I Blad 2 5 Na de inhoudelijke prioriteitstelling moet nog een toetsing aan de financiële mogelijkheden van de gemeente volgen. De financiële ruimte voor de geprioriteerde projecten wordt mede bepaald door de ruimte voor nieuw beleid en de ruimte die ombuigingsvoorstellen bieden. Al deze gegevens en mogelijkheden dienen als inbreng voor de Kaderbrief 2004. Pas na vaststelling van de Kaderbrief door uw raad kan een Uitvoeringsprogramma Stadsvisie worden opgesteld. Dit Uitvoeringsprogramma kent deelprogramma's per strategisch concept en deelprogramma's voor infrastructuur en wonen. Bij het prioriteren van projecten is in eerste instantie bezien welke projecten onomkeerbaar zijn en wat daaronder wordt verstaan. Bij projecten gaat het om niet-regulier werk. Een project is onomkeerbaar: wanneer stoppen meer kost dan doorgaan; en/ of wanneer de juridische consequenties onaanvaardbaar zijn; en/ of wanneer beëindigen een onverantwoorde breuk in een logische ontwikkeling is; en/ of wanneer beëindigen beleidsmatig niet integer is Op grond van deze criteria is een lijst opgesteld van onomkeerbare projecten (bijlage 1.1) Bij een geconstateerde spanning tussen de financiële positie van de gemeente en de uitvoering van deze projecten wordt de oplossing éérder gezocht in beleidsombuigingen dan in het alsnog beëindigen van één of meer van deze projecten. De gemeente Leeuwarden heeft een groot aantal projecten/ activiteiten voor handen of is daar in enigerlei vorm al mee bezig. Eén van de redenen om de Stadsvisie te ontwikkelen was juist om een beredeneerde keuze te kunnen maken bij de aanpak van ontwikkelingen: niet alles kon en zeker niet tegelijk! Bij de prioritering is gekeken naar de economische situatie van dit moment. Nederland heeft te kampen met een minimale economische groei, waarvan op dit moment niet gezegd kan worden hoe lang deze stagnatie zal aanhouden. De reactie van de regering op deze stagnatie is nog allerminst zeker. Dat betekent dat de gemeente zeker enige jaren financieel gezien in een dal zal verkeren. Na verloop van enige jaren (2,3, misschien 4) valt een reactie te verwachten van de zijde van de regering om de economie te stimuleren. De gemeente heeft nog wel enige jaren de beschikking over extern geld: SIOF, ISV-gelden, GSB-middelen, Kompas-gelden en Convenantsmiddelen. Blad 3 Al met al betekent dit dat de gemeente op dit moment niet veel projecten in uitvoering kan nemen, maar het betekent niet dat de gemeente zich niet al vast kan voorbereiden op economisch betere tijden: er is alle reden ons voor te bereiden op een nieuwe periode van economische groei. 7. Voor de keuze van projecten betekent het voorgaande dat de gemeente moet kiezen voor projecten met een hoog rendement: dat betekent projecten met een hoge mate van doelrealisatie en met relatief weinig kosten voor de gemeente zelf. Bij die keuze zijn fasering en timing van groot belang; in eerste instantie zullen de activiteiten van een aantal projecten beperkt blijven tot de voorbereiding (planologisch, organisatorisch) Een tijd met weinig financiële rek voor de gemeente betekent ook, dat sterk ingezet moet worden op die projecten en activiteiten die geld genereren: het bouwen van woningen heeft ook om die reden een hoge prioriteit. Daarnaast geldt het credo dat externe bronnen volledig gebruikt moeten worden. Als uitgangspunt wordt genomen: goed is goed genoeg! (Het streven naar het beste, het mooiste kost relatief veel tijd, geld en ambtelijke capaciteit) 8Met inachtneming van het hiervoor genoemde en met helderheid over wat de stad wil kunnen keuzes gemaakt worden. Wat Leeuwarden wil is samengevat het volgende: het instandhouden en versterken van de aantrekkelijkheid van de stad; het versterken van de functies en dynamiek van de binnenstad; bereikbaarheid van stad en binnenstad verbeteren; inzetten op een combinatie van uitleg- en herstructureringsgebieden; inzetten op versterking van de economische, sociale en culturele structuur van Leeuwarden. Kortom, de Stadsvisie met daarin de inmiddels bekende vier strategische concepten voor de stad. 9Met behulp van de in het voorgaande neergelegde redenering zijn vervolgens de projecten van een prioriteit voorzien. Er is voor de volgende indeling in prioriteiten gekozen: a. hoge prioriteit: het project is van groot belang en heeft een hoge mate van urgentie; b. prioriteit: het belang is groot, maar de uitvoering is minder urgent; cposterioriteitvoor 2007 is geen substantiële bijdrage van de gemeente nodig of mogelijk; d. af te voeren. Het project dient geen gemeentelijk belang. (Bijlagen 1.2, 1.3, 1.4, en 1.5)

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 391