In de tussentijd worden de projecten Achter de Hove/Vegelin en de Vrijheidswijk uitgevoerd. Voor de goede
orde: deze projecten vormen (wegens gebrek aan middelen) een beperkt deel van het totale plan.
Volledigheidshalve merken we hier nog op dat de middelen voor de stedelijke vernieuwing inmiddels zijn
vastgesteld. Tegelijkertijd zal met de verdeling van de ISV een niet gedekte beslissing (digitale trapveldjes;
bijdage SV f 231.000,- ca. 105.000,-worden bekostigd.
Naast het stedebouwkundige element in de stedelijke herstructureringswijken. zijn de huidige plannen om daar
waar mogelijk en wenselijk het programma uit te bouwen met sociale voorzieningen, zoals multifunctionele
centra en woon-zorg-welzijns arrangementen. Deze zullen op een logische en samenhangende wijze deel gaan
uitmaken van de bestaande en toekomstige plangebieden. Doel is daarmee een duurzame verbetering in de
woon- en leefsituaties in de bestaande nieuwbouwgebieden tot stand te brengen. De voorstellen hiertoe bevinden
zich nog in een oriënterende fase. Ten aanzien van de financiering kan worden gesteld dat naast het gemeentelijk
aandeel ook het rijk haar deel haar bijdrage levert.
2.3 Versterking Economische infrastructuur.
Structurele en duurzame werkgelegenheid blijft een bijzonder aandachtspunt voor Leeuwarden. In de eerste ISV-
verdeling hebben investeringen in de economische infrastructuur dan ook een belangrijke plaats gekregen, naast
(of beter: hand in hand met) de verbeteringen in de woningmarkt. Hierdoor wordt langs twee kanten naar
hetzelfde doel gewerkt: werkenden een goede woning bieden in een aantrekkelijk leefmilieu, terwijl
tegelijkertijd de randvoorwaarden worden geschapen voor een beter economische draagvlak.
In dit kader heeft het ICT-centrum een eenmalige bijdrage
gekregen. De aanwezigheid van hoogwaardige informatie
technologie en uitstraling door een kwalitatieve omgeving,
leiden tot een aantrekkelijke locatie voor bedrijven die zich
richten op de zakelijke dienstverlening.
FEC-city. In dit plan krijgt de ontwikkeling van het
kantorengebied nissen het NS station en het FEC (city gebied)
een stimulans. De provincie treedt hier met Mf 3,- (M€
1,3613) als cofinancier op. De bedoeling is Leeuwarden een
hoogwaardige (Al) kantorenlocatie te geven die het full-
service-city-concept onderstreept. Hiermee krijgt het centrum
van de gemeente een hoogwaardige uitstraling. De locatie zal
op termijn plaats bieden aan 4000 arbeidsplaatsen. Naast het
rijk (ISV), wordt bijgedragen door de gemeente vanuit het SIOF. De definitie van de projecten, die nu nog in een
globale fase verkeren, zal de komende tijd concreter worden. De publieke middelen zullen ingezet worden om de
bereikbaarheid te verbeteren, parkeerfaciliteiten te maken, openbare ruimte aan te pakken en tot
functieverandering te komen (verplaatsing diverse bedrijven ten behoeve van kantoor ontwikkeling). Inmiddels
is ook duidelijk dat de gemeente een bijdrage levert aan het opstellen van de veemarkthallen. Dit wordt
vooralsnog bekostigd uit de gereserveerde middelen van het SIOF ten behoeve van de FEC-city zone. Wanneer
het Rijk besluit deze bijdrage aan de instandhouding van de veemarkthallen op zich te nemen, zal dit weer
worden gecorrigeerd.
Tevens zijn middelen gereserveerd voor de stimulering van bedrijvigheid rond de Merodestraat, net buiten het
centrum, maar goed voor structurele werkgelegenheid. Door dit gebied te ontsluiten, ontstaat ca 18 ha
uitgeefbaar terrein. Ook hier komt de gemeentelijke cofinanciering uit het SIOF. In verband met aanpassingen
aan dit plan en de uitplaatsing van Blauw-Witwordt om een extra bijdrage gevraagd ter grootte van Mf 0,716
(M€ 0,32). Indien de sporthal zou worden verplaatst, zou dit een extra investering vergen van ca Mf 4,- (M€
1,82).
2.4 Overige bestaande woningvoorraad
Onder dit kopje worden de maatregelen, betaald uit ISV, die door de sector Bouwen en Wonen worden
uitgevoerd, gerekend. Hiertoe behoren lOOOx collectief, restauratie monumenten, woonkwaliteit binnenstad en
subsidie-arm voorraadbeleid.
De woonkwaliteit binnenstad, maakt het mogelijk en aantrekkelijk om in de binnenstad te wonen. Hiermee wordt
de leefkwaliteit en sociale cohesie in het centrum verstevigd. Merk op dat dit project de overige investeringen in
de binnenstad op geheel andere wijze ondersteund. De overige projecten sluiten aan op de stedelijke vernieuwing
en sluiten het hek ten aanzien van de eerdere stadsvemieuwingsprojecten (afronden lOOOx collectief). Voor de
integrale beheersplannen is, op basis van besluitvorming van het college, de ISV aanvraag uitvoeringstechnisch
aangepast.
2.5 Bodemsanering
Op grond van indicaties over het totaal aan verontreinigingen heeft het Rijk een bedrag aan de gemeenten
verdeeld, toegekend via de ISV-middelen. Omdat er een fiks tekort zit op de feitelijke kosten van sanering in
relatie tot de budgettaire mogelijkheden van het Rijk, is besloten tot het invoeren van een multiplier met de
factor 4. Concreet betekent dat, dat marktpartijen (belanghebbenden) en anderen meebetalen aan de sanering.
Wij gaan ervan uit dat een multiplier van 4 niet haalbaar is in Leeuwarden. De belangen en de grondpolitieke
mogelijkheden in Leeuwarden zijn van een andere orde dan in overige delen van het land. De gemeente
Leeuwarden zal bij het ministerie, gelet op de specifieke omstandigheden, een verzoek om aanvullende bijdrage
indienen. De doelstelling uit het MOP geldt nog steeds als leidraad. Met de toegekende middelen wordt een
saneringsprogramma opgesteld.
2.6 Grootschalig groen
Dit is een specifieke ISV-regeling, bedoeld om de zogenaamde "groene longen" van de stad op te waarderen.
Hiervoor is in eerste aanzet ingezet op de ontwikkeling van de Prinsentuin in relatie tot het
Oldenhoofsterkerkhof. Voorw aarde hiervoor is dat de geplande parkeergarage gereed is en de aansluiting met de
prinsentuin mogelijk wordt. Gelet op de planningen (oplevering parkeergarage tweede helft 2004), is het zeer
wel mogelijk dat dit deel van het plan (Mf 1,- ca. M€ 0.45)niet tijdig aanbesteed zal zijn. Hier kunnen
alternatieve plannen voor ontwikkeld worden, die voldoen aan de criteria die bij de ISV-middelen grootschalig
groen horen.
2.7 Knelpunten
Het rijk gaat uit van stevige bijdrage(n) uit de uitleggebieden ten behoeve van de stedelijke vernieuwingsopgave.
Hoewel veel gemeente dik verdienen aan de VINEX-opgave, ligt dat bij Leeuwarden om een complex van
factoren anders. Aan de VINEX-locatie Zuiderburen verdient de gemeente niets. Integendeel, het is uitkijken dat
een budgetneutrale exploitatie wordt gerealiseerd. Min of meer op eigen kracht (maar uiteraard met
medewerking van overige overheden) heeft de gemeente, buiten de VINEX-taakstelling, een groeitaakstelling op
zich genomen. Hiermee probeert de gemeente in lijn van de uitgangspunten van het Rijk, een bijdrage te leveren
voor het gezondmakingsproces.
Van rijkswege is het niet toegestaan om apparaatskosten te bekostigen uit ISV-nuddelen. Ook andere
subsidianten kennen vergelijkbare regels. Intern geldt voor het SIOF een maximum van 10% ten behoeve van
apparaatskosten. Dit is vaak de benodigde begeleiding bij de uitvoering van werken door civieltechnici.
Omdat projecten en hun medewerkers vaak geacht worden volledig betaald te worden uit de projecten, dreigen
hier problemen te ontstaan. De gemeente heeft geen middelen voor apparaatskosten, ervan uitgaande dat deze
kosten uit de projecten worden gedekt, terwijl tegelijkertijd de projectsubsidies uitgaan van een gemeentelijke
bijdrage. Een oplossing hiervoor zou kunnen zijn de regels van het SIOF, in dit opzicht, voor een aantal
specifieke projecten waar dit probleem zich voor doet, te verruimen.
Een ander potentieel knelpunt is de tijdsfactor. Van een aantal projecten is het onzeker of besteding uiterlijk in
2004 realistisch is.
2.8 Conclusies en aanbevelingen gerelateerd aan ISV
Een conclusie is dat ISV slaat op een breed pakket aan stedelijke vernieuwingsactiviteiten en investeringen dat
de ISV-uitgaven alleen voor fysieke ingrepen mogen worden aangewend en uiterlijk in 2004 besteed moeten
zijn. De gemeente heeft genoeg fysieke knelpunten die voldoen aan de criteria zoals door het rijk gesteld. Er zal
strak gestuurd moeten worden op de daadwerkelijke realisatie van projecten binnen de eerste IS V-periode.
Indien projecten niet haalbaar zijn binnen dit tijdbestek, zal in individuele gevallen moeten worden gekeken naar
alternatieven. Over deze alternatieven zal (indien ze nog met in het MOP zijn verwoord) met de
vertegenwoordigers van het rijk moeten worden gecommuniceerd, teneinde het fiat te krijgen.
Verder kan worden geconcludeerd dat bij het project stedelijke vernieuwing een stuk zachte dekking kan worden
ingeruild tegen harde dekking, zodat (een gedeelte van) de compensatie niet plaats hoeft te vinden op basis van
bouwvolume, maar op basis van harde centen.
De economisch getinte projecten met een ISV component (ic project Leeuwarden oost/merodestraat) vragen om
een extra bijdrage van Mf 4,- (M€ 1.8151uit het SIOF.