3.3.4 Uitvoering 20 3.3.5 Monitoring, controle en handhaving Monitoring 21 Wanneer het gaat om de uitvoering van de Wbb-bevoegd gezagtaken kunnen de volgende taken worden onderscheiden: 1. Afhandelen meldingen, afgeven van beschikkingen en toepassen van het juridisch instrumentarium. 2. Uitvoeren van de bodemtaken bij bedrijven en branches. 3. Uitvoeringen van saneringen in het landelijk gebied. Ad 1.: Op de uitvoering van dit taakonderdeel zijn de in paragraaf 3.3.1 aangeduide organisatorische aandachtspunten van belang toepassing. Het gaat in dit verband om een voor de gemeente geheel nieuwe taak (per 1-1-2003) waarbij onder meer de volgende activiteiten aan de orde zijn: Beschikking niet ernstig Beschikking ernst en urgentie Beoordeling saneringsonderzoek Beschikking saneringsplan Beschikking ernst/urgenite/saneringsplan Melding niet in behandeling Onthouding goedkeuring Vaststelling saneringsverslag Beoordeling nazorg Beoordeling grondwatersanering Behandeling zienswijzen Behandeling bezwaarschriften Controle uitvoering Doormeldingen gem ex art 41 Wbb (niet ernstig) Doormeldingen gem ex art 41 Wbb (potentieel ernstig) doormeldingen door derden (niet ernstig) In bijlage 2 is een onderbouwing gegeven van de gemeentelijke capaciteitsbehoefte voor dit taakonderdeel Ad 2: Uitvoering van de bodemtaken bij bedrijven en branches (BSB-II) Bij de uitvoering van de bodemtaken binnen dit segment dient naast programmering rekening te worden gehouden met de volgende werkzaamheden: A Introductie en stimuleringvan het nieuwe beleid aan het bedrijfsleven. B Uitvoeren van de bevoegd gezag taak ingevolge de Wbb inclusief de beoogde intensivering van de controle en handhaving van de uitvoering. Ad A: De bedrijvenregeling (medefinanciering en saneringsplicht) is gericht op het stimuleren van ondernemers om te investeren in bodemsanering. Van groot belang is dat deze regeling op een adequate wijze bekend gemaakt wordt en wordt vertaald naar de situatie van de individuele ondernemer. Om de bodemsaneringsoperatie een impuls te geven is een uitgebalanceerde instrumentenmix noodzakelijk, bestaande uit de spreekwoordelijke elementen "zweep, wortel en preek". In de "zweep" en de "wortel" is voorzien; zij maken deel uit van de reeds beschreven bedrijvenregeling in de vorm van een saneringsplicht respectievelijk medefinanciering door de overheid. De uitvoering komt in handen van het bevoegd gezag Wbb, in casu de gemeente Leeuwarden, en een centraal loket (kassiersfunctie). Voor de korte termijn, tot 2003 blijft de huidige bevoegd gezag rol ongewijzigd van kracht. Ad B: Ingevolge de bedrijvenregeling kunnen vier clusters van activiteiten worden onderscheiden, te weten: 1 beoordeling van het onderzoek en de saneringsaanpak en de dien ten gevolge te nemen besluiten (huidige situatie tot 1-1-2003 uitvoering door de provincie); 2 beoordeling of het betreffende bedrijf voor financiering ingevolge de bedrijvenregeling in aanmerking komt (nieuw voor zowel provincie als gemeente); 3 beoordeling welk deel van de saneringskosten subsidiabel zijn (nieuw voor zowel provincie als gemeente); 4 controle en handhaving van de uitvoering (huidige situatie tot 1-1-2003 uitvoering door de provincie). De eerste cluster van activiteiten komt overeen met de huidige taken die de provincies verrichten in het kader van sanering in eigen beheer. De activiteiten die vallen onder cluster 2 zijn vooral juridisch van aard, terwijl de activiteiten zoals bedoeld onder 3 meer technisch en financieel van karakter zijn. Cluster 4 gaat over controle en handhaving van de uitvoering en de beoogde intensiveringen komt overeen met de huidige werkwijze. Ad 3: Uitvoering van saneringen in het landelijk gebied Alleen gemeenten met de bevoegd gezag status ingevolge de Wbb, zoals de gemeente Leeuwarden, zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van saneringen in het landelijk gebied. De aanpak is sterk vergelijkbaar met de aanpak van saneringen in het stedelijk gebied, vanwege de als gevolg van BEVER gekozen werkwijze met betrekking tot de opzet en uitvoering van het meerjarenprogramma Wbb. Voor de gemeente Leeuwarden gaat het naar verwachting om een taak van beperkte omvang. De daadwerkelijke omvang van dat taakonderdeel zal blijken nadat per 1-1-2003 een meerjarenprogramma Wbb door de gemeente is opgesteld (zie paragraaf 3.3.3 Programmering). In de voorgaande paragrafen is op de achtergronden van monitoring ingegaan. In operationele zin betekent dit voor de gemeente Leeuwarden dat de bestedingsverantwoording plaatsvindt in het

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 535