Beleidsplan Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2003
Het is onzeker of er de komende periode nu ook een aanzienlijke stijging van het aantal
bijstandsgerechtigden zal plaatsvinden. De economische teruggang en het karakter van
de instroom in de bijstand zijn in ieder geval op dit moment ongunstig. De instroom in
de bijstand kenmerkt zich vooral door mensen met een grote afstand tot de
arbeidsmarkt. In 2002 werd ongeveer de helft van de nieuw ingestroomde
bijstandsgerechtigden ingedeeld in fase 4.
Uit de tabel hieronder blijkt dat tussen september 2001 en september 2002 het aantal
bijstandsgerechtigden is afgenomen maar de relatieve verdeling van de verschillende
fases over het bestand gelijk is gebleven. Het aandeel bijstandsgerechtigden met een
grote afstand tot de arbeidsmarkt blijft rond de 70%.
Afstand tot
arbeidsmarkt
1-1-2001
1-9-2001
1-9-2002
Fase 1
200
5%
200
5%
170
5%
Fase 2/3
1.000
24%
900
23%
870
23%
Fase 4
2.800
68%
2.750
71%
2.660
71%
Nog in te delen
100
2%
50
1%
50
1%
Totaal
4.100
3.900
3.750
Het standcijfer van het bijstandbestand geeft afgezet tegen de tijd inzicht in het verloop
van het bijstandsbestand. Belangrijke onderliggende factoren van de omvang van het
bijstandsbestand zijn de omvang en aard van de in- en uitstroom die gezamenlijk de
totale omvang van het bestand bepalen. In de eerste helft van 2002 stroomden er
ongeveer 30 personen meer in dan er in dezelfde periode uitstroomden. Hieruit blijkt de
stabiele omvang van het bijstandsbestand op dit moment. Dit zegt echter niets over de
dynamiek van het bestand en de daarmee gemoeide werkzaamheden van sociale zaken.
Ruim 500 personen stroomden in de eerste helft van 2002 in en uit de bijstand.
Reden Instroom
r 15%
einde regulier werk
einde studie
overig
U^-5%
80%
De figuur hierboven geeft de reden van de instroom in de bijstand in de eerste helft van
2002 weer. Einde van gesubsidieerd werk komt niet voor als reden voor instroom. De
grote categorie overig wordt met name bepaald door veranderingen in
4
Beleidsplan Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2003
huishoudensamenstelling (scheiding e.d.), verhuizingen en einde van een andere
uitkering.
In de eerste helft van 2002 is de uitstroom naar (gesubsidieerd) werk 30%. In 2001 was
nog voor 40% het vinden van werk de reden voor beëindiging van de uitkering. In de
figuur hieronder wordt ook zichtbaar dat het verhuizen een belangrijke uitstroomfactor
is. Voor de overige redenen is wederom de wijziging van huishoudensamenstelling (bv
samenwonen en het vinden van een partner met eigen inkomen) een belangrijke factor.
Reden Uitstroom
regulier werk
0 gesubsidieerd
werk
studie
verhuisd
overig
Reïntegratieprogramma 2003
In de Lokale Agenda van de Toekomst is met de minister van SZW de afspraak
gemaakt om in 2003 950 reïntegratietrajecten te realiseren. De verwachting is dat 30%
van de trajectdeelnemers op termijn uitstroomt uit de bijstand. De gemeente heeft dus de
opdracht om in 2003 voor maximaal 950 personen nieuwe reïntegratietrajecten te
realiseren. Meer specifiek gaat het om ongeveer 650 personen met een grote afstand tot
de arbeidsmarkt (fase 4) en 300 personen met een eenvoudiger te overbruggen afstand
tot de arbeidsmarkt (fase 2/3). Het gaat in alle gevallen om mensen met een
bijstandsuitkering.
De SUWl-wetgeving maakt het voor de gemeente noodzakelijk een transparant en
inzichtelijke proces van opdrachtgunning te organiseren. Eind 2002 heeft de gemeente
Leeuwarden aan een tiental reïntegratiebedrijven gevraagd een offerte uit te brengen
voor de reïntegratie van 750 bijstandsgerechtigden. De resterende trajectruimte is
gereserveerd voor groepen voor wie bijzondere omstandigheden gelden die zich op dit
moment minder goed lenen voor een aanbesteding. Dat zijn de duale trajecten voor
nieuwkomers, waarin gelijktijdig aandacht voor inburgering en toeleiding naar de
arbeidsmarkt is, de kansentrajecten voor verslaafden en daklozen en de trajecten voor
jongeren onder de 23 in fase 4.
Nieuwe doelgroep Oudkomers
Dit jaar heeft de gemeente Leeuwarden voor het eerst de reïntegratie van
bijstandsgerechtigde oudkomers aanbesteed. Oudkomers zijn allochtonen die al langere
tijd in Leeuwarden wonen maar geen verplichte inburgering hebben gehad, omdat zij
zich voor 1998 in Nederland gevestigd hebben. Vanuit het Rijksbeleid is er veel
aandacht voor de inburgering van deze groep. Het Rijk heeft ook aanvullende middelen