IVfeand-jaar
Lokale Agenda voor de Toekomst
1.2 Doelen
Om te komen tot concrete doelen voor afname van het bijstandsbestand en aantal te
realiseren reïntegratietrajecten is in 1998 een analyse van de sociaal economische
situatie gemaakt. Met een aantal aannames over de verwachte groei van het aantal
arbeidsplaatsen in Leeuwarden, van de beroepsbevolking en het aantal vacatures is de
verwachting uitgesproken dat er in de periode van 4 jaar 1.450 nieuwe arbeidsplaatsen
voor uitkeringsgerechtigden beschikbaar zouden zijn. Naast deze aannames is er een
analyse van het bijstandsbestand gemaakt. Begin 1998 zijn er in totaal 5.400
uitkeringsgerechtigden. De samenstelling van het Leeuwarder uitkeringenbestand en het
aandeel jongeren onder de 23 jaar is een belangrijk richtsnoer voor de formulering van
het gemeentelijk beleid. Het beleid dient er immers op gericht te zijn om zoveel
mogelijk uitkeringsgerechtigden met de inzet van trajecten op korte of langere termijn
naar de arbeidsmarkt toe te leiden. Het Taakstellend Activeringsbeleid maakt het
onderscheid naar de volgende drie beleidsuitgangspunten:
1Uitstroom; het bevorderen van uitstroom uit de bijstand naar de reguliere
arbeidsmarkt. De situatie van de individuele cliënt is daarbij bepalend voor de
uitstroommogelijkheden. Gesubsidieerd werk is daarbij slechts één van de
instrumenten. Het ontwikkelen van gesubsidieerde arbeid is nooit een doel op zich.
2. Preventie; het voorkomen van instroom in de bijstand. Zowel voor jongeren als ook
voor volwassenen.
3. Activering; als middel om de betrokkenheid bij de leefomgeving te vergroten voor
de groep mensen die van betaalde arbeid zijn afgesneden.
De analyses en beleidsuitgangspunten hebben geleid tot het opstellen van de volgende
doelen:
Kennisalle personen die op 1 januari 1998 een bijstandsuitkering hebben, zijn
(eind 2002) in beeld en/of er is een plan vastgesteld waaruit blijkt welke route
gevolgd kan worden om zo mogelijk tot uitstroom uit de bijstand te komen.
Iedereen is of komt in beeld;
Uitstroom-, voor 1.750 bijstandsgerechtigden (in fase 2/3) is een trajectplan
vastgesteld. Jaarlijks 125 uitstroomtrajecten (ine. uitstroom uit gesubs. werk);
Preventie-, Voor 1.600 jongeren die naar verwachting in het kader van sluitende
aanpak een toeleidingstraject (werk of zorg) nodig hebben, wordt een plan
opgesteld en uitgevoerd ter voorkoming van instroom in de bijstand. Gestreefd
wordt naar een instroombeperking tot 400 jongeren in 4 jaar;
Activering-, voor 400 fase 4 bijstandsgerechtigden die vooralsnog niet naar de
arbeidsmarkt kunnen worden toegeleid, wordt een traject uitgezet dat op termijn er
toe moet leiden dat deze mensen kunnen instromen op de arbeidsmarkt. Voor alle
overigen uit fase 4 wordt nagegaan op welke wijze zorg kan worden geboden,
sociale participatie kan worden bevorderd of de sollicitatieplicht kan worden
versoepeld.
Deze gestelde doelen moeten leiden tot een afname van het uitkeringenbestand van
netto mmimaal 1.200 cliënten in een periode van 4 jaar.
2
Lokale Agenda voor de Toekomst
1.3 Resultaten
De beleidsdoelen uit het Taakstellend Activeringsbeleid blijken na drie volle jaren al
voor een heel belangrijk deel te zijn gerealiseerd. Het bijstandsbestand is in de
afgelopen periode fors gedaald van 5.400 bijstandsgerechtigden op 1-1-98 naar
ongeveer 4100 bij aanvang van 2001
Aantal cliënten ABWpehode 1996-2001
Het streefdoel om in 2002 nog maar 4.200 bijstandsgerechtigden in Leeuwarden te
hebben is dus al ruimschoots gehaald (zie onderstaande tabel). De daling van het aantal
bijstandsgerechtigden zet nog steeds door, maar vlakt wel geleidelijk aan af.
Begin 1998
Begin 1999
Begin 2000
Begin 2001
Begin 2002
Totale
afname
Omvang Abw-bestand
Realisatie
Planning
5400
4950
4700
4450
4200
Netto afname
Planning Realisatie
4.962
4.457
4.111
3.850*
450
250
250
250
1.200
438
505
346
261*
1.600
(*raming)
Ook de afzonderlijke doelstellingen over de te realiseren aantallen reïntegratietrajecten
tot 2002 zijn inmiddels ruimschoots gehaald of liggen goed op schema. Sinds 1998 zijn
er inmiddels 2.700 reïntegratietrajecten gerealiseerd. De individuele aanpak heeft geleid
3
