Blad 28
De ontwikkelingssubsidie heeft een ander karakter dan de
andere subsidies, genoemd in hoofdstuk 3. Deze subsidievorm
is met name gericht op samenwerkingsvormen, waarbij subsi
die wordt gegeven voor grotere integrale investeringen voor
vernieuwingsgebieden en is bedoeld om een mogelijk tekort
te dekken bij zo'n stedelijk investeringsplan waarvoor ner
gens anders dekking kan worden gevonden.
De ontwikkelingssubsidie komt wel uit het gemeentelijk bud
get voor stedelijke vernieuwing, maar staat feitelijk los
van de subsidies die in hoofdstuk 3 worden genoemd.
Het is een subsidie met enige speelruimte, bedoeld om even
tuele struikelblokken in het proces van stedelijke vernieu
wing weg te nemen.
Op basis van dit hoofdstuk is bijvoorbeeld denkbaar dat met
een corporatie afspraken worden gemaakt over de transforma
tie van de bestaande voorraad in een aan te wijzen gebied.
Zoals eerder in deze toelichting al vermeld kan dat gepaard
gaan met subsidiëring van sociale nieuwbouw in uitleggebie-
den. Die nieuwbouw kan immers nodig zijn om daarmee ontwik
kelingen in de bestaande stad op gang te brengen (doorstro
ming en dergelijke)
In het investeringsplan moet wel sprake zijn van een bunde
ling van maatregelen, waarbij niet alleen aandacht wordt
geschonken aan de inhoud, maar ook aan het proces groot
belang wordt gehecht, bijvoorbeeld door alle belanghebben
den bij de planontwikkelingen te betrekken. Op grond van
deze verordening kan de gemeente ontwikkelingssubsidie toe
kennen, mits het plan voldoet aan de overige gestelde voor
waarden en er in ieder geval een samenwerkingsoverkomst
wordt gesloten tussen de meest betrokken partijen.
artikel 2.1. Subsidie voor een investeringsplan
De ontwikkelingssubsidie is bedoeld om een tekort bij een
investeringsplan te dekken. Het betreft hier alleen tekor
ten die bij derden ontstaan. Ook gemeentelijke tekorten
kunnen uit de ISV-middelen worden gedekt; maar dan is er
geen sprake van subsidie, (zie hierboven onder 2. algemeen)
De ontwikkelingssubsidie is geen vast bedrag. De hoogte
ervan wordt door burgemeester en wethouders beoordeeld en
vastgesteld in relatie tot de andere aanvragen om ontwikke
lingssubsidie
In lid 1 is bepaald dat deze subsidie alleen kan worden
verleend voor investeringsplannen.
De voorwaarden waaraan stedelijke vernieuwingsplannen moe
ten voldoen, zijn opgesomd in lid 2-4. Deze leden be
schrijven de algemene voorwaarden om in het kader van een
stedelijk vernieuwingsplan voor subsidiëring of reservering
in aanmerking te komen.
Blad 29
Belangrijk in het plan is de integraliteiter moet sprake
zijn van een bundeling van maatregelen en er moet niet al
leen aandacht zijn voor de inhoud, maar ook voor het pro
ces De investeringsplannen worden daarom getoetst aan het
MOP (lid 4)
In leden 5 en 6 is bepaald dat ter uitvoering van de sub
sidiebeschikking de subsidieontvanger een samenwerkings
overeenkomst dient aan te gaan met de overige partijen die
bij de uitvoering van het plan zijn of worden betrokken. De
ondertekenende partijen zijn in beginsel die partijen die
een financiële bijdrage of een prestatie leveren bij de
realisering van het plan. Ook de gemeente is partij bij de
overeenkomst. De procedure van het sluiten van een samen
werkingsovereenkomst is gebaseerd op de uitvoeringsovereen
komst als bedoeld in art 4:36 Awb. Een dergelijke overeen
komst vergroot de mogelijkheid voor de gemeente om in rech
te nakoming te vorderen van de overeengekomen prestatie.
HOOFDSTUK 3 Overige subsidies
Dit hoofdstuk bestaat uit vier diverse paragrafen:
1. paragraaf 3.1: Maatregelen particuliere woningen
2. paragraaf 3.2: Nieuwe woonruimte in bestaande panden
3paragraaf 3.3: Monumenten
4paragraaf 3.4: Bodemsanering pm
Paragraaf 31 Maatregelen particuliere woningen
artikel 3.1.1. Begripsbepalingen
De definities in dit artikel zijn uitsluitend van toepas
sing op deze paragraaf.
artikel 3.1.2. Doel van subsidie
Dit artikel geeft aan voor welke doeleinden subsidie kan
worden gegeven.
a. In de eerste plaats is dat voor het cascoherstel van
particuliere woningen in door het college aangewezen ge
bieden. Dat is de "klassieke" woningverbetering.
b. Omdat woningverbetering vaak in aaneengesloten bebouwing
plaatsvindt is hier de mogelijkheid opgenomen om ook
niet-woningen in een aaneengesloten blok gesubsidieerd
te verbeteren. Dit maakt opknappen van een totale bebou-
wingswand eenvoudiger.
c. Denkbaar is dat op enig moment maatregelen worden voor
gesteld om woningen aan te passen aan een nieuwe doel
groep (bijvoorbeeld seniorenwoningen; het ontsplitsen
van duplexwoningen etc)
d. Op allerlei manieren is het stimuleren van onderhoud
denkbaar (zie bijvoorbeeld pilotproject Vosseparkwijk)
Ook het subsidiëren van aankoopkeuringen zou op grond
van deze bepaling kunnen.