Blad 8
Tenslotte vraagt FCDF zich af of het hierna geformuleerde
uit paragraaf 6.2 (Toelichting op de bestemmingen) op be
staande bedrijven betrekking heeft:
"Op het meest westelijk deel van het industrieterrein,
langs de Pieter Stuyvesantweg en ten oosten van de Vlet-
straat, is over een strook van circa 100 meter omwille van
de nabijheid van deze woongebieden alleen lichtere bedrij
vigheid van categorie 1 en 2 toegelaten. Deze gebieden zijn
aangeduid als klasse I
Reactie
Als antwoord op dit bezwaar c.q. deze vraag kan gesteld
worden dat het zowel nieuwe als bestaande bedrijven be
treft. Primair geldt de bestemming bedrijfsdoeleinden met
de bijbehorende bedrijfsklasseIn dit geval bedrijfsklasse
I. Binnen deze bestemming mogen zich derhalve bedrijven
vestigen, die binnen de bedrijfsklasse passen i.e. bedrij
ven uit de milieucategorieën 1 en 2Dit vanwege de directe
situering nabij woningen. Voorts zijn de bestaande bedrij
ven op de kaart aangegeven. Hierdoor zijn zowel de zuivel-
productenfabriek als de aan Vletstraat grenzende caravan-
handel ter plaatse planologisch toegestaan.
Voorstel: Niet aan deze zienswijze tegemoet komen en het
ontwerp-bestemmingsplan op dit punt ongewijzigd vaststel
len
Ad 2NS Railinfrabeheer
NS Railinfrabeheer geeft bij brief van 29 mei 2001, ingeko
men 3 0 mei 2 001 te kennen dat het ter inzage gelegde be
stemmingsplan aanleiding heeft gegeven tot het indienen van
de zienswijze, die betrekking heeft op externe veiligheid
en de bestemming "Spoorwegen"
Ten aanzien van de Externe veiligheid wordt gesteld dat
nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen vooraf getoetst dienen te
worden aan (toekomstig) vervoer van gevaarlijke stoffen per
rail. Verwezen wordt naar de Nota "Risiconormering vervoer
gevaarlijke stoffen", een brief van de Ministers van V&W en
VROM, Tweede kamer, vergaderjaar 1995-1996, nr. 1 en de
"Handreiking externe veiligheid vervoer gevaarlijke stof
fen", uitgegeven door de Ministers van VROM en V&W, maart
1998
Het is Railinfrabeheer niet duidelijk in hoeverre is nage
gaan of vervoer van gevaarlijke stoffen per rail nu of in
de toekomst over het nabij het plangebied gelegen spoor
plaatsvindt c.q. zal plaatsvinden. Meegedeeld wordt dat
informatie over wagen aantallen van huidige en geprognosti
ceerde vervoersstromen per rail verkregen kan worden bij
Railned Capaciteitstoedeling te Utrecht.
Reactie
Blad 9
Met betrekking tot deze zienswijze dient in acht te worden
genomen dat er hier geen sprake is van nieuwe ruimtelijke
ontwikkelingen, in die zin dat ook op grond van de bestaan
de bestemmingsplannen langs het spoor al bedrijvenvestiging
mogelijk is. Daarbij merken wij op, dat het bestem
mingsplangebied Industrieterrein-Oost slechts een fractie
omvat van het traject van de spoorlijn Leeuwarden-Groningen
v.v. Aan dit traject liggen in Leeuwarden zowel ten westen
als ten oosten van het plangebied woongebieden, welke van
een groter belang in de afweging met betrekking tot het
vervoer van gevaarlijke stoffen zijn dan het onderhavige
industrieterrein
Voorts ontbreekt de mogelijkheid van vervoer van eventuele
gevaarlijke stoffen via de rails naar of van een in het
gebied gelegen bedrijf. Als zodanig kan worden gesteld dat
- voor zover er hier sprake is van een nieuwe ruimtelijke
ontwikkeling - deze ontwikkeling niet van invloed is op
bedoeld vervoer.
Bovendien blijkt uit door Railned te Utrecht verstrekte
informatie (die voor u bij de stukken ter inzage ligt)dat
op dit baanvak thans geen vervoer van gevaarlijke stoffen
plaatsvindt. Wél is er een strategische reserve voorzien
voor een aantal gevaarlijke stoffen, evenwel met uitzonde
ring van chloor. Blijkens de door Railned verstrekte infor
matie, is er voor het hier aan de orde zijnde baanvak, met
behulp van de Handreiking externe veiligheid vervoer ge
vaarlijke stoffen, een situatie gecreëerd waarbij geen
sprake is van een overschrijding van de grenswaarde van het
individuele risico of de oriënterende waarde van het
groepsrisicoDit betekent dat er volgens de handreiking
geen aanleiding is om aanvullend onderzoek te verrichten.
Het voorliggende bestemmingsplan brengt hierin geen veran
dering
Voorstel: Niet aan deze zienswijze tegemoet komen en het
ontwerp-bestemmingsplan op dit punt ongewijzigd vaststel
len
Met betrekking tot de bestemming "Spoorwegen" wordt door
Railinfrabeheer een passage uit bladzijde 49 van de toe
lichting geciteerd: "De belangen van de railverbinding wor
den in het plan gewaarborgd door de aanduiding spoorwegen
binnen de verkeersbestemming
Tevens is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen die het moge
lijk maakt om gebied dat op de kaart is voorzien van de
aanduiding "spoorwegen" te vergroten en/of te verplaatsen.
Er vanuit gaande dat deze tekst van de plantoelichting en
genoemde voorschriften ook zijn opgenomen in het ontwerp-
bestemmingsplan, bestaan daartegen geen bezwaren.
Railinfrabeheer is evenwel van mening dat haar belangen het
best worden behartigd door gronden van Railinfrabeheer c.q.
NS vastgoed de separate bestemming "Spoorwegdoeleinden" toe
te kennen, mede gelet op de specifieke voorschriften die