Rampenplan van de gemeente Leeuwarden
PROCES 24 PSYCHOSOCIALE HULP EN PSYCHOSOCIALE
NAZORG
Procesverantwoordel ij k
GHOR
Referentie
Wet rampen en zware ongevallen, artikel 4i.
Doel
Het tijdens en na afloop van een ramp/zwaar ongeval opvangen van en hulp
geven/bieden aan slachtoffers, hulpverleners en hun relaties, die als gevolg van de
ramp/het zware ongeval psychisch getraumatiseerd zijn geraakt.
Doelgroep
Slachtoffers, hulpverleners en hun relaties.
Aandachtspunten
Omdat in de beginfase moeilijk is vast te stellen welke traumatische ervaringen een
individu heeft opgedaan, zal de geestelijke verzorging in eerste instantie een collectief
karakter dragen, overgaand in meer specifieke hulpverlening. Individuele hulpverlening
volgt in de nazorgfase.
Hulp varieert van opvang, verzorging en begeleiding van direct aanwijsbaar psychisch
getraumatiseerde personen tot nazorg.
Uitgangspunt is dat goede en adequate hulpverlening wordt geboden zonder dat
slachtoffers en hulpverleners (blijvende) schade aan lichaam of geest oplopen.
Uitvoering
GHOR.
Uitvoering conform draaiboek: Psychosociale Hulpverlening Noord-Nederland".
Eventueel in te schakelen
GGZ Friesland, algemeen maatschappelijk werk, Bureau Slachtofferhulp, huisartsen,
Leger des Heils, Nederlandse Rode Kruis, kerkelijke instellingen.
Opmerking
Geestelijke gezondheidszorg heeft een nauwe relatie met alle activiteiten binnen de
geneeskundige hulpverleningsketen (proces 13), alsmede bij de opvang en verzorging
van getroffenen (proces 14). Verder loopt dit proces over in de nazorg, vooral ook de
nazorg op langere termijn.
44
Rampenplan van de gemeente Leeuwarden
PROCES 25 SCHADEREGISTRATIE EN -AFHANDELING
Procesverantwoordelijk gemeentelijke dienst Stadsontwikkeling en -beheer
Referentie Wet rampen en zware ongevallen, artikel 41.
Doel
Schaderegistratie en -afhandeling is vooral van belang om na de daadwerkelijke
rampbestrijding een juist en zo volledig mogelijk beeld te krijgen van de aard en
omvang van de schade.
Doelgroep
De overheid.
De gedupeerden.
De verzekeraars.
Aandachtspunten
Dit proces start reeds tijdens de acute rampbestrijding en loopt door tot in de
nazorgfase.
Tijdens de bestrijding houdt schade-afhandeling in het beperken van schade, het
voorkomen van vervolgschade, het starten met schaderegistratie en het geven van een
schadebeeld aan de rampenstaf.
Voor de organisatie en coördinatie van de schaderegistratie wordt een bureau Centrale
Registratie Afhandeling Schade (CRAS) opgezet, waarin overheid en onafhankelijke
schade-experts samen werken. Hier vindt centrale registratie plaats.
Uitvoering
Opzetten van een schade/registratiebureau (CRAS) door dienst
Stadsontwikkeling en -beheer.
Coördinatie afhandeling schade en voorlichting door dienst Algemene Zaken.
Uitvoering conform draaiboek: Registratie Afhandeling Schade" door dienst
Stadsontwikkeling en -beheer.
Eventueel in te schakelen
Verbond van Verzekeraars. Verzekeraars Hulpdienst (VHD), onafhankelijke
schade-experts/ taxateurs, Stichting Nationaal Rampenfonds.
Opmerking
Registratie van de schade kan belangrijke gegevens opleveren voor het strafrechtelijk
onderzoek (proces 23) en de planning van herstel.
45
