Deel A: Doelen Hoofdstuk 1. Historie in vogelvlucht Hoofdstuk 2. De Vrijheidswijk in 2002 en rond 2007 Ontwikkelingsplan Vrijheidswijk De Vrijheidswijk vormt samen met het westelijker gelegen Bilgaard de Noordrand van Leeuwarden. De wijk werd met uitzondering van de S. Schootstrastraat (1987) tussen 1965 en 1975 fasegewijs gebouwd onder de naam Lekkumerend. Een naam die refereert aan het ten noorden gelegen dorpje Lekkum. Ruimtelijk gezien wordt de wijk in het noorden begrensd door de Bonkevaart, in het westen door de Dokkumer Ee en in het zuiden en oosten door de stadsringweg. De belangrijkste ontsluitingsweg is de Lekkumerweg die aansluit op de ringweg en de wijk in een westelijk en oostelijk deel splitst. Stedenbouw De Vrijheidswijk is zowel qua stedenbouwkundige structuur als qua differentiatie van woningtypen een typisch voorbeeld van hoe er midden jaren zestig en begin jaren zeventig over het ontwikkelen en bouwen van nieuwe wijken werd gedacht. Als antwoord op de sterk toenemende vraag naar vooral diverse, eigentijdse en betaalbare huurwoningen, ontwikkelde men in die jaren nieuwe woonwijken die bestonden uit een (zich herhalende) combinatie van seriematig hoog- en laagbouw met verschillende woonvormen (stempelstructuur) en een hiervan afgeleid stratenpatroon. De verschillende wooncombinaties (blokken) werden van elkaar gescheiden door openbare ruimte (groenstroken en/of waterpartijen) en voorzien van veelal in het centrum geconcentreerde functionele voorzieningen. De wijk Bilgaard is een goed voorbeeld van deze stedenbouwkundige visie. Dit stedenbouwkundig patroon zien we in bepaalde delen van de Vrijheidswijk (m.n noordwest en zuidwest) terug, maar het is niet volledig doorgevoerd. Gevolg is een onduidelijke en inconsequente structuur. Op bepaalde plaatsen werd er - om economische redenen - ook hoger (8 bouwlagen in plaats van 5) en dichter op elkaar gebouwd dan was gepland. Omdat de inrichting niet werd aangepast, ging dit ten koste van zowel de aantrekkelijkheid als de ruimtelijk structuur en beleving van de wijk. Met alle gevolgen van dien. Imago Aanvankelijk was de Vrijheidswijk, net zoals het westelijker gelegen Bilgaard, populair onder een breed publiek. De ruim 1700 huurwoningen - variërend van galerij-, portiek- en splitlevelflats tot laagbouw rijtjeswoningen waren snel bewoond en de ruim 100 koopwoningen gingen grif van de hand. Eerder dan voorzien - al begin jaren tachtig - keerde het tij, omdat de hooggestemde verwachtingen over groei in inwoners uitbleven en er te veel woningen waren gebouwd. Het woningaanbod, woonoppervlak, wooncomfort, voorzieningenniveau en de woon- en leefomgeving in de Vrijheidswijk bleken niet divers en aantrekkelijk genoeg om met name gezinnen en hogere inkomensgroepen tevreden te stellen en alternatieven te bieden. Langzaam maar zeker keerden deze mensen de wijk de rug toe. Ze maakten gaandeweg plaats voor studenten, alleenstaanden, allochtonen en mensen die rond moesten komen van een laag inkomen of een uitkering. Bewonersgroepen die veelal tijdelijk in de wijk wonen. De onevenwichtige bevolkingsopbouw ging al snel ten koste van de sociale binding en het voorzieningenniveau in de wijk. De neerwaartse spiraal was ingezet en ook (beperkte) ingrepen van de gemeente en beide woningbouwcorporaties - in zowel de kwaliteit van het woningbestand als de leefomgeving - boden onvoldoende soelaas. Ook het in 1997 veranderen van de naam in 'De Vrijheidswijk' had nauwelijks invloed op het inmiddels slechte imago van de wijk. De afgelopen jaren werd dan ook duidelijk dat alleen een grondige herstructurering een verdere achteruitgang zou kunnen keren. Zo niet dan zouden de wijk en het voorzieningenniveau verder afglijden en verpaupering en leegloop op de loer liggen. Voor het gemeentebestuur en beide corporaties meer dan voldoende reden om de herstructurering van de Vrijheidswijk met hoge prioriteit op te nemen in de eerste stedelijke vernieuwingsronde in Leeuwarden. 4 Ontwikkelingsplan Vrijheidswijk Hoe ziet de Vrijheidswijk er nu en - na de Stedelijke Vernieuwing - in 2007 uit? Wat is het woningbestand, wie wonen en werken er, wat is het voorzieningenniveau en hoe is de openbare ruimte ingericht en het beheer geregeld? Deze en andere vragen staan centraal in deze paragraaf, waarin we een beeld schetsen van het huidige en toekomstige woon- en leefklimaat. 2.1 Ruimtelijke beleving De ruimtelijke structuur van de Vrijheidswijk is de afgelopen decennia niet of nauwelijks gewijzigd. Dit betekent dat het de wijk ontbreekt aan een duidelijke stedenbouwkundige structuur, met 'dankzij' de vele hoogbouw zeer beperkte zichtlijnen. Hierbij komt dat de wooneenheden dicht op elkaar zijn gebouwd en dat er weinig openbare ruimte, groen en water in de wijk zijn gebracht. De wijk roept hierdoor een wat 'unheimisch' en opgesloten gevoel op bij bewoners en bezoekers. Het ontbreken van markante punten, voldoende speelruimte en wandel- en fietspaden versterkt deze beleving. Aan de andere kant is de situering van de wijk ideaal. Dichtbij het stadscentrum, op de grens van stad en platteland, omsloten door het water van de Dokkumer Ee en Bonkevaart en direct aan de rondweg. Ook de Grote Wielen, Groene Ster en de nieuw aan te leggen woonwijk Blitsaert liggen binnen handbereik. Een situering die, mits er geïnvesteerd wordt in het woon- en leefklimaat van de wijk, voldoende interessant is om ook midden- en hogere inkomensgroepen en ondernemers te trekken. Ruimte en waterpartijen In 2007 is de hoofdinfrastructuur weliswaar ongewijzigd gebleven, maar de beleving van de ruimte is totaal anders. Doordat een belangrijk deel van de flats is vervangen door laagbouw, storende elementen uit het straatbeeld zijn verwijderd en groen en water in de wijk zijn gebracht, is er weer een gevoel van ruimte ontstaan. Ook het nieuwe straatmeubilair, de speelvoorzieningen en waar nodig de nieuwe verlichting brengen meer sfeer in de wijk. Hetzelfde geldt voor het nieuwe centrum met zijn vele voorzieningen: het ontmoetingspunt voor jong en oud in de Vrijheidswijk. De Vrijheidswijk is nog wel een stadswijk met relatief veel (nieuwe) hoogbouw. De Bonkevaart en Dokkumer Ee komen letterlijk de wijk in. De vijverpartijen in Oost staan in directe verbinding met de Bonkevaart en in het noorden van de wijk zorgen diverse inhammetjes voor water in de achtertuin. In het zuidwesten komt een grotere waterpartij, met daaraan gelegen nieuwe woningen. Water speelt een belangrijke rol in de wijk. Nieuwe fietspaden zorgen voor een goede ontsluiting met Blitsaert en Lekkum. De nieuw ingerichte Lekkumerweg is nog steeds de belangrijkste ontsluitingsweg. Wel is de ringweg inmiddels aangepast aan het toegenomen verkeersaanbod, maar door diverse geluidsbeperkende maatregelen levert dat geen hinder op voor de bewoners van de Vrijheidswijk. 2.2 Het woningbestand De Vrijheidswijk is in 2002 een middelgrote woonwijk met om en nabij de 2000 woningen en 4200 inwoners. Het merendeel van de woningen is in bezit van de woningbouwcorporaties Nieuw Wonen Friesland (voornamelijk van het voormalige Woonservice '94) en Corporatie Holding Friesland (voornamelijk van het vroegere BWL, nu Woonbedrijf BWL geheten). Slechts zo'n 270 woningen zijn particulier bezit. We vinden deze koopwoningen van oudsher vooral aan de Lekkumerweg en Verzetslaan. In de Robinsonstraat en Siebe Schootstrastraat hebben beide woningbouwverenigingen inmiddels ook zo'n honderd huurwoningen verkocht. In vergelijking met andere Leeuwarder woonwijken heeft de Vrijheidswijk relatief veel hoogbouw (galerij-, portiek- en splitlevelflats) en huurwoningen. Deze eenzijdige samenstelling komt, samen met het vaak beperkte woonoppervlak en -comfort, niet meer tegemoet aan de wooneisen. Het gevolg is dat vooral gezinnen en mensen met een hoger inkomen de wijk de rug toekeren. Hun plaats is voornamelijk ingenomen door alleenstaanden, studenten, eenoudergezinnen en allochtonen. In het verleden zijn de woningen over het algemeen goed onderhouden en soms ook gerenoveerd (o.a. Dragoonsplein). Door onduidelijkheid over de toekomst van de wijk, is de afgelopen jaren 5 5

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 546