C- Blad 2 gaat de bebouwing 'de bocht om' en eindigt deze ter hoogte van de oude rooilijn, zoals aangegeven op bijgaande tekeningen. Uit tekeningen van Gardinier Visscher uit de late 18e eeuw blijkt, dat exact op deze plek woonbebouwing heeft gestaan. Uit stedenbouwkundig-historisch oogpunt is het van belang, dat de nieuwbouw op dezelfde plek wordt gebouwd als de hier verdwenen bebouwing. De uitbreiding achter Schoenmakersperk 2a grenst aan achtertuinen van enkele woningen aan de Groeneweg. De maximale bouwhoogte van deze uitbreiding bedraagt 3 meter. Deze hoogtemaat is overeenkomstig ons beleid en wordt ook in vergelijkbare situaties in de recente bestemmingsplannen gehanteerd. In ieder geval zal gelet op de reeds aanwezige (hoofd)bebouwing van het museum de uitbreiding niet of nauwelijks van invloed zijn op de bezonning van de tuinen van de omwonenden. Het museum wil tevens een deel van de uitbreiding realiseren door de bouw van een grote depotkelder in de binnentuin. Verder krijgen ook de oost- en de noordzijde van het hoofdgebouw een kap, zodat het gehele museum rondom voorzien is van een kap. Deze inbreiding is in historisch opzicht zeer verantwoord en zal leiden tot een kwaliteitsverbetering van het monument. Tenslotte wil het museum de binnentuin voorzien van een glazen overkapping. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om deze bijzondere ruimte het gehele jaar door op diverse manieren te gebruiken. De overkapping is voor het museum een zeer essentieel onderdeel van de upgrading. De binnentuin wordt het nieuwe 'hart' van het museum. Dit wordt o.a. de centrale ontmoetingsplek in het museum. Ook is hier de horecafunctie gedacht en ontstaat er in de binnentuin extra expositieruimte. De overkapping Bij de overkapping is gekozen om in de binnentuin vier kolommen te plaatsen van 20 meter hoog, waaraan de overkapping d.m.v. tuidraden wordt opgehangen. Door de kolommen wat extra hoogte te geven, is het mogelijk om bij de dakconstructie lichte materialen toe te passen, die aansluiten bij de schaal en maat van het monumentale museum. De kolommen zijn circa 6 meter hoger dan de nok van het museum. Door voor deze oplossing te kiezen kan worden volstaan met het aanbrengen van slechts vier kolommen en wordt voorkomen dat de binnengevels en binnentuin wordt 'vervuild' met een aanzienlijk groter aantal kolommen. Ook wordt door de extra hoogte van de kolommen het mogelijk om voor de overkapping zelf gebruik te maken van lichtere materialen, waardoor er een transparante overkapping kan worden gerealiseerd. Wij vinden het van groot belang, dat de totale uitbreiding, maar zeker ook de overkapping, zoveel mogelijk recht doet aan de binnentuin en het monument

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 7