Blad 3
Maatstaf van de heffing, belasting
tarief en belastingtijdvak
Artikel 4
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belas
tingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening beho
rende en daarvan deel uitmakende tarieventabel
Berekening van belasting
Artikel 4a
Voor de berekening van de belasting wordt een gedeelte van
een in deze tabel genoemde tijdseenheid als een volle
aangemerkt
Ontstaan van de belastingschuld
Artikel 5
1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is ver
schuldigd bij de aanvang van het parkeren.
2. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, is ver
schuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt
verleend.
Einde belastingplicht in de loop van het tijdvak
Artikel 5a
Indien de belasting voor een vergunning is voldaan voor een
tijdvak van een jaar of een halfjaar en de vergunning voor
het verstrijken van dat tijdvak volgens Artikel F van de
"Parkeerverordening Leeuwarden 2002" wordt ingetrokken of
gewijzigd, wordt de belasting verminderd met zoveel volle
1/12, respectievelijk 1/6 gedeelten, als er na het tijdstip
van intrekking/wijziging volle kalendermaanden resteren.
Wijze van heffing en termijnen van betaling
Artikel 6
1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt
geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet
worden betaald bij de aanvang van het parkeren.
2. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt
geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet
Blad 4
worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt
verleend.
3. Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald.
Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
Artikel 7
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze
waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel
2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle
gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij
openbaar te maken besluit.
Bevoegdheid tot gebruik wielklem en wegsleepregeling
Artikel 8
1. Tot zekerheid van de betaling van een naheffingsaanslag
ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel
a, kan aan het voertuig ook een wielklem worden
aangebracht, waardoor wordt verhinderd dat het voertuig
wordt weggereden.
2. Het college van burgemeester en wethouders wijst bij
openbaar te maken besluit in alle gevallen de terreinen
en weggedeelten aan waar de wielklem wordt toegepast.
3. Indien na het aanbrengen van de wielklem 10 uren zijn
verstreken kan het voertuig naar een door het college van
burgemeester en wethouders aangewezen plaats worden
overgebracht en in bewaring worden gesteld.
Kosten
Artikel 9
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting
bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen 41,00.
Nadere regels door het college van
burgemeester en wethouders
Artikel 10
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels
geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de
parkeerbelasting.