JAARVERSLAG GEMEENTE LEEUWARDEN JAARVERSLAG 2002 wel meldingen binnen van overlast van drugsverslaafden en prostituees in de omgeving van de Klanderij en de Tulpenburg. Daarom is in dit gebied extra toezicht gehouden door politie en stadswachten en zijn fysieke maatregelen genomen met een positief effect. In de binnenstad was er overlast op het dek van de garage Hoeksterend, in de Heere straat e.o. en in de Amelandsstraat e.o. De Politie heeft daar intensief verbaliserend opgetreden. De problemen hebben zich echter deels verplaatst en zijn deels nog aanwezig. Eind 2002 werd een onderzoek gestart naar de aard en omvang van de groep dak- en thuislozen. Medio 2003 worden de resultaten hiervan verwacht. In 2002 werd de Regiovisie voor maatschappelijke opvang en vrouwenopvang vastge steld. In 2003 zal deels uitvoering worden gegeven aan de in deze visie voorgestelde beleidsmaatregelen. Om overlast meer integraal te kunnen aanpakken is eind 2002 gestart met de voorbereiding van het meldpunt overlast. Op 11 november 2002 gaven 13 organisaties in bijzijn van minister Remkes hun medewerking hieraan. Dit meldpunt treedt in februari 2003 in werking. De gemeenteraad heeft structureel een bedrag van 150.000,— uitgetrokken voor een gebruiksruimte voor verslaafden. Voordat deze er komt is nog aanvullende financiering van andere partijen nodig. 5.2.5. ZORG EN OPVANG u Regiovisie Ambulante verslavingszorg in Fryslan Op grond van de Welzijnswet krijgt Leeuwarden, als centrumgemeente voor de ambulante verslavingszorg in de pro vincie Fryslan, geld van het rijk. Over de besteding van deze middelen voert Leeuwarden overleg met de andere Friese gemeenten. In Fryslan is één instelling actief op het gebied van de ambulante verslavingszorg: de Dr. Kuno van Dijk- stichting. Met deze instelling sluit de centrumgemeente jaarlijks een uitvoeringsovereenkomst. In 2002 is de regiovisie Ambulante verslavingszorg provincie Fryslan vastgesteld. In deze visie wordt prioriteit gelegd bij de ontwikkeling van georganiseerde zorg dichtbij de verslaafde en een verhoogde inspanning in de preventieve sfeer. De visie is een eerste stap op weg naar een integrale visie over verslavingsbeleid in onze provincie. Bestuurlijk gezien past de regie van de ambulante verslavingszorg vanuit een centrumgemeente niet goed in de ontwikkeling naar inbed ding in lokale zorgstructuren. De verantwoordelijkheid voor de lokale inbedding van de ambulante verslavingszorg zal bij de betreffende lokale overheid moeten komen te liggen, waarbij onderlinge afstemming een taak van de regio kan zijn. Verslavingszorg Recent onderzoek in de provincie Fryslan en de gemeente Leeuwarden toont aan dat ongeveer 1,5 van de bevol king harddrugs gebruikt: ruim 800 personen, waarvan de helft in Leeuwarden leeft. Een 10% van de Leeuwarders vindt dat drugsoverlast het meest voorkomt in eigen woonbuurt. Voor de Friese bevolking ligt dat gemiddeld op 5%. Overmatig drankgebruik komt, afhankelijk van de leeftijd, voor bij 6 tot 15 van de bevolking in Fryslan: dat is voor Fryslan ca. 4000 personen. In Leeuwarden zegt 9% van de inwoners vaak last te hebben van dronken mensen op straat: het landelijke gemiddelde hiervoor ligt op 8%. In 2001 waren er bij de dr. Kuno van Dijkstichting 1160 mensen in behandeling voor alle verslavingsoorten samen; dat is 1,84 personen per 1000 inwoners. Hiervan wonen er 379 in deze stad en dat is 4,25 personen per 1000 inwo ners. In 2002 stijgt dit cijfer naar 5,14 per 1000 inwoners. Voor Leeuwarden zijn de aantallen cliënten voor de dr. Kuno van Dijkstichting als volgt: 2000 2001 harddrugs 184 212 alcohol 123 126 cannabis 16 15 overige middelen 4 4 gokken 23 22 totaal 350 379 2002 240 180 17 4 26 457 (bronnen: Feitenblad Genotmiddelen van Quo Fadis, nov. 2001; Kengetallen gemeenten Friesland van de dr. Kuno van Dijkstichting, maart 2002) Regiovisie Maatschappelijke opvang en Vrouwenopvang in Fryslan Ook op het terrein van de maatschappelijke opvang en vrouwenopvang is een regiovisie vastgesteld. Alle 31 gemeen ten in Fryslan onderschrijven de in de visie uitgezette beleidslijnen. Net als bij de verslavingszorg wordt uitgegaan van de plaatselijke hulpvraag, preventie en het vroegtijdig bieden van hulp door gebruik van netwerken en aansluiting bij bestaande plaatselijke hulpverlening. Door de centrale overheid is in 2002 ten behoeve van de maatschappelijke opvang en vrouwenopvang ruim 800.000 beschikbaar gesteld. Met dit geld worden de knelpunten bij de opvanginstellingen, zoals werkdruk, hoog ziekteverzuim en achterstallig onderhoud in de accommodatie aangepakt. Binnen de vrouwenopvang wordt het extra geld benut voor de opvang van jeugdige prostituees, bekend onder de naam Asja. Ook wordt extra geld ingezet voor van de ontwikke ling van de ambulante hulpverlening aan vrouwen en hun kinderen. Verder wordt een deel van het extra geld benut om de implementatie van de regiovisie ter hand te nemen. De hoofdpunten die in dit kader de komende jaren uitgewerkt worden zijn: het voeren van regie op de sociale infra structuur, betere preventie, beter zicht op de omvang en aard van de doelgroep, betere coördinatie: zorgcoördinatie en casemanagement, betere registratie en deconcentratie van voorzieningen. Net als bij de totstandkoming van de regio visie, komt ook de implementatie op integrale en interactieve wijze tot stand. Bij het uitvoeringsproces zijn zowel de (opvang)instellingen, als de andere gemeenten in Fryslan en de provincie Fryslan betrokken. Maatschappelijke opvang en vrouwenopvang Landelijke cijfers: Bron: Federatie Opvang (landelijke koepel) In 2001ruim 82.000 mensen gemeld bij de maatschappelijke opvang (2000: ruim 70.000) waarvan 37.500 (2000: 35.000) bij de vrouwenopvang en 44.500 (2000: 35.000) bij de crisisopvang. Situatie Friesland: Opvang mogelijk in: Terp: Wending: Blijenhof: Blijf van m'n Lijf: Asja: 132 plaatsen (mo) 23 plaatsen (crisis) 34 plaatsen (crisis) 30 plaatsen 10 plaatsen. De cijfers over 2002 zullen vergelijkbaar zijn met die van 2001De tendens is dat het aantal mensen dat een beroep doet op de voorzieningen, stijgt.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 338