programma afwijken van de urgentiecriteria als bedoeld in bijlage V,
3 Ten aanzien van de in het programma opgenomen voorzieningen wordt, voor zover van
toepassing, door de raad aangegeven:
a het genormeerde bedrag dat ingevolge bijlage IV, deel A voor de betreffende
voorziening beschikbaar wordt gesteld;
b het geraamde bedrag gemoeid met de uitvoering van de voorziening als bedoeld in
artikel 4, derde lid, laatste volzin;
c de voorwaarden betreffende ingebruikneming of buitengebruikstelling van gebouwen
of lokalen.
Artikel 13 Inhoud overzicht
1 Het overzicht bevat de aangevraagde voorzieningen die, gelet op het bepaalde in artikel 12,
eerste lid, niet in het programma zijn opgenomen.
2 Ten aanzien van elk van de in het overzicht opgenomen voorzieningen wordt aangegeven
waarom deze niet in het programma zijn opgenomen.
Artikel 14 Bekendmaking besluiten vaststelling bekostigingsplafond, programma en
overzicht
1 De bekendmaking van de besluiten tot vaststelling van het bekostigingsplafond, het
programma en het overzicht geschiedt binnen twee weken na de datum van vaststelling
door toezending door het college van de besluiten aan de aanvragers. Tegelijkertijd met de
bekendmaking wordt van de besluiten door het college schriftelijk mededeling gedaan aan
de overige bevoegde gezagsorganen.
2 De besluiten als bedoeld in het eerste lid worden tegelijkertijd met de bekendmaking ter
inzage gelegd.
Artikel 15 Overleg wijze van uitvoering
1 Binnen vier weken na de datum van vaststelling van het programma treedt het college in
overleg met de aanvrager over de wijze van uitvoering van de op het programma geplaatste
voorziening. In dit overleg wordt alle informatie verstrekt die nodig is voor de uitvoering
van de voorziening. Daarbij worden, voor zover van toepassing, afspraken gemaakt over:
a het bouwheerschap als bedoeld in de wet;
b het tijdstip van indiening van het bouwplan en de begroting door de aanvrager;
c een andere wijze van uitvoering van het besluit met inachtneming van het
beschikbaar te stellen bedrag;
d de wijze waarop door het college toepassing wordt gegeven aan de toetsing van het
bouwplan en de begroting, alsmede aan de toetsing in verband met wettelijke
voorschriften en nieuwe feiten en omstandigheden als bedoeld in artikel 16;
e de controle op en het afleggen van verantwoording over de besteding van de
-VI3-
beschikbaar te stellen middelen.
2 Indien het overleg betrekking heeft op de uitvoering van een voorziening als bedoeld in
artikel 4, derde lid, laatste volzin, dan geeft de aanvrager aan op welke wijze de
aanbesteding van de uitvoering zal plaatsvinden. Daarbij worden, voor zover van
toepassing gezien de aard van de voorziening, de gestelde richtlijnen als bedoeld in bijlage
IV, deel B in acht genomen.
3 De inhoud van de afspraken of de constatering dat het overleg niet tot overeenstemming
heeft geleid, wordt door het college schriftelijk vastgelegd in een verslag van het overleg
en binnen vier weken na afloop van het overleg ter kennis gebracht van de aanvrager.
Indien de aanvrager schriftelijk instemt met het verslag of binnen twee weken na ontvangst
nog niet schriftelijk heeft gereageerd, wordt, afhankelijk van de inhoud van het
vastgestelde verslag, geacht dat er overeenstemming of geen overeenstemming is bereikt.
4 Indien toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 16, vierde lid, neemt het
college binnen vier weken nadat de overeenstemming als bedoeld in het derde lid is
bereikt, een beslissing over het tijdstip waarop de bekostiging een aanvang kan nemen. Het
bepaalde in artikel 17 is daarbij van overeenkomstige toepassing.
5 Indien in het overleg geen overeenstemming als bedoeld in het derde lid is bereikt, deelt
het college binnen vier weken nadat het verslag is vastgesteld, dit schriftelijk mee aan de
aanvrager. Daarbij wordt aangegeven dat de bekostiging van de uitvoering van de
voorziening geen aanvang zal nemen.
Artikel 16 Instemming bouwplannen en begroting; tijdstip aanvang bekostiging;
toetsing wettelijke voorschriften en nieuwe feiten en omstandigheden;
overlegging offertes
Nadat de overeenstemming als bedoeld in artikel 15, derde lid is bereikt en voorafgaand
aan het verlenen van een bouwopdracht, dient de aanvrager met inachtneming van de
hierover gemaakte afspraken, de bouwplannen, de desbetreffende begroting en een
aanduiding van het tijdstip waarop de bekostiging een aanvang dient te nemen, ter
instemming in bij het college.
Binnen zes weken na ontvangst beslist het college over de instemming met de
bouwplannen en de desbetreffende begroting en over het tijdstip waarop de bekostiging een
aanvang kan nemen. Het college kan, onder mededeling daarvan aan de aanvrager, deze
termijn verlengen met drie weken. Indien niet binnen deze termijn is besloten, wordt
geacht instemming te zijn verleend met de bouwplannen en de begroting en vangt de
bekostiging aan op het door de aanvrager aangegeven tijdstip.
Binnen twee weken na de datum van de beslissing over het bouwplan, de desbetreffende
begroting en het tijdstip waarop de bekostiging een aanvang neemt, deelt het college de
beslissing schriftelijk mee aan de aanvrager.
Bij de beslissing als bedoeld in het tweede lid stelt het college eveneens vast of de feiten en
omstandigheden waarin de school verkeert ten opzichte van de feiten en omstandigheden
ten tijde van de vaststelling van het programma, al dan niet ingrijpend zijn gewijzigd. Bij
een naar oordeel van het college ingrijpende wijziging van de feiten en omstandigheden
komt de voorziening alsnog niet voor bekostiging in aanmerking.
De instemming met de bouwplannen, de instemming met de begroting, de toetsing of
voldaan wordt aan de bij of krachtens de wet gestelde voorschriften en de toetsing of er
sprake is van nieuwe feiten en omstandigheden kunnen achterwege blijven, als naar het
2
3
Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Leeuwarden
Paragraaf 2.4Uitvoering programma
aanpassingen VNG (Lbr 02/104) ledenbrief 16 augustus 2002
Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Leeuwarden
aanpassingen VNG (Lbr 02/104) ledenbrief 16 augustus 2002
-V14-