Blad 2
2. ACTIVERINGSBELEID
2.1 Taakstellend Activeringsbeleid
In het jaar 2000 werd door de gemeente Leeuwarden verder
gewerkt aan de ontwikkeling en uitbreiding van de
faciliteiten voor werklozen op het gebied van arbeidsmarkt-
toeleiding en reïntegratie in het arbeidsproces. Het was
het derde jaar, waarin de uitvoering van het Taakstellend
Activeringsbeleid centraal stond. Daarin werden concrete
doelen gesteld aan de stimulering van de uitstroom uit de
bijstand, het aanbieden van reïntegratietrajecten en het
voorkomen van langdurige werkloosheid. Die doelen blijken
op driekwart van de rit al voor een belangrijk deel
gerealiseerd te zijn. Gesteund door de aantrekkende vraag
op de arbeidsmarkt en op weg geholpen door de extra
middelen van het rijk in het kader van het Grotesteden-
beleid werd het streefdoel van reductie van 1200 bijstands
cliënten ten opzichte van 1998 reeds op 1-1-2001 bereikt.
In het kader van het Taakstellend Activeringsbeleid heeft
de gemeente de doelstelling uitgesproken in het jaar 2000
het aantal bijstandsgerechtigden met 250 te laten afnemen.
Dankzij de inzet van een scala aan instrumenten ter
activering en de goede sociaal-economische omstandigheden
is het aantal bijstandsgerechtigden gedaald met 346 en zijn
er ultimo 2000 nog 4.111 cliënten aangewezen op inkomens
ondersteuning. Begin 1996 bedroeg dit aantal nog 6.093.
Daarmee is in 5 jaar tijd het totale bestand met ruim 32%
afgenomen. Er kan derhalve van een zeer gunstige ontwikke
ling worden gesproken. Voor het jaar 2001 wordt een
geringere afname verwacht mede door de instroom van een
aantal VVTV'ers die in 2000 nog onder de vreemdelingenwet
vallen
De opbouw van het bestand wijzigt sterk door de daling van
het aantal uitkeringsgerechtigden. De groep cliënten die is
ingedeeld in fase 1 - direct bemiddelbaar naar werk - is
sterk gedaald naar 5% van het bestand. Het relatieve
aandeel van de groep cliënten dat is ingedeeld in fase 4 -
met grote tot zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt -
neemt daarentegen toe tot bijna 70%.
22 Sluitende aanpak
Het accent kwam gaandeweg steeds meer te liggen op een
sluitende aanpak, waarbij iedereen die werkloos wordt en
niet zelf aan het werk kan komen binnen 12 maanden na
instroom een arbeidsmarktgericht aanbod krijgt. Voor de
fase 2/3 groep en voor jongeren 23 jr is die sluitende
aanpak al zo goed als gerealiseerd. Voor het zittende
bestand, dat vooral uit fase 4 cliënten bestaat, zal die
aanpak in de komende jaren nog tot stand moeten komen.
Blad 3
Deze laatste groep komt wel steeds beter in beeld. Het
vernieuwende project "een actieve wijk", dat door het
reïntegratiebureau Maatwerk werd uitgevoerd in de wijk
Heechterp/Schieringen, heeft veel kennis opgeleverd van de
groep bijstandsgerechtigden die weinig uitzicht heeft om
toe te treden tot de arbeidsmarkt. Ook is er meer inzicht
ontstaan op het gebied van de voorzieningen die nodig zijn
om mensen te ondersteunen in het activeringsproces. Het
project heeft laten zien dat met individueel maatwerk en
persoonlijke begeleiding nog heel veel uitstroomresultaat
of anderszins maatschappelijke participatie mogelijk is.
Op basis van de ervaringen in het eerste project is er een
vervolgproject tot stand gekomen in een groter deel van de
stad onder de naam "een actief stadsdeel"Kenmerkend voor
de benadering is de integrale, gebiedsgerichte aanpak, een
gecoördineerde dienstverlening (hoofdaannemerschap) en een
snelle beschikbaarheid van ondersteunende voorzieningen
(kinderopvang, maatschappelijk werk). De ervaringen in deze
projecten werden ook weer gebruikt om de gedachtevorming in
het kader van het Lokaal Sociaal Beleid te voeden en te
stimuleren
De eerste stap om de sluitende aanpak nog verder uit te
breiden naar werklozen met een andere uitkering dan
bijstand is inmiddels in alle voorzichtigheid ook gezet.
Met het GAK is op experimentele basis een project gestart
voor mensen met een gecombineerde bijstands- en WAO-
uitkering. Voorts is de wijkgerichte reïntegratie in het
project "een actief stadsdeel" toegankelijk gemaakt voor
werklozen met een andere uitkering. Op deze manier groeit
de samenwerking tussen de cliënteigenaars/uitkerings
verstrekkers, die zo uitdrukkelijk beoogd wordt in het
SUWI-proces (Structuur Uitvoering Werk en Inkomen)Ook in
breder verband is die samenwerking tot ontwikkeling gekomen
bij de vorming van het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI)
Daarvan zullen de Uvi's, Arbeidsbureau Basisdiensten en de
gemeente gezamenlijk deel gaan uitmaken. Het CWI in
Leeuwarden is in experimentele vorm begin 2001 van start
gegaan
23 Marktwerking
In het verslagjaar is wederom veel geïnvesteerd in de
inhoudelijke ontwikkeling van de contracten die de gemeente
met zowel interne als externe uitvoerders van het reïnte-
gratiebeleid afsluit. Het contract is het hoofdinstrument
voor het wegzetten van reïntegratie-opdrachten en het
bepalen van de te leveren kwaliteit. Inhoudelijke afstem
ming van de contracten van de diverse uitvoerders is van
groot belang, ook om de prestaties onderling te kunnen
vergelij ken
