Blad 2
Deze aanduiding geldt voor het praktijklokaal van de
voormalige MTS (westelijk van het schoolgebouw) en
overigens ook voor het parkeerterrein eveneens aan de
westzij de
Het door Moes Bouwbedrijf ingediende schetsplan dat
voorziet in verbouw ten behoeve van een woonfunctie is
derhalve qua functie niet in overeenstemming met het
geldende bestemmingsplan. Er zal daarom een vrijstellings-
of een wijzigingsprocedure dienen te worden gevolgd.
Artikel 19, lid 1 WRO procedure
Aangezien het bestemmingsplan geen vrijstellingsbepaling of
wijzigingsbevoegdheid bevat, waardoor het bouwplan zou
kunnen worden gerealiseerd, is er een partiële herziening
van het bestemmingsplan of een vrijstellingsprocedure ex
artikel 19, lid 1 WRO noodzakelijk. In dit geval ligt een
vrijstellingsprocedure ex artikel 19, lid 1 WRO voor de
hand, omdat de ruimtelijke en planologische consequenties
van het bouwplan (interne verbouwing) beperkt zijn en het
plan spoedeisend is vanwege het voornemen van het bouw
bedrijf om op korte termijn met de verbouw te beginnen.
Langdurige leegstand van dit voormalige schoolgebouw is ook
volgens ons om verschillende redenen niet wenselijk. Er is
daarom voor een artikel 19, lid 1 WRO-procedure (zelfstan
dige projectprocedure) gekozen.
Ruimtelijke onderbouwing
Om te bezien of een artikel 19, lid 1 WRO-procedure kan
worden gevoerd, moet worden beoordeeld of het bouwplan past
in het (toekomstige) gemeentelijke ruimtelijke ordenings
beleid.
Hiervoor is reeds aangegeven dat het ensemble van de
voormalige MTS, Westerparkstaete en het Bristol-complex
ligt in het gebied dat wordt omgeven door de Molenstraat,
Westerparkstraat, Harlingerstraat en Pier Panderstraat.
Voor dit gebied zal te zijner tijd een partiële herziening
van het bestemmingsplan worden voorbereid. Het bestemmings
plan "Vossepark" is een van de eerste bestemmingsplannen
dat uitgebreid aandacht besteedt aan de beeldkwaliteit van
een wijk. Het bestemmingsplan volstaat voor dit deel van de
wijk met de aanduiding 'gebied met weinig samenhang'.
Binnen deze bebouwingsstructuur worden de voormalige MTS en
de Dominicuskerk aangeduid als 'accenten'Deze panden
hebben op zich dan wel in relatie tot de directe omgeving
een architectonische, stedenbouwkundige en/of emotionele
betekenis, die van zodanige kwaliteit is, dat het gewenst
is deze panden te bewaren.
Blad 3
Nu de voormalige MTS haar functie heeft verloren en deze
school met bijbehorend parkeerterrein een nieuwe bestemming
krijgt (het is de bedoeling dat op het parkeerterrein
eengezinswoningen worden gebouwd)zal het hele gebied
(waaronder ook het Bristol-complex) onder de loep worden
genomen. Bij het stellen van randvoorwaarden en het geven
van handreikingen zal aansluiting worden gezocht bij de
kwaliteiten van de Vosseparkwijk en de voornaamste doel
stelling in het bestemmingsplan, namelijk het veiligstellen
van de woonfunctie.
Aansluitend aan het karakter van de wijk' is dan ook primair
gekozen voor een verdere uitbouw van de woonfunctie.
De Vosseparkwijk is gerealiseerd in de jaren dertig. In die
periode hoefde men nog nauwelijks rekening te houden met de
auto. De wijkopbouw en de beschikbare straatprofielen
bieden dan ook weinig ruimte voor parkeren op straat. In
dit gebied is gekozen voor continuïteit van het stedenbouw
kundig patroon. Daarom wordt voorgesteld binnen het plan
gebied ook geen speciale plaats in te ruimen voor de auto.
Dus moet de parkeerruimte op eigen erf gezocht worden.
Het hiervoor geschetste gebied bestaat, afgezien van
Westerparkstaete, eigenlijk uit drie onderdelen, n.l. de
voormalige MTS, het daarachter gelegen parkeerterrein en
het Bristol-complex. Op dit moment is aan de orde de
verbouw van de voormalige MTS tot woongebouw. Hiervoor is
een schetsplan ingediend. Verder is Moes Bouwbedrijf bezig
met het ontwikkelen van een plan voor de bouw van
eengezinswoningen op het parkeerterrein aan de
Westerparkstraat. De verwachting is dat de (definitieve)
schetsplannen hiervoor binnen afzienbare tijd zullen worden
ingediend. Het Bristol-complex (dat geen eigendom is van
Moes Bouwbedrijf) zal eerst op termijn kunnen worden
ontwikkeld. Wij concluderen dat de plannen voor de verbouw
van de voormalige MTS tot woongebouw overeenkomen met de
uitgangspunten zoals die tot nu toe voor dit gebied zijn
ontwikkeld en dat daarom aan deze plannen medewerking kan
worden verleend.
Inspraakprocedure ex artikel 6a WRO
Volgens artikel 6a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening is
bij een procedure ex artikel 19, lid 1 WRO een inspraak
procedure verplicht.
Het schetsplan voor het veranderen van het schoolgebouw in
een woongebouw is op 10 oktober 2001 bekend gemaakt in
'Huis aan Huis' en heeft ten behoeve van de inspraak
gedurende vier weken ter inzage gelegen. Op de plannen kon
zowel mondeling als schriftelijk worden gereageerd.