Evaluatie stipejild
Inleiding
Bij raadsbesluit van 10 juli 2000 werd besloten tot invoering per 1 september 2000 van het
zogenaamde stipejild. Het stipejild is een onkostenvergoeding voor uitkeringsgerechtigden die
deelnemen aan een reïntegratietraject gericht op uitstroom naar werk of op sociale activering.
De kosten dienen aantoonbaar te zijn. De vergoeding bedraagt maximaal fl 500,00 226,-)
voor deelnemers met een afstand tot de arbeidsmarkt welke binnen één jaar met een traject
overbrugd moet kunnen worden de zgn. fase 2/3 cliënten en maximaal fl 1000,- 454,-
voor deelnemers met een grote of onoverbrugbare afstand tot de arbeidsmarkt voor wie het
traject gemiddeld twee jaren duurt de zgn. fase 4 cliënten
Er werd afgesproken om de toepassing van het stipejild in de uitvoeringspraktijk te evalueren.
De evaluatie werd vooral nodig geacht om na te gaan of de beschikbare middelen
overeenkomstig de uitgesproken intentie en verwachting vollédig zouden worden gebruikt en
ook voor het maximale bedrag per persoon ten goede zouden komen aan de deelnemer
Tevens zou de evaluatie moeten uitwijzen of de uitvoeringspraktijk ongerechtvaardigde
interpretatieverschillen van het onkostenbegrip zou vertonen Als dat zich bij de toepassing
van het stipejild inderdaad zou voordoen dan zou het invoeren van een bezwaarmogelijkheid
voor de trajectdeelnemer moeten worden overwogen.
De evaluatie zou aanvankelijk eerder plaats vinden in 2001 maar werd uitgesteld omdat
over de aanvankelijk te evalueren uitvoeringsperiode nog te weinig ervaring met het stipejild
was opgedaan om op basis daarvan al relevante conclusies te kunnen trekken. Inmiddels is nu
voldoende tijd verstreken om verslag te doen van de bevindingen over de periode van 01
september 2000 tot 01 juli 2002 en om de opgedane ervaring met het stipejild te beoordelen.
Dit is van belang voor het bepalen van de wijze waarop het stipejild vanaf 2003 moet worden
ingezet.
In deze evaluatie passeert eerst de invoering 1 de revue. Hier wordt ingegaan op de
aanleiding tot de invoering en tot de evaluatie van de uitvoeringspraktijk van het stipejild de
samenhang met de ontwikkeling van het activeringsbeleid de aard het doel en het beoogde
resultaat van het stipejild de financiële middelen en de beoogde aanwending van het stipejild
door de reïntegratiebedrijven.
Vervolgens wordt de uitvoering 2 onder de loep genomen door inventarisatie van enkele
feiten en getallen hoeveel reïntegratiebedrijven (rib's) zijn erbij betrokken hoeveel geld is
aan de rib's verstrekt en inmiddels uitgegeven en welke soort onkosten zijn vergoed Verder
wordt hier ingegaan op de vraag of er knelpunten in de uitvoering zijn gesignaleerd en of
gebleken is van de behoefte om in bezwaar te kunnen gaan
Hierna wordt op grond van de bevindingen beoordeeld 3 of de inzet van stipejild aan het
beoogde doel beantwoordtof het gewenste resultaat wordt bereikt en of de uitvoering tot nu
toe is verlopen volgens de eisen die we daaraan stellen Kortom heeft het nieuwe instrument
tot nu toe aan de verwachtingen voldaan
Tenslotte wordt de conclusie getrokken en aanbeveling 4 gedaan over de vraag óf en zo ja
hóe we doorgaan
I
-1-