Blad 2 1De diensten Stadsontwikkeling en -beheer (SOB) en Welzijn De dienst SOB is verantwoordelijk voor het grootste deel van de MI P-projecten (zie bijlage I). In de afgelopen weken de MI P-rapportages van SOB en Welzijn samengevoegd. In deze MI P-rapportage zijn de volgende onderdelen opgenomen: een voorstel voor de verdeling van de ISV middelen; het (MPI2002-2005. een samenvatting van de MIP-formulieren van SOB en Welzijn; de MIP formulieren van SOB en Welzijn inclusief de gewenste (deels harde) interne en externe dekkingsbronnen (deze formulieren zijn niet openbaar en zullen voor de raadsleden ter inzage worden gelegd) Vrijwel alle MIP-projecten zijn een directe uitwerking van het MOP. Op een aantal onderdelen is de bijdrage al middels convenantafspraken met het Rijk bezegeld, in andere gevallen betreft het een nadere uitwerking. Inmiddels is wel duidelijk de noodzakelijk geachte projecten de financieringsmogelijkheden van de gemeente ver te boven gaan. Teneinde ook in de toekomst strategische investeringen te kunnen blijven doen, zal het noodzakelijk zijn het SIOF structureel te voeden. Wij zullen u hiervoor t.z.t. een voorstel aanbieden. 1.1. Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) In de voorloper van het ISV; de stadsvernieuwingsmiddelen, werd jaarlijks een verdeelbesluit gemaakt. Gedurende de overgang werd lange tijd in het ongewisse gelaten of een dergelijk besluit ook voor het ISV moest worden gemaakt. Wel is duidelijk dat het Meerjaren Ontwikkelingsprogramma (MOP) de middelen reeds indicatief verdeelde. Inmiddels is duidelijk dat ook voor het ISV jaarlijks een verdeelbesluit moet worden opgesteld. De marges zijn evenwel veel kleiner dan bij de oude SV middelen omdat immers de convenantafspraken met het Rijk er liggen zoals vastgelegd in het MOP. Het verdeelbesluit is in bijlage I opgenomen. Het ISV is een gericht investeringsbudget, onder de koepel van het GSB, dat specifiek is bedoeld voor fysieke ingrepen in de stad. Om deze middelen te verkrijgen heeft de gemeente met het Rijk een convenant afgesloten, waarin zij haar visie geeft op de wijze waarop zij het investeringsbudget inzet, welke doelen daarmee worden gerealiseerd en welke middelen de gemeente er zelf in stopt. De term stedelijke vernieuwing kent een veel integralere benadering dan de traditionele stadsvernieuwing. Feitelijk wordt met de bijdrage van het rijk verwacht dat gemeenten alle fysieke knelpunten oplossen, inclusief bodemsanering, geluidshinder en grootschalig groen. De enige manier waarop dat mogelijk is, is door grote multipliers te bereiken en gemeentelijk zelf .'Sr' Blad 3 is door grote multipliers te bereiken en gemeentelijk zelf middelen vrij te maken ten behoeve van de projecten. Ook de gemeente Leeuwarden heeft een MOP geschreven, waarin een visie op deze opgave wordt gegeven. In de verdeling van de ISV middelen, wordt het MOP als uitgangspunt genomen. In de MIP-rapportage (Bijlage I) vindt u de plannen gegroepeerd en voorzien van de laatste inzichten. Grofweg worden de fysieke ISV middelen besteed aan: de uitvoering van de Kadernota Stedelijke Vernieuwing ca 7,260 min) economische projecten (ca. 3,176 min); overige projecten t.b.v. de bestaande woningvoorraad ca4, 946 min) bodemsanering (ca. 3,494 min); grootschalig groen (ca. 0,908 min); dit zijn middelen die specifiek voor dit doel moeten worden bestemd. De gemeente Leeuwarden heeft de bijdrage in het kader van de WSDV, die gedurende de overgangsperiode (2000 en 2001) afbouwend werd uitgekeerd, toegevoegd aan de ISV-middelen Omdat enerzijds de gemeenten aangeven dat zij de middelen hard nodig hebben en anderzijds de minister (Van Boxtel) resultaten wil zien, ligt er vanuit het ministerie een druk om te presteren op dit vlak. Dat houdt in dat de middelen (liefst ruim) voor het einde van de tijd besteed moeten zijn. Gelet op het doorlopende karakter van de middelenstroom, doet de gemeente Leeuwarden er uitermate verstandig aan de benoemde projecten daadwerkelijk te hebben uitgevoerd. Op die manier wordt toewijzing van een redelijk ISV-deel in de tweede ISV-perioae waarschijnlijker. In de visie en de voorstellen met betrekking tot de verdeling van de middelen speelt dit criterium derhalve een belangrijke rol. 1.1.2. Digitale trapveldjes Eerder is besloten (collegebesluit van 10 oktober 2000) de bijdrage van drie keer 34.941,-, totaal 104,820,-, van de dienst Stadsontwikkeling en -beheer aan de digitale trapveldjes, na wegblijven van investeerders, te financieren uit het project Stedelijke Vernieuwing. In het voorstel voor de verdeling van de ISV/WSDV-middelen (bijlage I) is invulling aan dit besluit gegeven. Voorgesteld wordt: de verdeling van de ISV middelen vast te stellen, conform de tabel ISV in de dienst-MIP van de dienst Stadsontwikkeling en -beheer (bijlage I); Voor digitale trapveldjes in 2001, 2002 en 2003 jaarlijks 34.941,- (totaal 104,820,-) beschikbaar te stellen uit de ISV/WSDV middelen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 40