Blad 2 deel van de garage en de bijkeuken gewijzigd. Ondanks dat de opbouw niet is opgericht boven het deel dat het dichtst bij het perceel van belanghebbende is gelegen, maar op een afstand van 3,8 m hieruit, is de opbouw goed zichtbaar. Dit kiemt temeer daar het leefgedeelte van de woning van belanghebbende (woonkamer met aansluitend terras, 3 slaapkamers en bijkeuken) en de achtertuin zijn gericht op deze zijde. Het zicht op de opbouw is niet als aantrekkelijk aan te merken, in elk geval minder dan bij een geheel platte bungalow, en heeft daardoor een negatieve invloed op de belevingswaarde van het object van belanghebbende Wat betreft waarde en waardevermindering wordt in het rapport van de SAOZ opgemerkt dat het object (Sem Dresdenstraat 2), rekening houdende met de maximale mogelijkheden van het oude planologische regime, zijn hoogste waarde ontleende aan de hoedanigheid van woonhuis. Deze waarde lag - de mutatie - weggedacht - per peildatum (13 juli 2000) in de orde van grootte van 260.923,62 (f 575.000,--) De SAOZ vervolgt dan met de opmerking dat de hiervoor (in het rapport) genoemde specifieke gevolgen van de onderhavige planologische mutatie (vergroten woning Sem Dresdenstraat 2a), zijnde uitzichtverlies en enige gemis aan zonlicht, er toe hebben geleid, dat voor een willekeurige gegadigde de waarde van het object (Sem Dresdenstraat 2) per peildatum met een bedrag van 6.806,70 (f 15.000,--) is gedaald naar een bedrag in de orde van grootte van 254.116,32 (f 560.000,--). De SAOZ adviseert een schadevergoeding te betalen aan de bewoners van het pand Sem Dresdenstraat 2 van 6.806,70 (f 15.000,--). Dit bedrag dient te worden vermeerderd met het bedrag aan wettelijke renet van 1.139,48 (f 2.511,08), zodat in totaal dient te worden betaald 7.946, 18 (f 17.511,08) Standpunt van het college Ons college kan met het SAOZ-advies instemmen. Het advies van de SAOZ komt ons niet onredelijk voor. 3e±e: cc de situatie zoals die ter plaatse is ontstaan, achter, wi net een reële zaak dat de schadevergoeding in dit geval. wordt toegekend Het bedrag van 7.946,18 zou ten laste moeten worden gebracht van het binnen het beleidsproduct 810.01 Ruimtelijke Ordening beschikbare budget voor uitkeringen planschade (3331505104, zijnde 12.300,--). Dit budget was tot aan onderhavige claim echter reeds met 15.673,83 overschreden. [De overschrijding van het budget is dus nu in totaal 15.673,83 "7.946,18 23.620.011. Blad 3 Het te betalen bedrag van 7.946,18 (f 17.511,08) dient daarom ten laste te worden gebracht van de Algemene Reserve Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-raadsbesluit Leeuwarden, 10 oktober 2002, Burgemeester en wethouders van Leeuwarden, M. de Boer, burgemeester, ir. Sk.A. Brouwers, secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 205