8
De zienswijzen treft u als bijlage 2 bij deze brief aan.
Hierna gaan wij op deze zienswijzen in.
In beide zienswij zen wordt een pleidooi gehouden voor het
hanteren van geen grotere bouwhoogten voor zover kantoren
als woningen, dan strikt noodzakelijk.
Het Bouwbesluit en de te hanteren bouwsysteemmaten zijn
maatgevend. Dat neemt niet weg, dat Tadema Project bv ons
heeft bericht, dat een reductie van de bouwhoogte van de
woningen van ca. 5 0 cm en van de kantoren van 14 cm kan
worden bereikt. Dat houdt in, dat de destijds aangegeven
maximale hoogte van 11.00 meter ter plaatse van de
kantoorgebouwen A tot en met E met bijna 2.0 0 meter wordt
overschreden, maar dat de hoogte van de tussenruimte met
ca. 3.3 0 meter - de plint - daar ver onder ligt.
Tadema Project bv heeft zich naar aanleiding van een
opmerking ter zake, tevens bereid verklaard de woningen
minder breed en iets dieper te maken, waardoor de
overschrijding van het bouwvlak, zoals opgenomen in het
toelichtende kaartje bij het bestemmingsplan "Troelstrapark
eo" opgenomen wordt beperkt tot minder dan een meter. Een
verdergaande aanpassing zou ten koste gaan van twee
woningen. De bouwaanvraag is op genoemde onderdelen
aangepast. De opnieuw aangepaste tekeningen (d.d. 01-05-03)
liggen voor u ter inzage.
Ten aanzien van de beoordeling van de architectuur
verwijzen wij naar de opmerkingen van Hüs en Hiem.
Het bouwplan voorziet niet in het bouwen van bijgebouwen
bij de woningen. De definitieve stedenbouwkundig-juridische
regeling vindt plaats via het nieuwe bestemmingsplan voor
Bilgaard
Het is aan de aanvragers van de bouwvergunning om te
bepalen of de ramen in de achtergevels van de kantoren
worden voorzien van gematteerd glas. Wij kunnen dat, gelet
op de wettelijke bepalingen ter zake, niet dwingend
opleggen en achten dat bovendien niet noodzakelijk.
Wij zien verkeerstechnisch geen noodzaak de aansluiting van
de Bilgaarderdijk op de Troelstraweg aan te passen. Wel is,
zoals wij hiervoor hebben aangegeven, de noodzaak langs de
Troelstraweg een aantal parkeerplaatsen te realiseren, door
het kleinere bouwvolume en daardoor geringere
parkeerbehoeftekomen te vervallen. De situatietekening is
daar op aangepast
Door de bewoners van Troelstrapark 10 wordt aangevoerd dat
hun woning niet door de nieuwe bebouwing wordt afgeschermd
De bewoners vrezen juist meer geluidsoverlast door
reflecties
Het is inderdaad zo dat in de geplande bebouwing een
'opening' is gecreëerd. Ondanks deze opening zal de
bebouwing voor alle woningen een geluidsreductie
veroorzaken.
9
Ook ter plaatse van de woning op nr. 10 zal een aanzienlijk
deel van het verkeerslawaai worden afgeschermd. Van een
toename van het geluidsniveau door reflecties is absoluut
geen sprake.
Bovendien merken wij op, dat ten tijde van de vaststelling
van het bestemmingsplan "Troelstrapark e.o" ter plaatse van
de woning nr. 10 precies voldaan kon worden aan de
voorkeurswaarde van 50 dB(A)De (beperkte) overschrijding
van de voorkeursgrenswaarde voor geluid had betrekking op
de meer noordelijk gelegen woningen.
De bewoners van Troelstraweg 10 vrezen, dat hun privacy
substantieel wordt verminderd ten opzichte van de huidige
situatie. Wij menen, dat er, mee gelet op de ruime afstand
tussen de woningen in het Troelstrapark en de nieuw te
bouwen woningen, niet sprake is van een onevenredige
aantasting van de privacy door de bouw van woningen in
plaats van kantoren.
Zowel het ingediende bouwplan, als het gewijzigde bouwplan
liggen voor u ter inzage.
conclusie en voorstel
Wij zijn van oordeel, dat het bouwplan vanuit het oogpunt
van een goede ruimtelijke ordening aanvaardbaar is, dat
Tadema Project bv zich in voldoende mate heeft ingespannen
tegemoet te komen aan de zienswijzen van de omwonenden en
dat er door de realisering van het bouwplan voor kantoren
en woningen geen sprake is van een onevenredige aantasting
van het woonklimaat in het Troelstrapark.
Teneinde aan dit bouwplan medewerking te kunnen verlenen is
het noodzakelijk dat een voorbereidingsbesluit ex artikel
21 WRO wordt genomen, opdat via artikel 19, lid 1 WRO
vrijstelling kan worden verleend van het vigerende
bestemmingsplan. De vigerende bestemmingsplannen zijn
namelijk ouder dan 10 jaar en dan is volgens art 19 lid 4
WRO, juncto artikel 21 WRO een voorbereidingsbesluit
noodzakelij k
Wij stellen u voor om een voorbereidingsbesluit te nemen
voor het gebied, zoals aangegeven in bijgevoegd raads
besluit en de bijgevoegde tekening.
Tevens stellen wij u voor te besluiten om de
vrijstellingsprocedure ex artikel 19, lid 1 WRO aan ons
college te delegeren.