Gemeente leeuwarden
Oldehoofsterkerkhof 2
Postbus 21000
8900 JA Leeuwarden
Telefoon 058 233 88 33
Bezwaarschrift van mevr. P. de Jong, Harlingerstraatweg 93,
8914 AB Leeuwarden, gericht tegen de afwijzing planschade
vergoeding in verband met de bouw van een appartementen
complex aan de Bilderdijkstraat/Harlingerstraatweg te
Leeuwarden.
Kenmerk 14 801 dp
Aan de gemeenteraad.
In uw vergadering van 15 mei 2000 heeft u besloten het
verzoek van de erven F.R. Moré en mevr. P. de Jong te
Leeuwarden d.d. 19 april 1997 om vergoeding van schade op
grond van artikel 4 9 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
af te wijzen. Bij brief van 2 0 juni 2000, verzonden op 21
juni 2000, heeft ons college hiervan mededeling gedaan aan
mevr. P. de Jong, erven F.R. Moré, p/a mevr. mr. M.E. van
der Eijk-Klinkhamer te Groningen. Tegen genoemd besluit
richt zich het bezwaarschrift d.d. 19 juli 2000, ontvangen
op 2 0 juli 2 000, van mevr. P. de Jong, vertegenwoordigd
door mevr. mr. M.E. van der Eijk-Klinkhamer.
Over genoemd bezwaarschrift heeft de Commissie van advies
voor de bezwaar- en beroepschriften aan de Raad van de
gemeente Leeuwarden een advies (BW 171/00) uitgebracht. Het
voor u ter inzage liggende advies d.d. 17 juni 2003, geeft
ons aanleiding om daarvan af te wijken.
Voor wat betreft de Inleiding, Regelgeving en beleid en de
Feiten verwijzen wij u kortheidshalve naar het advies van
de commissie. Onder Beoordeling van de bezwaren staat o.a.
dat de Stichting Advisering Onroerende Zaken te Rotterdam
(SAOZ) - die destijds advies heeft uitgebracht - van mening
is dat belanghebbenden, door hun woning in 1993 te kopen,
een risico hebben genomen, in die zin dat het aangrenzende,
toen braakliggende terrein, op grond van de verleende
bouwvergunning in augustus 198 9, bebouwd zou kunnen worden
met een circa 13 m hoog flatgebouw (appartementengebouw)
Dit flatgebouw zou een aanmerkelijk groter bouwvolume en
grotere bouwhoogte hebben dan op grond van het destijds
geldende planologisch regime zou kunnen worden gebouwd.
De SAOZ was destijds van mening dat er sprake was van een
waardevermindering van f 35.000,--. Vanwege het door
reclamanten ten tijde van de aankoop van de woning aanvaard
risico van realisatie van hoogbouw op grond van
eerdergenoemde bouwvergunning en het daaruit voortvloeiende
mogelijk optreden van privacyverlieswas de SAOZ van
mening dat de helft van de waardevermindering a f 17.500,--
voor rekening van reclamanten diende te blijven. Dit gold
tevens voor de vergoeding van de wettelijke rente.
Sjoch dizze stêd; sjoch wat der rünom bart - It aide spegelet him yn wat de takomst hat - Piter Terpstra