Blad 5
gemeente verzonden schriftuur, het bedrag worden voldaan
één maand na de dagtekening van de kennisgeving, nota of
andere schriftuur.
3. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in
de voorgaande leden gestelde termijnen.
Hoofdstuk 3
Reinigingsrechten
Aard van de heffing en belastbaar feit
Artikel 10
Onder de naam "reinigingsrechten" worden rechten geheven
zowel voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur
verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de
openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of
inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud
zijn.
Belastingplicht
Artikel 11
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan
wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van
degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen
gebruik maakt.
Maatstaf van heffing en belastingtarief
Artikel 12
1De rechten worden geheven naar de maatstaven en de
tarieven, opgenomen in de hoofdstukken 2 tot en met 4
van de bij deze verordening behorende tarieventabel
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van
een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle
eenheid aangemerkt.
Belastingjaar
Artikel 13
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is
het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Blad 6
Wijze van heffing
Artikel 14
1. Het recht bedoeld in hoofdstuk 2, 2.1.1, van de ta
rieventabel wordt geheven overeenkomstig het bepaalde in
artikel 7 van hoofdstuk II van deze verordening ten
aanzien van de afvalstoffenheffing, bedoeld in artikel
3.
2. De overige rechten, bedoeld in hoofdstuk 2, 212 en
2.1.3, van de tarieventabel en de rechten bedoeld in de
hoofdstukken 3 tot en met 4 van de tarieventabel worden
geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving,
nota of andere schriftuur, waarop het gevorderde bedrag
is vermeld.
Ontstaan van de belastingschuld en de heffing
naar tijdsgelang voor de maandelijkse en
jaarlijkse verschuldigde rechten
Artikel 15
1. De "per maand" en "per belastingjaar" genoemde rechten,
bedoeld in hoofdstuk 2, vanaf 2.1.2, tot en met hoofd
stuk 4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij het
begin van de maand of het belastingjaar of, zo dit later
is bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belas
tingjaar aanvangt zijn de rechten verschuldigd voor
zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar ver
schuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van
de belastingplicht, nog volle kalendermaanden
overblij ven
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belas
tingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor
zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar ver
schuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van
de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblij
ven
4. Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien
de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist.
5. Belastingbedragen van minder dan 9,00 worden niet
geheven
Ontstaan van de belastingschuld
voor de overige rechten
Artikel 16