Blad 2 Op 11 juni 2001 antwoordt de heer Van Oorschot namens cliënt, de heer Van der Meer, dat conform de voorschriften van het geldende bestemmingsplan "Hemrik", de kavel van de heer Van der Meer de bestemming "Industrieterrein, klasse BA" heeft. Op deze gronden is het toegestaan om dienst woningen te bouwen. Cliënten hebben ter plaatse onderzoek gedaan en hebben geconcludeerd dat hun aanvraag niet afwijkt van de feitelijke situatie ter plaatse. Op 22 juni 2001 wordt namens burgemeester en wethouders schriftelijk verklaard dat de voorgenomen bouw deels geprojecteerd is binnen de bestemming "verkeersdoeleinden" en deels binnen de bestemming "water". De aangevraagde bouwvergunning is hierdoor niet in overeenstemming met de voorschriften behorende bij het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Hemrik"In de gemeenteraadsvergadering van 3 juli 2001 wordt besloten de gevraagde vrijstelling ex artikel 19, eerste lid van de WRO vanwege strijd met bestemmingsplan "Hemrik" en het gemeentelijk beleid, te weigeren. Vervolgens wordt op 20 juli 2001, verzonden 23 juli 2001, de gevraagde bouwvergunning en vrijstelling door burgemeester en wethouders geweigerd. Op 22 augustus 2001 dient de heer Van Oorschot een bezwaarschrift namens zijn cliënt in. Op 17 september 2001 worden nadere, aanvullende gronden ingediend behorende bij het bezwaarschrift d.d. 22 augustus 2001. Op 30 oktober 2001 vindt een hoorzitting plaats bij de commissie van advies voor de bezwaar- en beroepschriften. Tijdens deze zitting wordt geconstateerd dat de bekendmaking inzake de afwijzing van het vrijstellingsverzoek door de gemeenteraad op 3 juli 2001, onderdeel uitmakende van de aanvraag bouwvergunning Ceresweg 14 te Leeuwarden, niet heeft plaatsgevonden. Bekendmaking is een constitutief vereiste voor het naar buiten toe kunnen werken van een besluit. Door het niet bekendmaken van het raadsbesluit door toezending of uitreiking aan belanghebbenden, is dit niet in werking getreden. Bij brief van 15 november 2001 wordt alsnog mededeling gedaan dat de gemeenteraad op 3 juli 2001 heeft besloten het verzoek om vrijstelling ex artikel 19, lid 1 WRO voor de bouwaanvraag Ceresweg 14 te Leeuwarden, af te wijzen. Zonder tegenbericht gaat het college ervan uit dat het ingediende bezwaarschrift tegen de geweigerde bouwvergunning zich ook tegen de geweigerde vrijstelling richt. Blad 3 Over vorenstaand bezwaarschrift (BW 138a/2001) heeft de commissie van advies voor de bezwaar- en beroepschriften een advies uitgebracht. Het voor u ter inzage liggende advies d.d. 6 augustus 2002, geeft ons geen aanleiding om daarvan af te wijken. Wij stellen u dan ook voor het bezwaarschrift d.d. 22 augustus 2001, aangevuld met nadere gronden op 17 september 2001, gelet op de Algemene wet bestuursrecht, Woningwet, de Wet op de ruimtelijke ordening en het vigerende bestemmingsplan "Hemrik", en onder overneming van de gronden van het advies d.d. 6 augustus 2002 (BW 138a/01) van de commissie van advies voor de bezwaar- en beroep schriften, ongegrond te verklaren en uw besluit d.d. 3 juli 2001 in stand te houden. Leeuwarden, 15 augustus 2002. Burgemeester en wethouders van Leeuwarden, M. de Boer, burgemeester, dr. A.J. Hofman, secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 385