6 Uitkomsten van de simulaties
Voor de parkeergarage Oldehoofsterkerkhof zijn drie alternatieve modellen ontwikkeld. Bij
alle drie alternatieven is de ingang van de parkeergarage in het Heer Ivostraatje, terwijl in
model Stadsrand de ingang aan de Groeneweg ligt.
Het eerste alternatief betreft een parkeergarage met 2 lauen en 450 parkeerplaatsen, waarvan
het investeringsbedrag afgerond Mf 42 (M€ 19; incl btw) bedraagt. Dit is een variant op het in
2001 gepresenteerde Model Stadsrand (zie paragraaf 2.2).
Het tweede alternatief is een 2-laags parkeergarage met 350 parkeerplaatsen. Het
investeringsbedrag van dit alternatief bedraagt afgerond Mf 32 (M€ 14,5; incl btw) en is
afgeleid van Model Stadsrand. De reden daarvoor is dat het maken van tekeningen voor deze
variant, gezien de kosten die daarmee gepaard gaan, (nog) niet is gebeurd.
Het laatste alternatief is een 3-laags parkeergarage met 510 parkeerplaatsen. Ook bij deze
variant is, uit oogpunt van kostenbeheersing, het investeringsbedrag afgeleid van Model
Stadsrand en bedraagt afgerond Mf 42 (M€ 19; incl btw). De bouwkundige constructie wijkt
echter wel at van Model Stadsrand, omdat de parkeergarage, door drie in plaats van twee
lagen, zowel dieper is als een kleiner oppervlakte beslaat.
De kleinere oppervlakte is de voornaamste reden voor het feit dat, hoewel deze parkeergarage
meer parkeerplaatsen heeft dan het alternatief met 450 parkeerplaatsen, beide garages globaal
het zelfde investeringsbedrag hebben. Bij het 3-laags alternatief met 510 parkeerplaatsen
komt de parkeergarage minder dicht bij de bestaande bebouwing, waardoor minder
grondwerkzaamheden en bijkomende maatregelen uitgevoerd hoeven worden.
Door het investeringsbedrag voor het alternatief met 510 parkeerplaatsen af te leiden van een
parkeergarage met een andere bouwkundige constructie, is het de vraag of nadere uitwerking
aan de hand van tekeningen niet tot een hoger investeringsbedrag zal leiden. Overigens is om
die reden in het investeringsbedrag Mf 0,5 (M€ 0,23) extra opgenomen in de post onvoorziene
uitgaven.
Om een uitspraak te kunnen doen over de financiële haalbaarheid van de drie alternatieve
modellen, zijn simulaties van de toekomstige exploitaties van de parkeergarages uitgevoerd,
waarbij voor elk alternatief een positief ("hoog") en een negatief ("laag") scenario is
doorgerekend. In paragraaf 6.2 wordt eerst ter vergelijking de uitkomst van de simulatie voor
het model Stadsrand weergegeven, waarna in de paragrafen 6.3, 6.4 en 6.5 achtereenvolgens
wordt ingegaan op de uitkomsten van de simulaties voor de drie alternatieve modellen.
In de exploitatieberekeningen van de simulaties zijn een aantal parameters die "hard" worden
verondersteld. Deze parameters hebben bij de drie alternatieven en bij de verschillende
scenario s een vaste waarde. In paragraaf 2 zijn deze parameters besproken en hieronder volgt
een samenvattend overzicht.
Tariefsverhoging
10% elke 3 jaar, eerstvolgende 2005
Inbreng in CV
f 61.500 28.000) per parkeerplaats
Rente
5,5%
Bijdrage in verlies aan CV door gemeente
100%
Winstuitkering door CV aan gemeente
75%
Zie paragraaf 4
'De bijdrage uit de reserve parkeren aan de pleininrichting ad Mf 2 (M€ 0,9) is als bijdrage
aan initiatieven verwerkt (zie paragraaf 4) en maakt dus geen deel uit van het
investeringsbedrag.
Daarnaast zijn er een aantal parameters die (mede) door externe factoren worden beïnvloed en
waarvan een inschatting is gemaakt. Omdat deze parameters een bepaalde mate van
onzekerheid met zich meebrengen en een behoorlijke invloed op de exploitatie hebben,
moeten de parameters constant worden gevolgd. Zo nodig kunnen dan tijdig bijsturende
maatregelen worden genomen.
De opbrengstpercentages verschillen per alternatief en per scenario. Ze zijn in paragraaf 3
behandeld en worden hieronder per alternatief en per scenario weergegeven.
Hoog
Laag
Opbrengstpercentages:
Klanderij 425
Zaailand 625
Hoeksterend 395
35%
31%
33%
38%
33%
29%
35%
29%
25%
33%
27%
25%
Zoals vermeld in paragraaf 3.2 wordt bij de nieuwe garage en de nog te bouwen garage
uitgegaan van een ingroeitraject, waarbij de mate van snelheid en de eindwaarde variëren. In
de berekeningen is rekening gehouden met dit aanloopscenario (zie bijlage 2).
9
6.1 Drie alternatieven
8
Harde parameter
Waarde:
Bijdrage aan initiatieven
Parameter:
Oldehoofsterkerkhof 350
Oldehoofsterkerkhof 450
Oldehoofsterkerkhof 510