Blad 2
luchtverontreiniging tot gevolg hebben, ertoe leiden dat
een bedrijf in een hogere milieucategorie terecht komt.
Zonebeheer
In relatie met de geluidszone kan het volgende worden
opgemerkt
Rond de Hemrik is een geluidszone vastgesteld. Op de grens
van deze zone mag het geluidsniveau van alle bedrijven
samen niet meer bedragen dan 50 dB(A). Bedrijven die verder
van de zonegrens afliggen zullen minder bijdragen aan het
totale geluidsniveau op de zonegrens, dan bedrijven die
dichter bij de zone liggen. Geluid wordt immers door
afstand verzwakt. In het midden van het bedrijventerrein
liggen bronnen die zelfs helemaal geen invloed hebben op de
zone
De uiteindelijke verdeling en het beheer van de beschikbare
geluidsruimte vindt plaats bij de vergunningverlening op
grond van de Wet milieubeheer. Hiertoe is een uitgebreid
rekenmodel opgesteld. In dit rekenmodel zijn alle aanwezige
(vergunde) geluidsbronnen op de Hemrik opgenomen. Ook zijn
een aantal geluidsreserveringen in de vorm van
toekomstbronnen opgenomen. Deze toekomstbronnen kunnen
benut worden voor nieuwe bedrijfsvestigingen maar ook voor
uitbreiding van bestaande bedrijven. Al naar gelang het
terrein verder ingevuld wordt, worden deze toekomstbronnen
'opgebruikt'
In de praktijk is de werkwijze zo dat voorafgaand aan
grondverkoop aan een bedrijf aan de hand van het
rekenmodel globaal wordt ingeschat of het bedrijf binnen de
geluidszone past. Hierbij wordt rekening gehouden met
toekomstmogelijkheden voor een bedrijf. Vervolgens wordt
bij vergunningverlening aan het bedrijf, op basis van
gedetailleerde gegevens over de geluidsbelasting die het
bedrijf veroorzaakt, berekend en beoordeeld welke
geluidsruimte aan het bedrijf vergund kan worden. Indien
nodig wordt hierbij aanspraak gemaakt op de
toekomstbronnen
Deze hele systematiek heeft tot gevolg dat de nog
beschikbare geluidsruimte niet eenduidig in een getal of
hoeveelheid is uit te drukken.
Ook aan de noordkant van de Ceresweg bevat het rekenmodel
nog een aantal toekomstbronnen die door de in de nabijheid
gelegen bedrijven benut kunnen worden. Zo ligt op het aan
de noordzijde van de Ceresweg gelegen terrein direct ten
zuiden van de Boer Stalinrichtingen een reservering die
gebruikt kan worden voor de concrete invulling van dat
terrein
Er kan dan ook geconcludeerd worden dat doorgroei van de
aan de noordkant van de Ceresweg gelegen bedrijven, op
grond van de geluidszone zeker niet uitgesloten is.
Verder moet nog benadrukt worden dat het hele zonebeheer
een redelijk dynamisch proces is. Door wijziging van
bedrijven kan verschuiving van geluidsruimte plaatsvinden.
Het wegvallen van een lawaaimakende activiteit bij het ene
Blad 3
bedrijf kan dus tot gevolg hebben dat er weer geluidsruimte
voor een andere bedrijven vrijkomt.
Geluidszone in Tytsjerksteradiel
Tot slot van dit onderdeel kan nog worden opgemerkt dat de
stelling van de reclamanten dat de geluidszone aan de
oostkant zijn betekenis zou hebben verloren, omdat deze
niet geregeld zou zijn in het bestemmingsplan buitengebied
van de gemeente Tytjerksteradiel onjuist is; de geluidszone
is wel degelijk geregeld, zij het niet op de primaire
plankaart, maar op op de plankaart voor aanvullende
bestemmingen
2. Wat zijn de beperkingen voor de bedrijven aan de
noordkant van de Ceresweg indien de bedrijfsklasse
van III naar II gaat?
Gevolgen voor bedrijven noordzijde Ceresweg
Met de toekenning van bedrijfsklasse II i.p.v. III wordt op
grond van de inventarisatie de huidige situatie
vastgelegd. Op dit moment vallen de gevestigde bedrijven
in maximaal milieucategorie 3 (als cat3-bedrijf zijn
geïnventariseerd: Bakker-Postma, V.d. Meulen, Kingma, De
Boer Stalinrichting, Brouwers Stalinrichting: allen
metaalbewerkende en productiebedrijven)
Ontwikkelingsmogelijkheden voor deze bedrijven worden
daardoor heel moeilijk. De bedrijven worden als het ware op
slot gezet.
Een bestemmingsplan dient echter ook op de toekomst gericht
te zijn. Tegen die achtergrond is het wenselijk bedrijven
die op een bedrijventerrein gevestigd zijn een
toekomstperspectief te bieden. Duidelijk is dat dit
perspectief vervalt zodra de bedrijfsklasse teruggedrongen
wordt tot klasse II. Tevens worden vestigingmogelijkheden
voor de toekomst ook versmald, waardoor de economische
verkoopwaarde daalt.
Van de huidige gevestigde bedrijven worden met name de
metaalbewerkende bedrijven beperkt in de uitgroei, indien
gekozen zou worden voor terugdringing van klasse III naar
klasse II. Voor uitbreiding/ wijziging van
bedrijfsactiviteiten worden dan diverse mogelijkheden
uitgesloten of aan zeer stringente voorschriften gebonden.
Te denken valt aan constructiewerkzaamheden in grotere
omvang op een buitenterrein, straalwerkzaamheden en
productveranderingenDeze werkzaamheden brengen een
grotere geluidsproductie met zich mee. Beperking tot
bedrijfsklasse II betekent dat er in de meeste gevallen een
forse investering gepleegd moet worden om middels te
treffen voorzieningen de geluidsproductie te beperken.
Naast geluid zijn er ook andere aspecten die bij
metaalbewerkende bedrijven een belangrijke rol spelen zoals
luchtverontreiniging lassendampen, verfspuitendampen en