1. Inleiding
Deze rapportage geeft de stand van zaken weer van de
uitwerking van de maatregelen die het college van B&W van
Leeuwarden heeft genomen als gevolg van de bezuinigingen
die het rijk eind 2 002 heeft doorgevoerd op het terrein van
de gesubsidieerde arbeid.
Het Kabinet Balkenende-I heeft eind 2002 omvangrijke
bezuinigingen doorgevoerd op het terrein van de
gesubsidieerde arbeid in casu de Wiw- en ID-banen.
Landelijk en vanuit macro perspectief bezien moet het
aantal ID-banen teruggebracht worden van 60.000 naar 45.500
en het aantal Wiw-dienstbetrekkingen van 31.000 naar
27.000. De bezuinigingen hebben een zodanige omvang dat de
gemeente Leeuwarden deze niet kan opvangen zonder nadere
maatregelen te treffen.
Het college van B&W heeft als gevolg hiervan op 17 december
2002 (Nota nr. 28684) en op 4 februari 2003 (Nota nr. 2416)
besloten tot het nemen respectievelijk heroverwegen van een
aantal maatregelen per 2003.
Instroomstop
Voor zowel de Wiw-dienstbetrekkingen als de ID-banen is er
per 1 januari 2 003 een instroomstop afgekondigd. De
instroomstop in de Wiw-dienstbetrekkingen geldt niet voor
de doelgroep in het kader van de wettelijk verplichte
sluitende aanpak jongeren en voor personen voor wie een
terugkeergarantie geldt. Op basis van de Wiw-
subsidiebeschikking is de omvang van het aantal Wiw-
dienstbetrekkingen vastgesteld op 325 ultimo 2003.
Beperking loonkosten- en organisatiekostensubsidie
Voor de ID-banen is besloten dat met ingang van 1 april
2003 de loonkostensubsidie aan werkgevers wordt beperkt
tot 90% per ID-werknemer en de organisatiekostensubsidie
wordt afgeschaft.
Reductie aantal ID-banen
Het aantal ID-banen moet aan het eind van het jaar 2 0 03
zijn teruggebracht van 743,6 tot 600. Deze teruggang met
ruim 14 3 banen moet grotendeels worden gerealiseerd door
deze banen om te zetten in regulier betaalde banen. Grote
ID-werkgevers hebben in dit verband de
inspanningsverplichting op zich genomen 25% van het aantal
ID-werknemers uit te laten stromen naar regulier betaalde
arbeid. Teneinde dit proces te ondersteunen heeft de
gemeente twee procesmanagers aangetrokken die samen met de
werkgevers mogelijkheden tot uitstroom naar regulier werk
nagaan, daarover afspraken maken en deze ter accordering
voorleggen aan de gemeente. Werkgevers kunnen een beroep
doen op rijkssubsidies om uitstroom naar regulier werk te
premiëren. Tot slot is er een frictiebudget van 300.000
beschikbaar gesteld voor het opvangen van incidentele
knelpunten
3
