Raadsvoorstel no. 137 (MZ) Onderwerp: Plan van aanpak realisering en exploitatie nieuw zwembad. Aan de raad. 1. Inleiding De oudste onderdelen van het zwembad in Wassenaar dateren uit 1956. In 1984 is de huidige configuratie gerealiseerd en heet het complex "Sterrenbad". Reeds in 1995 bleek uit een meerjaren onderhoudsraming dat er substantiële bedragen gemoeid zouden zijn met noodzakelijke en achterstallig onderhoud voor de instandhouding van het zwembad. Op 22 december 1997 besloot de gemeenteraad te laten onderzoeken of de bouw van een nieuw zwembad wellicht de voorkeur zou verdienen boven renovatie van het huidige zwembad. Hierbij is overwogen dat er niet alleen hoge onderhoudskosten waren te verwachten, maar ook dat de huidige routing in het zwembad geen optimale exploitatie toestaat en dat bepaalde knelpunten in het zwembad slechts bij nieuwbouw zouden kunnen worden opgelost. Bovendien waren er op grond van de Wet Hygiëne en Veiligheid Zwemgelegenheden investeringen noodzakelijk. Vervolgens zijn verschillende opties onderzocht en zijn verscheidene locaties waar eventueel een nieuw zwembad gebouwd zou kunnen worden, onder de loep genomen. Op 10 september 2001 besloot u te kiezen voor een nieuw zwembad op het terrein aan de Zanderij laan. Het feit dat uit een eerder onderzoek naar voren was gekomen dat de kosten voor een ingrijpende renovatie van het zwembad, zeer dicht de kosten voor nieuwbouw benaderden, lag mede aan dit besluit ten grondslag. Het uitgangspunt voor de nieuwbouw is dat de huidige configuratie gehandhaafd blijft, d.w.z. een recreatiebad, een wedstrijdbad, een therapiebad en een buitenbad. Sindsdien hebben wij ons, in samenwerking met Marktplan Adviesgroep B.V., georiënteerd over de toekomstige exploitatievorm voor het zwembad en over een plan van aanpak voor de realisering van het zwembad. 2. Exploitatievormen zwembaden Algemeen Een openbaar zwembad vervult een maatschappelijke functie. Deze functie komt onder andere tot uitdrukking in het aanbieden van leszwemmen, schoolzwemmen en via faciliteiten voor verenigingen en specifieke doelgroepen. Voorts is een zwembad een voorziening waar jong en oud dagelijks kunnen ontspannen en sociale contacten kunnen opdoen en in stand houden. Dit laatste betekent dat het berekenen van een commercieel gezien wenselijk tarief voor een toegangskaartje niet kan worden gevraagd, omdat dan minder-draagkrachtigen zouden worden uitgesloten. Inherent aan het voorgaande is dat een zwembad sec niet kostendekkend, laat staan winstgevend, geëxploiteerd kan worden, te meer omdat de investerings- en exploitatiekosten van een zwembad hoog zijn. Wat dit betreft wijkt een zwembad niet af van andere maatschappelijke voorzieningen zoals een bibliotheek, theater, sporthal of jongerencentrum. Mevrouw Vree-van Dam: Ik meen dat die discussie werd gevoerd toen het idee opkwam om het zwembad te verplaatsen naar de Mansveltkade. Tegelijkertijd ontstond de gedachte om het Rijnlands op de plaats van het oude zwembad onder te brengen. Toen vervolgens werd besloten het nieuwe bad tóch aan de Zanderijlaan te realiseren, bleef het Rijnlands gewoon op zijn eigen plek. Volgens mij hebben wij hierover al uitvoerig gesproken. De heer Topper: Daarna is hierover nog enkele malen gediscussieerd, waarbij het Rijnlands over de weg heen en weer ging. Mevrouw De Vos van Steenwijk-Groeneveld: Ik herinner eraan dat het feit dat wij op het terrein van het Rijnlands geen woningen zouden kunnen bouwen, een reden was om niet tot deze "ruil" over te gaan. Mevrouw Zweerts de Jong: Voorzitter. Tijdens deze discussie is gesproken over de projectontwikkelaar, de HOED enz. maar er is nog niets gezegd over een andere financier waarover wij het in het verleden wel hebben gehad. Ik doel op het therapiebad, waarbij zorgverzekeraars en instellingen betrokken zijn. Wordt ook daarmee nog gesproken? Wethouder Van Dijk-Staats: Ook dat traject wordt ingezet. Er wordt in de juiste volgorde met zorgverzekeraars gesproken; daarvoor schijnen goede regels te zijn opgesteld. Mevrouw Van Schie-Tusveld: Voorzitter. Graag doe ik de suggestie om na te gaan of er via Europese instellingen subsidie te verkrijgen valt wanneer combinaties als de onderhavige worden gerealiseerd. Ik heb begrepen dat er allerlei potjes zijn die niet door ons worden benut. Wethouder Van Dijk-Staats: Het is de vraag of die voor Wassenaar bedoeld zijn.... Ik weet niet over welke potjes u het heeft, maar het is altijd lastig om wat dit betreft de juiste weg te vinden en te volgen. Niettemin wordt mij door Marktplan Adviesgroep verzekerd dat hiernaar zal worden gekeken. De voorzitter: Ik constateer dat deze bijeenkomst kan worden afgesloten. Ik constateer dat de commissie nog een overzicht van de beslismomenten zal ontvangen. Bovendien zal meer informatie worden verstrekt over de exploitatie van het zwembad. Ik vraag mij verder af of het mogelijk is om een excursie te maken naar een zwembad waarmee Marktplan Adviesgroep bezig is of bezig is geweest. Wethouder Van Dijk-Staats: Dat past totaal niet in het dualistische stelsel, maar het is wèl leuk.... De voorzitter: Ik leg het de commissie voor. Wij gaan ook naar bijvoorbeeld Duinrell. Mijns inziens zouden wij ook eens naar bijvoorbeeld Dordrecht kunnen gaan om een zwembad te bekijken. De vraag rijst of men daar iets voor voelt. Zo ja, dan gaan wij daar werk van maken. De heer Gieskes: Ik heb om een overzicht van voorbeelden gevraagd. Wij kunnen zelf gaan kijken en wij kunnen ook besluiten om dat in commissieverband te doen, maar laten wij eerst dat overzicht afwachten. De voorzitter: Akkoord. Sluiting van de behandeling van dit agendapunt om 20.41 uur. 16

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 393