Artikel 4 - uitgifte van woningen en aanleg openbare voorzieningen 4.1Onder de voorwaarde dat de daarvoor benodigde publiekrechtelijke medewerking tijdig in een bruikbare vorm voorhanden is en de situatie op de woningmarkt alsdan ook niet in negatieve zin gewijzigd is, zal CHF de in de planning aangegeven woningen realiseren en uitgeven. Aanpassingen dienaangaande zijn mogelijk indien zich zwaarwegende omstandigheden voordoen zoals bijvoorbeeld gewijzigde marktomstandigheden in negatieve zin, moeilijkheden bij de verwerving van de voor de realisering van het plan benodigde andere gronden en het niet voorhanden zijn van de benodigde publiekrechtelijke medewerking in een bruikbare vorm. Indien de verkoop van woningen achterblijft bij hetgeen is bepaald in de planning, zal de CHF zich inspannen die achterstand in een volgende fase goed te maken, mits de hiervoor in dit artikel bedoelde zwaarwegende omstandigheden zich daartegen dan niet (blijven) verzetten. 4.2. Reeds gerealiseerde woningen waarvan ten genoegen van de stuurgroep is komen vast te staan dat verkoop na gereedkomen niet tot de mogelijkheden behoort, mogen door CHF worden verhuurd. CHF stelt hiervan de stuurgroep op de hoogte; Artikel 5 Duur 5.1. Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur die nodig is om het hiervoor in artikel 4 vermelde doel van deze overeenkomst te verwezenlijken. Artikel 6 Verwerving van andere gronden in het plan 6.1. De gemeente zal zich ervoor beijveren dat de gronden in het plan, die staan aangegeven op de als bijlage 2 aan deze overeenkomst gehechte tekening gemerkt als: "Huidige eigendomssituatie" door haar worden verworven; de in bijlage 3 als zodanig gemarkeerde gronden worden vervolgens tegen de overeengekomen prijs en voorwaarden door CHF van de gemeente overgenomen. 6.2. Indien de verwerving van de in artikel 6.1bedoelde gronden in der minne niet mocht slagen, dan verbindt de gemeente zich tegenover CHF de eigendom van deze gronden langs de weg van de inzet van het onteigenings-instrumentarium te verwerven, en de aldus verworven gronden vervolgens tegen de in de uitgangspunten overeengekomen prijs en voorwaarde aan CHF te verkopen. 6.3. Waar het betreft de verwerving van de in artikel 6.1bedoelde gronden - zowel in der minne als in het kader van een onteigeningsprocedure - zullen partijen het noodzakelijke (onderlinge) overleg voeren. 5 Artikel 7 Taak/verantwoordelijkheid/verplichtingen van de gemeente. 7.1. De gemeente veiplicht zich, op haar kosten, de in te dienen aanvragen om de voor de realisatie van het plan benodigde publiekrechtelijke medewerking overeenkomstig het bepaalde in de Wet op de Ruimtelijke Ordening, de Woningwet, de Bouwverordening en de overige toepasselijke regelgeving, in behandeling te nemen, waaronder begrepen het verlenen of vragen van vrijstellingen en het vragen van verklaringen van geen bezwaar bij het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Friesland als bedoeld in artikel 19 WRO. Datzelfde geldt voor het voeren van zogenaamde binnenplanse anticipatieprocedures. 7.2. De gemeente zal zich, op haar kosten, op de meest verstrekkende wijze inspannen voor het voeren, dan wel het door overige overheden doen voeren, van de voor de volledige realisering van het plan benodigde procedures, alsmede om alle terzake benodigde planologische en/of overige noodzakelijke publiekrechtelijke maatregelen in procedure te brengen, dan wel door overige overheden te doen brengen. Daartoe behoort uitdrukkelijk ook het tot stand brengen van een bestemmingsplan. De in dit artikel bedoelde verplichting impliceert dat de gemeente zich tot het uiterste zal inspannen dat de voor de realisatie van het plan benodigde publiekrechtelijke medewerking op de daartoe in de planning aangegeven tijdstippen in een bruikbare vorm voor handen is. Hierbij behoudt de gemeente wél de vrijheid de meest doeltreffende procedures aan te wenden, alles onverlet het hiema in artikel 7.5 bepaalde. 7.3. De gemeente houdt bij het gevolg geven aan haar verplichtingen als bedoeld in deze overeenkomst haar publiekrechtelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van ruimtelijke ordening-, woningwet-, milieu-, danwel welke overige publiekrechtelijke procedures dan ook. In verband daarmee zal er aan de zijde van de gemeente geen sprake zijn van een toerekenbare tekortkoming, indien door derden in te dienen inspraakreacties, bedenkingen, zienswijzen, bezwaren, een stellingname van andere overheden, dan wel uitspraken van de bestuursrechter er redelijkerwijs toe nopen dat de gemeente publiekrechtelijke rechtshandelingen verricht, die niet in het voordeel zijn van de aard of strekking van deze overeenkomst of de voortgang van de realisatie van het plan schaden. Voor handelingen door overige overheden die de voortgang van de realisering van het plan schaden, is de gemeente ook niet aansprakelijk. 7.4. Indien de voor de realisering van het plan - als aangegeven in het stedenbouwkundige plan - benodigde publiekrechtelijke medewerking niet op de daartoe in de planning aangegeven tijdstippen in een bruikbare vorm voor handen is, dan zullen partijen in onderling overleg bezien of de planning kan worden aangepast en/of bedoeld stedenbouwkundig plan, en wél in die zin dat de voor de realisering van het plan - als aangegeven in het aan te passen stedenbouwkundig plan - benodigde publiekrechtelijke medewerking wel in een bruikbare vorm zal worden verkregen. Daarbij zullen partijen dan de uitgangspunten van het stedenbouwkundige plan zoveel als mogelijk trachten te handhaven. Onder erkenning van de publiekrechtelijke verantwoordelijkheid van de gemeente, zullen partijen zich dan inspannen om onder de in de vorige volzinnen van dit artikel bedoelde omstandigheden tot een dergelijke aanpassing van de planning en/of het stedenbouwkundige plan te komen. Alsdan zal de gemeente zich tevens tot het uiterste inspannen dat de publiekrechtelijke medewerking, die benodigd is voor de uitvoering van het aldus aangepaste stedenbouwkundige plan - en de daarmee samenhangende realisering van een aangepast plan - op de kortst mogelijke termijn in een bruikbare vorm voor handen is. Artikel 8 - De verkoop van gronden in het plan 8.1. De aan CHF te leveren gronden, welke indicatief zijn aangegeven in bijlage 3 bij deze overeenkomst gehechte tekening gemerkt als: "de indicatief na te streven toekomstige eigendomssituatie", zullen door de gemeente aan de CHF worden verkocht voor een grondprijs zoals aangegeven in bijlage 9; 8.2. De levering van de in artikel 8.1 bedoelde gronden zal conform de aangegeven planning plaatsvinden. Gelijktijdig met de leveringen van de betreffende verkochte gronden zal de betaling van de verschuldigde deelkoopsom plaatsvinden, waarbij verekening plaatsvindt met de bijdragen van de gemeente voor diverse werkzaamheden. De hoogte van de deelkoopsommen van de onderscheiden verkochte gronden zal worden vastgesteld naar rato van de omvang van het oppervlak van de in de aan de orde zijnde levering betrokken gronden. De kosten wegens de levering van de verkochte gronden, alsmede de over die kosten verschuldigde omzetbelasting, zijn voor rekening van de CHF. De betreffende leveringsakten zullen worden verleden ten overstaan van een notaris, verbonden aan het advocaten- en notarissenkantoor Boonstra en Rademakers. De betaling van de (deel)koopsom(men) en van de overige kosten, rechten en belastingen vindt plaats via het kantoor van de notaris. 8.3. Teneinde de levering van de verkochte gronden een met omzetbelasting belaste levering te doen zijn zal de gemeente er zorg voor dragen dat deze gronden ten tijde van de levering ervan zijn aan te merken als bouwterrein in de zin van artikel 11 van de Wet op de Omzetbelasting 1968. Daartoe zullen in ieder geval door de gemeente "vervaardigingshandelingen" met betrekking tot deze gronden worden verricht, die noodzakelijk zijn om deze gronden als bouwterrein in de hiervoor bedoelde zin te kunnen aanmerken. 6

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 170