7.2 Achterstandproblematiek
Bovenstaande grafiek bevat het aantal uitkeringsgerechtigden (ABW en BZ exclusief
IOAW/IOAZ). De grafiek bevat drie soorten gegevens. Allereerst is het aantal uitke
ringsgerechtigden per 1 januari van elk jaar weergegeven. Vervolgens is per jaar het
jaargemiddelde opgenomen. De lijn geeft de norm aan die de gemeente Leeuwarden
zich tot 2005 heeft gesteld. Sinds 1997 neemt het aantal uitkeringsgerechtigden gestaag
af. De gemeente streeft naar een verdere afname van de uitkeringsgerechtigden tot 4100
in 2005.
De grafiek geeft weer dat in de loop van 2000 het aantal uitkeringsgerechtigden onder
de norm is gekomen, gezien de afvlakking van de normlijn is de verwachting dat het
uitkeringsbestand zich op 4100 personen zal stabiliseren.
Grafiek 7.2 bevat percentages van het aantal bijstandsuitkeringgerechtigden op de be
volking van Leeuwarden en het procentueel aantal uitkeringsgerechtigden met een
WAO of AA W-uitkering. Voor beide categorieën is aangegeven welk deel al langer dan
driejaar een uitkering krijgt.
In 1997 krijgt 9% van de bevolking (15-64 jaar) een bijstandsuitkering. De helft van de
uitkeringsgerechtigden doet langer dan driejaar een beroep op de bijstandsuitkering.
Sinds 1997 is een geleidelijke afname van het percentage bijstandsuitkeringgerechtig
den te herkennen tot 7% in 2000. Deze afname is minder te onderkennen bij uitkerings
gerechtigden die langer dan driejaar een uitkering krijgen. In 1999 vertoont deze groep
een lichte daling, maar het aantal stabiliseert zich in 2000. De economische hoogcon
junctuur en het gevoerde arbeidsmarktbeleid hebben zeker een bijdrage geleverd aan de
afname van het aantal bijstandsgerechtigden. De bijstandsgerechtigden die overblijven
zijn veelal moeilijker toe te leiden naar werk of scholing.
Het aandeel van WAO en AAW gerechtigden op de totale bevolking is sinds 1997 sta
biel (8%). Het totaal aandeel uitkeringsgerechtigden blijft vrijwel gelijk maar het per
centage mensen dat langer dan driejaar deze uitkeringen ontvangt neemt af. In 1999
doet driekwart van de uitkeringsgerechtigden (WAO en AAW) al langer dan driejaar
een beroep op deze uitkeringen.
7.1 Uitkeringsgerechtigden
7000
61
7.2 Sociaal minimum
10%
1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004
jaar
E bijstanduitkeringsgerechtigden van bev. 15-64 jr waarvan langer dan driejaar
Q uitkeringsgerechtigden WAO en AAWD waarvan langer dan driejaar
62