totale gehandicapenbeleid in gemeenten. In Leeuwarden functioneert vanaf de start van de Wvg in 1994 het Platform Wvg gebruikers. Het ligt voor de hand dat het Platform een belangrijke rol blijft spelen bij de wettelijke cliëntenparticipatie. Dit platform wordt al vanaf 1994 door de gemeente gesubsidieerd. Er is inmiddels overleg opgestart met het platform om te bekijken op welke wijze verbreding plaats kan vinden. Blad 5 ad. 5. Integrale indicatie De wetgever heeft een kapstokartikel opgenomen op grond waarvan hij bij Algemene maatregel van bestuur het gemeentebestuur kan verplichten om voor alle Wvg-voor- zieningen een indicatieadvies in te winnen bij het indicatieorgaan. De wetgever wil de integrale indicatie stelling bevorderen. Momenteel voert het Rijk een beleid waarbij die integrale indicatiestelling tot uitvoering zou moeten komen in de regionale indicatieorganen, die van oorsprong zijn opgericht om de indicatie voor verzorging en verpleging uit te voeren. Het Rijk probeert middels over tuiging en facilitering de gemeenten er toe aan te zetten om ook de Wvg-indicatieadviezen onder te brengen bij de RIO's. In komende jaren zal duidelijk moeten worden of het model van de RIO's het meest geschikt is om de gewenste doelstellingen van klantgerichtheid, effectiviteit en efficiency te behalen. Indien het antwoord op die vraag door alle partijen positief beantwoord is dan kan de wetgever het kapstokartikel gebruiken om het geheel een wettelijk kader te bieden. Leeuwarden onderzoekt samen met een aantal andere gemeenten en het RION op welke wijze hier de integrale indicatiestelling vorm kan krijgen. 22 Jurisprudentie Als gevolg van een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep mogen gemeenten bij een aanvraag voor een verhuis kostenvergoeding of losse woonvoorziening niet het criterium "ergonomische belemmeringen" gebruiken. Volgens de Centrale Raad van Beroep vormt het begrip "ergonomische" een ongeoorloofde inperking van de wettelijke zorgplicht. Er moet worden getoetst op het begrip "aantoonbare beperkingen van medische aard die het normale gebruik van de woning belemmeren", bijvoorbeeld cara of allergieën. Om de verordening in lijn te brengen met deze jurisprudentie wordt het begrip ergonomische belemmeringen op sommige plaatsen in de verordening aangepast. Verder is het inkomensbegrip nader toegelicht naar aanleiding van het standpunt van de Centrale Raad van Beroep dat bij de vaststelling van het inkomen er in bijzondere omstandigheden ruimte moet zijn om rekening te houden met ten gevolge van de handicap op dat inkomen drukkende kosten. Deze nadere uitwerking is opgenomen in de toelichting op artikel 1.1. onder g. van de verordening. Overigens is deze wijziging van ondergeschikt belang, gezien het feit dat in onze voorstellen slechts in een zeer beperkt aantal gevallen nog met inkomen rekening wordt gehouden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2001 | | pagina 32