♦I W I Blad 4 Alvorens inhoudelijk in te gaan op de diverse onderdelen, merken wij hierbij op dat de aanduiding "artikel" géén betrekking heeft op de in de voorschriften opgenomen arti kelen. Bedoeld wordt hoofdstuk 1, 2 en 3 van de plantoe lichting en verder met daarna het paragraafnummer vermeld. Als zodanig heeft het bezwaar betrekking op de toelichting en zijn er geen bezwaren tegen het juridisch bindend onder deel, namelijk de voorschriften en plankaart. Toch zal bij de behandeling van enkele onderdelen blijken dat - hoewel het bezwaar gericht is tegen de toelichting - de bezwaren deels doorwerken naar de voorschriften en de plankaart In de eerste plaats heeft FCDF een opmerking over het ge stelde in paragraaf 1.3. onder "doel van het bestemmings plan" "Het voorliggende plan geeft een moderne en flexibe le regeling voor de vernieuwing van het industriegebied Leeuwarden-Oost. De regeling is grotendeels gericht op een mogelijkheid voor herstructureringuitbreiding en vernieu wing van bestaande bedrijven en inrichtingen. De aard en invloed van de bedrijven wordt via milieuzonering vastge legd, hetgeen in de oude bestemmingsplannen nog niet aan de orde was. Uitgangspunt is dat de bedrijvigheid qua milieu belasting van vergelijkbare aard en invloed kan blijven. Uiteraard blijft het algemene standpunt dat bij vernieuwing van bedrijven en de verlening van nieuwe milieuvergunning uitgegaan wordt van de beste technieken ter bestrijding van milieuhinder. FCDF zou het onderstreepte gedeelte van dit citaat gewij- zigd willen zien in de best toepasbare technieken...". Reactie Ten aanzien van hetgeen door FCDF geciteerd wordt, moet opgemerkt worden dat gereageerd wordt op een eerdere versie van het plan, namelijk het voorontwerp. Overigens is het bewuste gedeelte dat volgens de FCDF aangepast zou moeten worden inhoudelijk ten opzichte van deze eerdere versie niet veranderd. Wij kunnen ons vinden in deze verandering in de tekst van de toelichting (zie ook paragraaf VI bij dit voorstel) Voorstel: De toelichting van het plan op dit punt aanpas sen. Verder stelt FCDF zich op het standpunt dat in paragraaf 3.2 van hoofdstuk 3 (Huidige situatie en ontwikkelingen) de zinnen "Xn ieder geval zal de fabriek nog tot circa 2010 activiteiten ter plekke hebben. De poedertorens van Noord zullen eerder verplaatst worden naar Zuid.zouden moeten komen te vervallen. Blad 5 Reactie: Met betrekking hiertoe merken wij op dat bedoelde paragraaf is geschreven met inachtneming van de op dat moment bekende informatie over de in het gebied (dus ook de FCDF) aanwe zige bedrijven. Klaarblijkelijk is het bedrijfsstandpunt met betrekking tot genoemde zinnen sindsdien bijgesteld. Er bestaat geen bezwaar tegen het schrappen van deze zinnen uit de toelichting (zie ook paragraaf VI bij dit voorstel) Voorstel: Aan de zienswijze op dit onderdeel tegemoet komen en het plan op dit punt aanpassen. FCDF maakt vervolgens bezwaar tegen de in categorie 5 ge noemde afstanden, zoals beschreven in hoofdstuk 4 van de toelichting (Milieuaspecten)In het voorontwerp bestemmingsplan was de volgende tekst opgenomen: "Voor nieuwe vestigingen van categorie 5 is dit gebied dan ook uit den boze, niet echter voor het bestaande bedrij fDe FCDF zal hier specifiek inbestemd worden. Via de milieuver gunning (en de saneringsmaatregelen) zal de maximale hinder ten opzichte van de woongebieden gereguleerd worden. Reactie Met betrekking tot dit bezwaar dient wederom de opmerking te worden gemaakt dat gereageerd is op een eerdere versie van het plan, namelijk het voorontwerp-bestemmingsplan. Naar aanleiding van opmerkingen van de Commissie van Over leg CvO) inzake de milieuzonering is de toelichting name lijk aangepast. Die aanpassing is noodzakelijk geacht van wege de zwaarte van die opmerkingen (categorie 2)Deze aanpassing heeft mede tot gevolg gehad dat de toelichting met betrekking tot de milieuaspecten nogal is gewijzigd. De tekst waarop FCDF reageert is derhalve niet meer de meest actuele tekst. Het bestemmingsplan is ten behoeve van de ter visie legging als ontwerp op het punt van milieuzonering nog eens goed nagelopen. Gebleken is, dat op enkele plaatsen, zoals de CvO aangeeft, nieuwe bedrijven zich zouden kunnen vestigen, die gelet op de gewenste afstand volgens de VNG, te zwaar zijn. Middels het opnemen van een milieuzoneringskaart is inzichtelijk gemaakt, welke afstanden ten aanzien van nieu we bedrijven, afhankelijk van de milieubelasting die de betreffende bedrijven met zich brengen, in acht moeten wor den genomen. Deze afstanden zijn landelijk aanvaard en gel den als norm. Aan de uitgangspunten van het bestemmingsplan is niets ge wijzigd. Uitgangspunt is dat in beginsel wordt voldaan aan de milieuzonering, zoals hiervoor bedoeld. Bestaande be drijven, die niet binnen deze zonering passen, zijn speci fiek inbestemd. Op de desbetreffende plek kan dan ook uit sluitend dat bedrijf worden gevestigd, dat ter plaatse aan wezig is. De extra milieubelasting die dat bedrijf ter plekke met zich brengt, doordat niet voldaan kan worden aan

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 369