Voortgangsrapportage en herverdeling ISV-programma 2000-2005. September 2002. 1.1 Fysieke condities voor versterking van de stedelijke economie. De gemeente Leeuwarden heeft in haar MOP aangegeven hoe zij fysieke voorwaarden zal scheppen voor economische activiteiten. Vanuit het ISV-I programma leveren de projecten "Revitalisering bedrijfslocaties Leeuwarden-Oost" en "City-Fee" daar een belangrijke bijdrage aan. De uitwerking van beide projecten die nu nog in een voorbereidende fase zitten bepalen de grootte van die bijdrage. Aandachtspunten zijn: de vergroting van de multifunctionaliteit van de gebieden, ruimte creëren voor startende ondernemers, ruimte voor kansrijke sectoren, de bereikbaarheid van de gebieden, de concurrentie t.o.v. andere gebieden en de toename van werkgelegenheid. Deze aandachtspunten zullen waar mogelijk in de projectplannen vertaald worden. Er zijn vanuit het ISV nog geen resultaten geboekt, omdat de uitvoering nog niet is gestart. Beoogd wordt: Het bedrijventerrein Leeuwarden-Oost, het oudste van Leeuwarden, wordt beter ontsloten en opgeknapt, zowel aan de zuidzijde als aan de noordzijde. Hiermee wordt het terrein beter bereikbaar voor vrachtverkeer. Aparte voorzieningen voor langzaam verkeer zullen bovendien de verkeersveiligheid vergroten. Het bestaande terrein zal worden uitgebreid met 9 ha, waardoor de aanwezige industrie de noodzakelijke uitbreidingsinvesteringen kan plegen. Het tweede onderdeel omvat een betere ontsluiting van het bestaande bedrijventerrein Hemrik-West. Door een extra aanhaking aan de rondweg-Oost wordt hiermee door een betere uitgeefbaarheid en bereikbaarheid de concurrentiepositie van het bedrijventerrein Hemrik in zijn geheel verbeterd. Hierdoor zullen private investeringen worden uitgelokt die, tezamen met de investeringen in Leeuwarden-Oost, tot een toename van de werkgelegenheid zullen leiden. een betere bereikbaarheid van zowel de kantorenconcentratie Stationsgebied-Tesselschadestraat als van de economische functies in de binnenstad door de opwaardering van de westelijke invalsweg. Door inbreiding zullen nieuwe Al-locaties voor kantoren worden ontwikkeld. Deze ontwikkeling vindt plaats aan de hand van concrete vraag uit de markt. Het plan voorziet verder in functiemenging kantoren, wonen en detailhandel. Daarnaast vindt een opwaardering plaats van de openbare ruimte plaats door herprofilering van de centrale as van het City-FEC gebied. De verhoogde aantrekkelijkheid en betere bereikbaarheid van City-FEC leiden tot aanzienlijke investeringen in zowel profit als non-profit met een aanzienlijk werkgelegenheidseffect. Vooral in de markt voor callcenters kan Leeuwarden zijn positie verder versterken. 1.2 Woonklimaat. Op basis van de vraag op de Leeuwarder woningmarkt is het beleid (zoals dat tot nu toe is neergelegd in het MOP en het kadeiplan Stedelijke Vernieuwing) gericht op variatie en differentiatie in aanbod van woonmilieus. De keuzemogelijkheden van burgers zullen vergroot worden. De uitbreiding en het beheer van de woningvoorraad worden waar mogelijk met elkaar verbonden. Bestaand stedelijk gebied moet aantrekkelijk worden voor midden- en hogere inkomensgroepen. De vitaliteit van een aantal bestaande woongebieden zal verhoogd worden. Speciale aandachtsgroepen zijn: ouderen, gehandicapten, woonwagenbewoners en daklozen. Onvrijwillige segregatie moet worden tegengegaan. De ISV-projecten Vrijheidswijk, Achter de Hoven/Vegelin, afronden 1000X collectief, woonkwaliteit binnenstad, steunpunt VvE's en duurzaamheidproject Vosseparkwijk leveren aan deze doelstellingen een bijdrage. -7- Voortgangsrapportage en hen>erdeling ISV-programma 2000-2005. September 2002. 1.3 Kwaliteit openbare ruimte. De beleving van de openbare ruimte door een gebruiker wordt voor een belangrijk deel gevormd door de inrichting, de conditie (technisch onderhoud en verzorging) en de activiteiten die in de openbare ruimte plaats vinden. Een goed onderhoud is een noodzakelijke randvoorwaarde voor de kwaliteit van de openbare ruimte. Het handhaven van regels in die openbare ruimte eveneens. Dit is ook de reden dat de gemeente Leeuwarden bij haar ISV-projecten er naar streeft rekening te houden met het op een zo efficiënt mogelijke manier kunnen beheren/onderhouden van die openbare ruimte. Aanvullend beleid is ontwikkeld in de vorm van wijkserviceteams, het servicemeldpunt en het gebiedsgericht werken. Bij diverse projecten is sprake van een kwaliteitsslag voor de openbare ruimte; soms direct (verbetering van de openbare ruimte in de vorm van het aanpassen van de verouderde inrichting), soms indirect (verbetering aan de woningvoorraad, met afgeleide effecten voor de openbare ruimte). Voorbeelden van de laatste categorie zijn woonkwaliteit binnenstad, monumentensubsidies, 1000 x collectief duurzaamheidsproject Vosseparkwijk en haalbaarheidsonderzoek VvE. Projecten die in directe zin bijdragen aan de kwaliteitsverbetering van de openbare ruimte zijn: Achter de Hoven/Vegelin, Vrijheidswijk, City-FEC, revitalisering bedrijfslocaties Leeuwarden-oost, Binnenstad Nieuwe Stad, Prinsentuin en Vijverpark. Met name het project Binnenstad Nieuwe Stad heeft reeds nu tot een forse verbeteringsslag geleid, met de herinrichting van een groot deel van het kemwinkelgebied. Er is voor de binnenstad gekozen voor een hoog onderhoudsniveau. De andere projecten zijn ofwel in uitvoering (bijvoorbeeld Prinsentuin) of vergevorderd in de voorbereiding. Met name de Vrijheidswijk en Achter de Hoven/Vegelin hebben te kampen met veel rondslingerend vuil, ten dele veroorzaakt door de bewoners en ten dele door de sloop van panden. Dit geeft een verpauperd beeld. Deze verpauperde aanblik trekt bepaalde groepen aan, zoals zwervers, dak- en thuislozen, dealers etc. De komst van deze groepen geeft weer een groot gevoel van onveiligheid bij de bewoners. In deze wijken oefenen wij constante druk uit op het schoonmaken - en -houden van de wijk. 1.4 Milieukwaliteit. De Milieukwaliteit is in het MOP omschreven als de kwaliteit van de duurzame ontwikkeling en milieu. Hierbij is het uitgangspunt ontwikkelingen zo te laten verlopen dat Leeuwarden nu en in de toekomst een schone en gezonde en leefbare gemeente is. Voor het realiseren van die doelstellingen is in het duurzaamheidsbeleidsplan 2001-2005 "De volgende zet" een kader met acht duurzaamheidscriteria vastgelegd. Deze zijn: Leeuwarden is zuinig met voorraden; Leeuwarden koestert de kwaliteiten van landschap, natuur en groen; Leeuwarden is een mooie, schone en veilige stad; Leeuwarden betrekt iedereen bij de ontwikkeling van de duurzame stad; Leeuwarden doet lokaal wat lokaal kan; Leeuwarden richt de gemeente in met het oog op de volgende generaties; Leeuwarden staat open voor innovaties; Leeuwarden handelt vanuit een mondiaal perspectief. Al werkende met dit kader worden in stedelijke vernieuwingsprojecten (o.a. Vrijheidswijk) en nieuwe uitleggebieden (Zuiderburen, Leeuwarden-zuid) maatregelen op het gebied van water en (water-)bodemsanering, geluid, klimaat/energie, duurzaam bouwen, afvalinzameling et cetera, in de projecten gebracht. In ontwikkeling is een toetsingsinstrument (Duurzaamheids Profiel op Locatie) om duurzame ontwikkeling in de projecten meetbaar te maken. Hiermee moet een duurzaam profiel van de inspanningen kunnen worden verkregen. De resultaten zijn o.a. stedelijke ontwerpen waar water een prominente rol in speelt. Op het gebied van klimaat worden o.a. in Zuiderburen zeer energiezuinige woningen gerealiseerd. "In alle stedelijke vernieuwingsprojecten, zoals de Vrijheidswijk, Achter de Hoven/Vegelin, maar ook nieuwe uitleggebieden is de duurzame ontwikkeling een voorwaarde. In die projecten vinden integraal bodemsaneringen, kwaliteitsverbetering van de leefomgeving, energiebesparingcampagnes plaats. In de Vosseparkwijk vindt een energiebesparingsproject om 10% minder C02 uit te stoten, dat gelijk op loopt met het vergroten van de veiligheid in de wijk door fysieke maatregelen. In de Potmargezöne gaat een kwaliteitsslag stedelijk groen gelijk op met het verbeteren van de waterkwaliteit van de Potmarge. Voorts zijn in tientallen losse projecten bodemsaneringen uitgevoerd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 144