Blad 6
Het gaat daarbij om:
2 leden op voordracht van de oudergeledingen van de
beide MR's t.w. mw. J.C. Gabel, woonachtig te Winsum
(Friesland) en dhr. E. Slot, woonachtig te Wirdum/
Leeuwarden;
1 lid op voordracht van de gezamenlijke
personeelsgeleding van de MR's t.w. mw. I. van der Wiel
woonachtig te Tzummarum;
1 lid op voordracht van het College van B&W van de
gemeente Leeuwarden t.w. mw. H.J. de Haan-Laagland
woonachtig te Leeuwarden;
1 lid op voordracht van de gemeente Franekeradeel t.w
de heer D. Vroonland woonachtig te Franeker
Wij stellen u voor met voornoemde voordrachten in te
stemmen.
c. De onderwijsorganisatie en het functiebouwwerk.
De nieuwe school kan onderwij skundig goed functioneren in
de in het rapport omschreven organisatiestructuur en met de
reguliere personele middelen. Personele gevolgen voor het
zittend vast personeel zijn er niet. Iedereen kan worden
benoemd in de nieuwe school omdat deze minimaal evenveel
formatie heeft als de beide afzonderlijke scholen in de
oude situatie; het aantal leerlingen is - ook op termijn-
stabiel rond de 120 leerlingen.
d. De huisvestingssituatie.
In Leeuwarden zal gewerkt worden met 7 groepen en in
Franeker met 3 groepen. De huidige locatie van de Van
Voorthuijsenschool dient te worden uitgebreid met één
leslokaal t.b.v. de V.SO-leerlingen.In anticipatie
hierop heeft uw Raad in december 2002 op voorstel van ons
College reeds een positief besluit terzake genomen bij de
vaststelling van het onderwijshuisvestingsprogramma 2003.
e. Financiën en materiële zaken:
e1.Algemeen.
Wat betreft de financiële en materiële zaken is er een
startsituatie voor de nieuwe school gecreëerd. In het
fusierapport is aangegeven met welke budgetten de school
start en wat de staat van onderhoud is en de materiële
voorzieningen zijn. Het Rijk garandeert in de nieuwe wet
een bekostiging voor een hoofd-nevenvestigingsschool met
ingang van 1-8-2003 op minimaal hetzelfde niveau als in de
situatie met de twee afdelingen op 31-7-2003.
In aansluiting hierop merken wij het volgende op.
Blad 7
Bij de overdracht van een instituut van het ene
schoolbestuur aan het andere schoolbestuur, neemt het
nieuwe schoolbestuur in principe alle lusten en lasten
over. Dit wil zeggen de balanspositie inclusief eventuele
nog niet bekende mee- en tegenvallers. Dit neemt niet weg,
dat op het moment van overdracht een beoordeling van de
financiële situatie noodzakelijk is.
Gelet op het feit, dat er sprake is van overdracht aan een
openbare stichting is het voor de overdragende
schoolbesturen (i.e. de gemeenten) van belang dat het
nieuwe schoolbestuur 'op eigen benen' kan staan. Met name
de gemeente van hoofdvestiging blij ft een financieel belang
houden ten aanzien van de exploitatie van de stichting.
Indien een stichting door uw raad wordt opgelegd te
exploiteren binnen de rijksvergoedingen en dit onverhoopt
niet (meer) lukt, zal zij in het uiterste geval een beroep
kunnen doen op de gemeente voor het beschikbaar stellen van
extra middelen. Dit financieel belang van de gemeente komt
tot uitdrukking in het wettelijk vastgelegde begrotings- en
rekeningstoezicht op het schoolbestuur.
Naar aanleiding van het bovenstaande is met betrekking tot
de bestuursoverdracht van de Van Voorthuijsenschool door de
bestuurscommissie Proloog een onderzoek ingesteld naar de
verwachte exploitatieresultaten voor de komende tien jaar.
Uit dit onderzoek komen twee knelpunten naar voren, te
weten de kosten voor Administratie, Beheer en Bestuur (ABB)
en de onderhoudskosten van het gebouw van de Van
VoorthuijsenschoolVoor de overige onderdelen worden geen
budgetproblemen of overschotten verwacht
Door de bestuurscommissie Proloog wordt voorgesteld voor de
ABB-taak ten behoeve van de kosten van een halve
formatieplaats bestuursondersteuning gedurende vijf jaar
naast de rijksvergoeding een gemeentelijke vergoeding mee
te geven van 22.000,--. Van dit bedrag komt (op basis van
een verdeling naar rato van de leerlingenaantallen)
15.000,-- voor rekening van Leeuwarden en 7.000,-- voor
rekening van Franekeradeel. Voor het verwachte tekort op de
onderhoudskosten wordt voorgesteld een éénmalige vergoeding
van 45.600,-- te geven.
Tevens wordt voorgesteld beide posten binnen de begroting
van de bestuurscommissie Proloog op te vangen. Met
betrekking tot deze voorstellen merken wij het volgende op.
e.2.Vergoeding ABB.
Op grond van de Wet "Overgangsregeling kosten
administratie, beheer en bestuur verzelfstandiging
onderwijs" is het gemeenten mogelijk gemaakt bij
verzelfstandiging van het bestuur voor het openbaar
onderwijs (een openbare stichting) aan het nieuwe bestuur
gedurende vijf jaar, naast de rijksvergoeding voor ABB, een
extra vergoeding te verstrekken.
