Project Schoolveiligheid in Leeuwarden
schoolveiligheid op de Leeuwader scholen voor VO en MBO en het doen van
aanbevelingen. De uitkomsten van dit onderzoek worden verderop in dit hoofdstuk
expliciet beschreven.
2000-heden
Er zijn diverse maatregelen genomen en afspraken gemaakt die de scholen zelf hebben
ontwikkeld. Enkele scholen waren al in het bezit van een zorgcoördinator. Per 2001 is
op alle scholen voor VO en de ROC's een zorgcoördinator aangesteld. Deze persoon is
verantwoordelijk voor de gezamenlijke aanpak van risicoleerlingen in de breedste zin
van het woord. Tevens wordt door een multidisciplinaire werkgroep de zorgmonitor
opgesteld. Deze maatregelen zijn voortgekomen uit het gemeentelijk programma
"Sturen op kwaliteit".
Uitkomsten en aanbevelingen onderzoek Vrije Universiteit Amsterdam
Uit de gesprekken met in het bijzonder jongeren komt het volgende beeld naar voren
met betrekking tot veiligheid in het voortgezet onderwijs in de gemeente Leeuwarden.
Diefstal is op sommige scholen een probleem. Er wordt meer gestolen dan vroeger:
met name mobiele telefoons, fietsen, jassen en rekenmachines. Opvallend is, dat de
schuld primair wordt gelegd bij het slachtoffer en niet bij de dader: "Had je maar
beter moeten opletten." Dit weerspiegelt een opschuivende grens van acceptatie van
diefstal als een min of meer normale zaak.
Sommige leerlingen geven aan dat ze liever iets vernielen dan tegen de groepsdruk
ingaan. Vertegenwoordigers van scholen en instellingen merken op dat vandalisme
zichtbaar is, in tegenstelling tot de moeilijk grijpbare dader ervan.
Leerlingen vragen zich af of problemen thuis wel in voldoende mate worden
gesignaleerd op school. Bijvoorbeeld in geval van iemand die thuis geslagen wordt.
Leerlingen geven aan, dat pesten vaak voorkomt. Vrijwel iedereen kent wel één of
meer leerlingen, die vanwege pesterijen een andere school heeft gezocht.
Leerlingen constateren dat straffen van de pesters vaak niet lijkt te helpen, omdat
de pesters er toch mee doorgaan.
Er wordt veel gescholden op elkaar. Dat gebeurt ook in verband met etnische
herkomst, ondanks het feit dat leerlingen bijvoorbeeld een contract hebben
getekend van een 'school zonder racisme.' Leerlingen zeggen hier onderling nooit
wat van. Daarnaast blijkt dat verbaal geweld van leerlingen èn ouders tegenover
leerkrachten toeneemt.
Uit deze gegevens mag overigens zeker niet de conclusie worden getrokken dat de
situatie op scholen in Leeuwarden relatief onveilig is. Het resultaat van een enquête van
HALT, dat 25% van de leerlingen bijvoorbeeld toegeeft wel eens iets gestolen te
hebben, weerspiegelt een landelijk beeld op dit gebied.
Er is zeker ook geen sprake van veel wapenbezit, uit de hand lopende situaties rond
drugshandel of andere zeer ernstige zaken. Wel is er in de leefwereld van de jongere
sprake van een grijs gebied, dat de neiging heeft op te schuiven, als er niet op wordt
gereageerd. "Kennen en gekend worden" staat nu eenmaal onder druk in onze tijd van
individualistische en afnemende sociale controles. Leerkrachten en leerlingen voelen
zich vaak machteloos, zoals ook uit de theatervoorstelling van Tryater naar voren komt.
Bovendien gaat het vaak om complexe processen, waarbij niet één oorzaak is aan te
wijzen, maar bijvoorbeeld groepsdruk, individualisme, een beetje stoer doen,
verschillen in weerbaarheid tussen jeugdigen, min of meer onschuldige grappen en
echte pesterijen en niet te vergeten de thuissituatie van de jeugdigen ieder hun eigen rol
spelen. Zonder dit gegeven te willen dramatiseren is landelijk bekend uit onderzoek, dat
jongeren zich van alle leeftijdsgroepen het meest onveilig voelen, omdat ze het meest
met onveilige situaties worden geconfronteerd.
Project Schoolveiligheid in Leeuwarden
Ook de eerder aangehaalde enquête van HALT wijst in die richting, hoewel de vragen
zo algemeen waren, dat de antwoorden met veel voorzichtigheid moeten worden
gehanteerd.
Aanbevelingen
Onder meer vanwege eerder genoemde maatschappelijke processen, zoals de
toenemende individualisering en het afnemen van de informele sociale controle van
bijvoorbeeld buurt, kerk, verenigingsleven enzovoorts, wordt de school relatief steeds
belangrijker als een sociaal bindmiddel voor jongeren. In positieve zin betekent dat, dat
jongeren op school ook gezelligheid zoeken en vinden en dat er veel mogelijk is. Maar
de keerzijde van de medaille is, dat de druk op scholen bij problemen steeds groter
wordt. Het risico bestaat hierbij dat leerkrachten overbelast worden, ook al is het
evident dat leren op school niet alleen over verstandelijke zaken gaat, maar ook over
gedrag. 'Witte raven' in het leerkrachtencorps zijn zeker aanwezig, maar ook op hen
mag niet een te groot beroep worden gedaan. Aan de andere kant zijn er veel
leerkrachten die onder druk van hun werksituatie vooral proberen te overleven en op
zich terecht niet te veel hooi op de vork willen nemen en signalen wegwuiven of
doorschuiven. Bovendien is het verloop in het leerkrachtencorps groot, waardoor
opgebouwde kennis en inzichten weer snel verloren gaan. Toch blijkt het in de praktijk
mogelijk om op een positieve manier te werken aan een gezellige, leefbare en ook
studieuze school. Voor een dergelijke aanpak is echter wel een aantal ingrediënten
noodzakelijk. Het gaat hierbij om de volgende aspecten:
scholen ontwikkelen een duidelijke en heldere lijn over gedrag van wat wel en niet
getolereerd wordt met een duidelijke gedragslijn bij overtredingen. Deze lijn is
liefst voor alle scholen in Leeuwarden hetzelfde;
docenten worden uit hun isolement gehaald door bijvoorbeeld gezamenlijke
trainingen en studiebijeenkomsten bij te wonen over het opmerken van signalen bij
jongeren en het omgaan met signaalgedrag en ongewenst gedrag;
ook wat betreft de leerlingen wordt veel aandacht gegeven aan het vergroten van
sociale vaardigheden en weerbaarheid, al of niet in cursusverband. Die cursussen
mogen niet het stempel krijgen er alleen te zijn voor 'watjes'. Over gezamenlijke
afspraken rond gedragsregels wordt niet alleen in de brugklas gepraat, maar ook in
bijvoorbeeld derde en vierde klassen van het voorgezet onderwijs. Ook ouders
worden betrokken bij hun kinderen op school, zeker bij grensoverschrijvende
incidenten;
de school, evenals andere partijen, erkennen dat men het niet alleen kan doen, en is
aangewezen op intensievere samenwerking met die andere partijen ieder vanuit een
eigen rol. Het succes van het project schoolagenten voor alle betrokken partijen -
waarbij vooral de stadsbrede opzet lof verdient - is een zeer duidelijke aanwijzing
in die richting. Van evenveel belang is een goede begeleidings- en zorgstructuur
voor de leerlingen met de Sluitende Aanpak van het RMC als vangnet voor
leerlingen met meervoudige problematiek;
het gespreksklimaat dat tussen gemeente, scholen en andere partijen is opgebouwd
en dat reeds tot vele initiatieven aanleiding heeft gegeven, wordt voortgezet. Hierbij
is het belangrijk dat de gemeente aan de ene kant de scholen voldoende ruimte
geeft om hun eigen vragen te stellen en oplossingen te bedenken, maar aan de
andere kant ook ondersteunt in het creëren van voorwaarden, die voor de genoemde
samenwerking noodzakelijk zijn.
Uitkomsten overleg met de schooldirecties en de politie Midden Friesland
De directies van de scholen geven vrijwel unaniem aan dat schoolveiligheid al enkele
jaren op de agenda staat in het Onderwijs en dat er al diverse maatregelen zijn
ontwikkeld en activiteiten zijn ontplooid op dit gebied. Het huidige beleid kan altijd nog
beter c.q. aangescherpt worden, maar het is niet zo dat er nog totaal geen beleid ter zake
is. Die indruk zou gewekt zijn door diverse uitlatingen in de media.
3