Blad 2
Op die wijze kan de parkeercapaciteit substantieel worden
uitgebreid in combinatie met een wezenlijke verbetering van
de kwaliteit van de openbare ruimte.
Tot nu toe hebben die gesprekken en studies wel geleid tot
plannen, maar niet tot een realisatiebesluit van de
Gemeenteraad van Leeuwarden. Naar aanleiding van een
voorstel van het College van B&W in het voorjaar van 2002
en een afwijzing van het B&W voorstel door de Raad, heeft
een initiatief groep van de Raad de problematiek opgepakt
en een oplossingsrichting gegeven. Dat voorstel is door B&W
geanalyseerd en heeft haar beslag gekregen in een
Raadsbesluit van 10 maart 2003, met daarin een opdracht om
binnen bepaalde randvoorwaarden een plan te ontwikkelen.
De essentie van dat Raadsbesluit was dat het plan
betrekking moet heb ben op een parkeergarage met circa 500
parkeerplaatsen en een ontsluiting op de Groeneweg.
Daarnaast moet er aandacht zijn voor het plein, de
gebruiksfuncties daarvan en de verbindingen tussen de stad
en de Prinsentuin. Er moet kortom een integraal plan komen
aandacht voor stedenbouwkundige aspecten, parkeren en
verkeer, maar uiteraard ook de financiële zaken.
Afgesproken is verder dat de commissie Stadsontwikkeling op
de hoogte zou worden gehouden over de voortgang. Dat is
gebeurd via het memo van wethouder Waanders d.d. 2 8 mei
2 003 aan die commissie over de inperking van de
oplossingsruimte. Ook is afgesproken dat de
kernuitgangspunten voor het plan zijn: 500 parkeerplaatsen
op deze locatie en realisatie op zo kort mogelijke termijn.
In deze toelichting wordt achtereenvolgens aandacht besteed
aan de randvoorwaarden en uitgangspunten, de definitie van
de oplossingsruimte, de afweging van de varianten, de
uitwerking van het voorkeursvariant en het vervolg traject.
Als bijlage is het boekje "Oldehoofsterkerkhof
schetsontwerpen parkeergarage stedenbouwkundig ontwerp"
beschikbaar
RANDVOORWAARDEN CQ UITGANGSPUNTEN
Verkeer
GWP als kader
Wat betreft verkeerskundige uitgangspunten is het GWP
leidraad. Dit betekent dat het uiteindelijk te realiseren
plan getoetst wordt op bereikbaarheid, verkeersveiligheid
en duurzaamheid.
Blad 3
Onder bereikbaarheid wordt verstaan dat alle stadsfuncties
goed bereikbaar zijn en dat burgers zelf kunnen kiezen hoe
ze zich verplaatsen. Het realiseren van de parkeergarage
onder het Oldehoofsterkerkhof heeft als doel te zorgen voor
voldoende bereikbaarheid van en voldoende
parkeergelegenheid in of nabij de binnenstad, nu en in de
toekomst
De gemeente Leeuwarden streeft naar een verkeersveilig
verkeerssysteem. De kans op ongevallen dient binnen het
systeem zo klein mogelijk te zijn. Als er toch een ongeval
plaats vindt, moet de kans op letsel zo klein mogelijk t
zijn. Bij de parkeergarage is dit aspect met name
belangrijk bij de vormgeving van de in- en uitrit. Kruisend
verkeer, met name tussen in- of uitrijdende auto's en
andere verkeersdeelnemers, moet voorkomen worden.
Met duurzaamheid wordt bedoeld dat een verkeers- en
vervoersysteem gerealiseerd wordt dat zowel nu, als in de
toekomst functioneert. Aspecten zoals geluidshinder,
luchtverontreiniging, stank, ruimtelijke kwaliteit en
beschermde stads- en dorpsgezichten spelen hierbij een rol.
Parkeerbalans en parkeerbehoefte
In de huidige situatie zijn er voldoende parkeerplaatsen om
te voldoen aan de vraag. In de toekomst zal de benodigde
parkeercapaciteit aangepast moeten worden aan de
veranderende behoefte. In het in ontwikkeling zijnde
parkeerbeleidsplan wordt aangegeven dat voor de periode tot
2010 per saldo een aantal in de orde van grootte van 800
"nieuwe" parkeerplaatsen zal worden gerealiseerd om in de
parkeerbehoefte te voorzien, waarvan een deel ten
noordwesten van het centrum. In het Raadsbesluit van maart
2 0 03 is besloten dat in de parkeergarage onder het
Oldehoofsterkerkhof ongeveer 500 parkeerplaatsen
gerealiseerd moeten worden. Dit betekent een toename met
ongeveer 250 parkeerplaatsen ten opzichte van de huidige
situatie
Ontwikkeling parkeerbeleidsplan
In ontwikkeling is het parkeerbeleidsplan. In dat verband
heeft de Raad in april 2003 de notitie "essentie
parkeerbeleid" vastgesteld. In die notitie zijn de kaders
voor het parkeerbeleid vastgelegd. De betekenis van dat
kader voor dit project is dat daarmee een beleid gericht op
optimalisatie van het gebruik en de exploitatie van
parkeergarages wordt bewerkstelligd.
Maaiveldparkeren wordt ontmoedigd door een beperking van
het aantal parkeerplaatsen, een parkeerduur-beperking en
hogere tarieven voor parkeren op maaiveld. Met vergunningen
en ontheffingen voor maaiveld zal meer terughoudend worden
omgegaan. Deze maatregelen, gecombineerd met de verwachte
groei van de stad, de uitbreiding van het winkelapparaat in
de binnenstad en het toenemend autogebruik, resulteren in
een toename van de druk op de parkeergarages
