Blad 2 inspraakreactie van destijds integraal onderdeel uitmaakt van zijn brief met zienswijzen naar aanleiding van dit ontwerp-bestemmingsplanMet name wenst hij uw Raad er op te wijzen, dat het locatie-onderzoek nauwelijks serieus kan worden genomen, gezien de grote haast waarmee dit locatie- onderzoek is uitgevoerd. Naar de mening van mijn cliënten aldus de heer Pasma, dient het verzoek tot wijziging van het bestemmingsplan dan ook te worden afgewezen. Naar aanleiding hiervan merken wij het volgende op. Het voorontwerp van dit bestemmingsplan heeft in het kader van de inspraak met ingang van 19 oktober 2000 gedurende vier weken voor een ieder ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn zijn er twee schriftelijke reacties binnengekomen, waarvan één afkomstig van de heer Pasma te Harlingen, de reactie waaraan hij in zijn brief met zienswijzen refereert (inspraakreactie namens een aantal bewoners en winkeliers, vertegenwoordigd door de heer B. de Jong, Tuinen 3) De andere reactie, waarvoor wij u naar de toelichting bij het bestemmingsplan verwijzen, was van DAS Rechtsbijstand namens de heer R. Hemelrijk zaak doende aan de Tuinen 36, alhier Bedoelde inspraakreactie van de heer Pasma is volledig opgenomen in hoofdstuk 6 (Overleg en inspraak) van de toelichting bij het plan. Hier is aan toegevoegd de reactie van de gemeente. Op 19 december 2000 zijn wij akkoord gegaan met de inhoud van dit hoofdstuk. Op 16 januari 2001 heeft de Commissie voor Stadsontwikkeling hiermee ingestemd. Voor onze reactie op de brief met zienswijzen van de heer Pasma verwijzen wij u dan ook kortheidshalve naar de inhoud van hoofdstuk 6 van het bestemmingsplan dat voor u bij de stukken ter inzage ligt. De opmerking van de heer Pasma dat het locatie-onderzoek nauwelijks serieus kan worden genomen, is ook reeds in het kader van de inspraak gemaakt. Naar aanleiding hiervan hebben wij o.a. opgemerkt (hoofdstuk 6 van de toelichting) dat anders dan in de inspraakreactie van Pasma Advocaten is aangegeven, er wel een belangenafweging heeft plaatsgevonden bij de vestiging van een dergelijke locatie voor de opvang van dak- en thuislozen en dat dit in de toelichting bij het bestemmingsplan onder 2.5.4 nader is uitgewerkt Hier wordt nog aan toegevoegd dat de in dit onderzoek gehanteerde randvoorwaarden en criteria door de gemeenteraad zijn vastgesteld. Op een aantal van deze criteria wordt in de toelichting bij het bestemmingsplan nader ingegaan. Op grond van de criteria zoals geformuleerd in het locatie- onderzoek heeft derhalve een zorgvuldige belangenafweging plaatsgevonden die heeft geresulteerd in de keuze voor het pand Tuinen 32. Naast de criteria die betrekking hebben op vermindering van overlast in het algemeen, richt Blad 3 bijvoorbeeld het criterium *aanlooproute' zich specifiek op vermindering van de overlast voor het winkelend publiek in de binnenstad. Dit criterium houdt in dat de locatie zo moet worden gekozen dat de route voor de bezoekers van de dagopvang, gerekend vanaf de nachtopvang, zo weinig mogelijk woonwijken/-straten doorkruist. Vervolgens is bekeken of het belang van de omwonenden en winkeliers aan de Tuinen door het realiseren van de dagopvang voor dak- en thuislozen niet onevenredig wordt geschaad. Hierbij is de huidige situatie als referentiekader genomen. Zoals ook in de toelichting bij het bestemmingsplan (inspraak) is aangegeven, is met name het (beperkte) ruimtegebruik binnen het pand van het Leger des Heils aan de Tuinen mede oorzaak voor de overlast zoals gesteld de heer Pasma. Er is dan ook op korte termijn dringend behoefte aan een dergelijk (nieuw) onderkomen. Het onderhavige pand is thans beschikbaar en voldoet voor wat betreft de geschiktheid (i.e. oppervlakte, indelingsmogelijkheden). Het pand biedt voldoende ruimte en ruimtelijke kwaliteit om dagopvang mogelijk te maken en dagactiviteiten te organiseren. Door de realisering van het opvanghuis voor dak- en thuislozen op het perceel Tuinen 32 zal de overlast in en rond het opvanghuis kunnen worden gereduceerd. Ook dit heeft in het kader van de locatiekeuze een belangrijke rol gespeeld. Op grond van bedoelde criteria heeft een zorgvuldige belangafweging plaatsgevonden, die heeft geresulteerd in de keuze voor het pand Tuinen 32. Wij voegen hier nog aan toe dat daarnaast het Veiligheids- en beheersplan dak- en thuislozen beoogt om de overlast die omwonenden/winkeliers vrezen te zullen ondervinden als gevolg van bezoekers van de dagopvang, zoveel mogelijk te voorkomen en te beperken. De zienswijzen moeten naar onze mening dan ook ongegrond worden geacht Onder mededeling, dat de Commissie Stadsontwikkeling u in haar op 22 januari 2001 gehouden vergadering heeft geadviseerd zich met het vorenstaande te verenigen, stellen wij u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp besluit Leeuwarden, 31 januari 2002. Burgemeester en wethouders van Leeuwarden, M. de Boer, burgemeester, dr. A.J. Hofman, secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 206