Blad 2
Het GVVP vertoont een sterke samenhang met "Varen onder
eigen Vlag". Beide stukken zijn min of meer parallel aan
elkaar gemaakt. De titel van het GVVP "De complete stad
bereikbaar", refereert ook aan de functie van de
bereikbaarheid voor de ontwikkeling van de stad als geheel.
Kern van het GWP
Het Doel van het gemeentelijk verkeers- en vervoerbeleid is
het realiseren van een doelmatig, veilig en duurzaam
verkeers- en vervoersysteem om daarmee bij te dragen aan
het optimaal economisch, ruimtelijk, sociaal en cultureel
functioneren van de stad Leeuwarden. Uitgangspunten bij dit
gemeentelijk verkeers- en vervoerbeleid zijn:
een helder, logisch en begrijpelijk verkeers- en
vervoersysteem;
een verkeers- en vervoersysteem dat bereikbaarheid
garandeert
een verkeers- en vervoersysteem dat duurzaam
verkeersveilig is;
een verkeers- en vervoersysteem dat past bij een
duurzame samenleving;
een verkeers- en vervoersysteem dat een sterke en
bescheiden groei van Leeuwarden aan kan;
inrichting van de verkeersruimtes met respect voor en
in harmonie met de omgeving;
een haalbaar, realiseerbaar en betaalbaar verkeers-
en vervoersysteem.
Aanvullend onderzoek Stadsring
In de inspraak zijn de functie en geplande vormgeving van
de Julianalaan - Heliconweg - Valeriusstraat ter discussie
gesteld. In het ontwerp-GVVP is die route een verbindende
en verdelende functie toebedacht. Gelet op de verwachte
groei van de verkeersdruk aldaar, die voorkomt uit die
functie van de weg, de groei van de stad en de groei van
het autogebruik, zijn in het GVVP maatregelen voorgesteld.
Aangegeven is dat op termijn een verdubbeling naar
verwachting onontkoombaar zal zijn.
In de inspraak is gesteld dat er andere en betere
alternatieven zouden zijn voor de totale verkeersstructuur
van de stad en dat de voorgestelde maatregelen überhaupt
niet gerealiseerd kunnen worden. Naar aanleiding van die
reacties is aanvullend onderzoek opgestart om antwoorden op
die vragen te kunnen geven.
Het onderzoek is gesplitst. In het ene deelonderzoek is
bekeken of er andere en betere alternatieven zijn voor de
stadsring. In dat onderzoek is geconcludeerd dat die andere
alternatieven slechter zijn dan de in het ontwerp-GVVP
voorgestelde structuur. Achter deze conclusie heeft de
Commissie Stadsontwikkeling zich op 9 oktober 2002 in
meerderheid geschaard. Hetzelfde onderzoek heeft ook
opgeleverd dat een uitbouw van de kruispunten op de
Blad 3
stadsring al een structurele verbetering van de
verkeersafwikkeling mogelijk maakt. Als de stad én het
verkeer zo hard gaan groeien als waar nu rekening mee
gehouden wordt, zal op termijn een verdubbeling moeten
worden overwogen. Als de groei van het autoverkeer minder
hard gaat, zou dat niet hoeven. Kortheidshalve wordt
verwezen naar de als bijlage bijgevoegde rapportage over
dat onderzoek Autoverkeerstructuur Zuidwest Leeuwarden"
Het andere deelonderzoek is gericht op de mogelijkheden om
de verkeersafwikkeling op de stadsring te kunnen
verbeteren. Vanuit een stedenbouwkundige invalshoek is
onderzocht in hoeverre een uitbouw van de kruispunten en
een eventuele verdubbeling realiseerbaar zijn. Dit
onderzoek is uitgevoerd door BRO en heeft opgeleverd dat er
stedenbouwkundig/ruimtelijk zeker mogelijkheden zijn om die
verkeersafwikkeling te verbeteren. Een
capaciteitsverruiming kan tot op zekere hoogte gepaard gaan
met een versterking van de stedenbouwkundige structuren.
Alles overziende wordt derhalve voorgesteld om te kiezen
voor een verkeersstructuur waarbij de stadsring een
belangrijke verbindende en verdelende functie krijgt.
Voorgesteld wordt ook om de stadsring te gaan vormgeven op
een zodanige wijze dat ze die functie vervolgens kan
waarmaken met een goed afwikkelingsniveau. Daarom wordt
voorgesteld om de stadsring uit te bouwen te beginnen met
de kruispunten. Bij de uitbouw zal worden geanticipeerd op
een eventuele verdubbeling. Na verloop van tijd zal worden
bekeken in hoeverre die verdubbeling wenselijk en
noodzakelijk zal blijken.
Uitvoerinqsproqramma
Met een vastgesteld GVVP zijn we er nog niet. Daarmee komt
beschikbaar een beleidskader en een toetsingskader.
Vervolgens zal het een ander moeten worden uitgewerkt en
geconcretiseerd. Daarom is een Indicatief
Uitvoeringsprogramma GVVP 2003 opgesteld, dat na
vaststelling van het GVVP moet worden uitgedetailleerd in
een Uitvoeringsprogramma. In dat programma zijn alle
middelen-stromen voor verkeer en vervoer samengevoegd. Dat
Uitvoeringsprogramma kan worden geïntegreerd in de MPI-
cyclusHet Indicatieve Uitvoeringsprogramma is als bijlage
bijgevoegd.
Voorgesteld wordt om het Uitvoeringsprogramma, in
combinatie met een raamkrediet-aanvraag, jaarlijks aan de
Gemeenteraad voor te leggen. Met het Uitvoeringsprogramma
geeft de Raad het College het mandaat om de projecten in de
betreffende jaarschijf ter hand te nemen. Besluiten van het
College van B&W binnen dit mandaat worden ter kennisname
naar de Raad gestuurd.