Beleid en doelen Economische pijler Fysieke pijler Sociale pijler
ruimte blijven bieden om nu aanwezige kansen te benutten. Ons streven is om daar als
gemeente zodanig van te profiteren dat royaal geïnvesteerd kan worden in een sociaal even
wichtige, veilige en duurzame ontwikkeling. Deze moet uiteindelijk de bevolking van deze
gemeente, en van de hele regio, ten goede komen.'
FINANCIEEL SOLIDE, MET BEPERKTE LASTENDRUK
Er bestaat een spanning tussen de eis van financiële soliditeit, hoge investeringsopgaven en
beperking van de lastendruk. Onze inzet was en is om met name de woonlasten, vooral ook
voor kwetsbare groepen, te beperken en met name de onroerend zaakbelasting niet te verho
gen. Dit draagt ook bij tot de aantrekkelijkheid van Leeuwarden als vestigingsgemeente voor
bedrijven en woongemeente voor de nieuwe werknemers.
Ook hier maakte groei op veel terreinen in combinatie met een vriendelijk economisch klimaat
het mogelijk om deze combinatie van doelstellingen te bereiken. Het financiële resultaat was
13 5,9) miljoen gunstiger dan begroot, zodat het nadelig exploitatiesaldo beperkt bleef tot
346.000,- 157008).
Dit was in belangrijke mate te danken aan een 5,3 2,4) miljoen hogere uitkering uit het
gemeentefonds dan was begroot. De kosten van rente en afschrijving kwamen 3,6 1,6) mil
joen lager uit. Voorts was sprake van een lagere bijdrage in het nadelig saldo van de dienst Ste
delijke Werkvoorziening 2,3 1,0) miljoen.
Daar stond, als uitvloeisel van het door ons gewenste beleid en als gevolg van een aantal
bezwaarprocedures, een lagere opbrengst voor Onroerend Zaak Belasting tegenover van 2,6
1,2) miljoen. Met deze post werd al een belangrijke bijdrage geleverd tot matiging van de
lastendruk, waarmee Leeuwarden zich gunstig onderscheidde ten opzichte van de meeste ver
gelijkbare gemeenten in Nederland.
Voor de overige heffingen werd over het algemeen de inflatiecorrectie toegepast, zodat de
meeste inwoners er qua lastendruk in verhouding op vooruitgingen.
SAMENWERKING MET OVERHEDEN
Positieve ontwikkelingen in en voor Leeuwarden worden mede mogelijk gemaakt door de
samenwerking met andere overheden.
De Europese Unie bekrachtigde in het voorjaar van 2000 het noordelijke zonebeleid en
maakte via de 'Steunkaart' extra regionale stimulering mogelijk.
Het Rijk kende eind 1999 via het zogenaamde Stadsconvenant voor de komende jaren voor
ongeveer 273 123,9) miljoen aan investeringen in Leeuwarden toe.
In noordelijk verband werd een extra stimuleringsprogramma op basis van het
'Langmanakkoord' uitgewerkt in een 'Kompas voor het Noorden'. Dat gaf overheden, bedrij
ven, instellingen en particulieren de ruimte om door vernieuwing en verbetering de econo
mische uitgangspositie te versterken. Deze impuls moet in de periode tot 2006 via de uit
voering van een groot aantal grote en kleinere projecten leiden tot een extra groei van de
werkgelegenheid in de drie noordelijke provincies met 43.000 arbeidsplaatsen.
De provincie Fryslan vulde het ruimtelijk beleid, neergelegd in o.m. de nota 'Wenjen yn Frys-
lan', nader in. Aan Leeuwarden is voor de periode tot 2009 een groei met ruim 8.000 wonin-
GEMEENTE LEEUWARDEN
JAARVERSLAG 2000
gen toegewezen. Actief draagt de provincie in de periode tot 2010 voor 50 22,7) mil
joen bij in investeringen in diverse projecten in Leeuwarden.
Buurgemeenten in het Stadsgewest dragen tien jaar lang 1,2 miljoen (totaal 12 5,5)
miljoen gulden) bij in verbetering van de bereikbaarheid van de stad Leeuwarden. Zij leve
ren zo een bijdrage in de functies van Leeuwarden voor hun inwoners die hier werken,
onderwijs volgen en gebruik maken van de hoofdstedelijke voorzieningen.
Met gemeenten in de Westergo-zone groeide de onderlinge afstemming.
Beleid en doelen
Economische pijler
Fysieke pijler
Sociale pijier