Blad 2 waterweg. Onder het kopje "ambtelijke aanpassingen" wordt hierop uitgebreid ingegaan. Overleg en inspraak In het kader van het in artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening (Bro) verplicht gestelde overleg is het voorontwerp van het bestemmingsplan "Bedrijventerrein Newtonpark 2" destijds behandeld door de Commissie van Overleg van de provincie Fryslan. Daarnaast is het plan toegestuurd aan een aantal andere diensten en instanties welke betrokken zijn bij het overleg ex artikel 10 Bro. Verder heeft het voorontwerp-bestemmingsplan gedurende een termijn van 4 weken voor een ieder ter inzage gelegen in het kader van de inspraak. De reacties vanuit het overleg zijn voorzover mogelijk in het nu voorliggende ontwerp-bestemmingsplan verwerkt. De resultaten van overleg en inspraak zijn beschreven in hoofdstuk 7 van de toelichting van het ontwerp- bestemmingsplan Ter inzagelegging ontwerp-bestemmingsplan Het ontwerp-bestemmingsplan heeft overeenkomstig artikel 23 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) met ingang van 13 juli 2000 gedurende 4 weken voor een ieder ter inzage gelegen. Hiervan is vooraf, op 12 juli 2000, openbare kennisgeving gedaan in de Nederlandse Staatscourant, de Leeuwarder Courant en het Friesch Dagblad en voorts op de gebruikelijke wijze (publicatiekast) Van de mogelijkheid tot het schriftelijk kenbaar maken van zienswijzen betreffende het ontwerp-plan bij uw raad is gebruik gemaakt door: a. de heer SjVan Aalsum, Ritsumazijl 10, 9034 XG Marssum, b. het bestuur van de wijkvereniging de Toekomst-Vosseparkwijk, p/a Achlumerstraat la, 8913 GL Leeuwarden en c. NS Railinfrabeheer B.V., Regio Noordoost, Postbus 336, 8000 AH Zwolle. De zienswijzen zijn, bij het hanteren van de verzendtheoriealle tijdig ingediend en derhalve ontvankelijk. De reclamant onder c. heeft haar zienswijze aan ons college kenbaar gemaakt. Deze zienswijze is overeenkomstig het bepaalde in artikel 2:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) onverwijld doorgezonden naar uw raad Volgens het bepaalde in artikel 27 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening moeten zij die tijdig een zienswijze hebben ingediend in de gelegenheid worden gesteld hun zienswijze tegenover de vaststeller van het bestemmingsplan toe te lichten. Deze gelegenheid zal worden geboden via de Commissie voor stadsontwikkeling. Blad 3 Op grond van artikel 25 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening moet uw raad binnen 4 maanden na afloop van de termijn van terinzageligging van het ontwerp-plan beslissen omtrent de vaststelling van het bestemmingsplan. Aangezien het bestemmingsplan met ingang van 13 juli 2 0 00 gedurende 4 weken ter inzage heeft gelegen wordt de vaststellingstermijn ruim overschreden. Het betreft hier echter een termijn van orde: het bestemmingsplan kan ook nu nog worden vastgesteld. Ingebrachte zienswijzen en de reactie daarop In het nu volgende wordt gereageerd op de binnengekomen zienswij zen. Ad 1. de heer Sjvan Aalsum Om te beginnen wijst de heer Van Aalsum erop, dat de juridische situatie zoals die in de toelichting wordt beschreven, niet volledig en correct is. Hij verzoekt in de toelichting ook melding te maken van het op 14 juni 1999 door uw raad genomen voorbereidingsbesluit voor de "bedrijventerreinen Newtonweg"waarbij in het raadsvoorstel o.a. wordt opgemerkt dat dit jaar begonnen zal worden met het maken van een nieuw bestemmingsplan, dat naar verwachting medio 2000 ter visie kan worden gelegd. Reactie: Er bestaat geen bezwaar tegen om in de toelichting bij het bestemmingsplan (paragraaf 1.1. Juridische situatie) alsnog melding te maken van het op 14 juni 1999 genomen voorbereidingsbesluit. Voorstel: De toelichting van het bestemmingsplan op dit onderdeel aanvullen1) Hij vervolgt met de opmerking, dat dit besluit van 14 juni 1999 een bedrijventerrein betreft dat minimaal 150 hectare omvat en daarmee m.er-plichtig is. Ook stelt de heer Van Aalsum dat een fasegewijze ontwikkeling van het Newtonpark ertoe leidt dat de ruimtelijke ordening van het totale gebied niet kan worden afgewogen. Hij stelt dat Newtonpark 2 wordt beschouwd als een eilandje op zichzelf. Eén bestemmingsplan Newtonpark geeft veel betere uitgangspunten voor een verantwoorde invulling van de voormalige Middelzee. De heer Van Aalsum noemt het positief dat bij de planuitgangspunten voor Newtonpark 2 wordt gerefereerd aan de structuurvisie 'Leeuwarden, open stad' die zegt dat de bedrijventerreinen in het gebied van de voormalige Middelzee worden "dooraderd" met oost-west gerichte groene linten c.q. zichtlijnen. Maar voor Newtonpark 2 wordt niet verder gekeken dan het terrein zelf. De voorgestelde 1) De toelichting maakt, anders dan plankaart en voorschriften, formeel geen deel uit van het bestemmingsplan. De aanpassingen in de toelichting van het bestemmingsplan zullen worden verwerkt nadat het bestemmingsplan is vastgesteld.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 143