HOUTHOFF BURUMA
ADVOCATEN NOTARISSEN BELASTINGADVISEURS
42/51
16.6. Met betrekking tot de externe kosten geldt dat, alvorens over te gaan tot het maken van
externe kosten c.q. tot het aangaan van verplichtingen waaruit zulke externe kosten kunnen
voortvloeien, de Gemeente terzake van de aard en omvang van deze externe kosten over
leg zal voeren met GEM. Uitgangspunt daarbij is dat bedoelde externe kosten redelijkerwijs
noodzakelijk en marktconform dienen te zijn. Bij gebreke van overeenstemming terzake be
slist de hierna in dit artikel 16.6 bedoelde bindend adviseur.
Behalve op de in dit artikel 16.6 bedoelde externe kosten, is het bepaalde in devoorafgaan-
de alinea eveneens van toepassing op de door de Gemeente eventueel te maken externe
kosten als bedoeld in de artikelen 11, 12 en 13 van de onderhavige overeenkomst.
De interne kosten van de Gemeente zoals bedoeld in artikel 16.5 ten behoeve van de Loca
tieontwikkeling worden door Partijen gesteld op 50.000,= per jaar, behoudens werkzaam
heden van uitzonderlijke aard welke niet geacht kunnen worden in voornoemd bedrag te zijn
begrepen, zoals de interne kosten van engineering. Bedoelde werkzaamheden van uitzon
derlijke aard worden vooraf door de Gemeente gebudgetteerd en waar nodig gespecificeerd.
Omtrent zulke budgetten per jaar zal de Gemeente vooraf overleg plegen met GEM, tenein
de overeenstemming terzake te bereiken. Bij gebreke van zodanige overeenstemming is de
Gemeente c.q. GEM bevoegd om het desbetreffende budget te laten vaststellen door de
hierna in dit artikel 16.6 bedoelde bindend adviseur.
De bindend adviseur dient in voldoende mate onafhankelijk te zijn jegens alle Partijen en te
beschikken over kennis en ervaring op het gebied van de beoordeling van (de aard en om
vang van) (gemeentelijke) kosten en de budgettering daarvan, zoals hier bedoeld. Indien de
Gemeente en GEM binnen 14 dagen na een daartoe strekkend verzoek van één van beiden
geen overeenstemming hebben bereikt omtrent de te benoemen bindend adviseur, is de
Gemeente c.q. GEM bevoegd die benoeming te doen geschieden door de President van de
Rechtbank te Leeuwarden. Alvorens te beslissen kan de President betrokkenen horen.
De bindend adviseur beslist naar redelijkheid en billijkheid en na de Gemeente en GEM in
de gelegenheid te hebben gesteld tot het geven van een mondelinge en/of schriftelijke toe
lichting. De kosten van de bindend adviseur worden gedragen door de Gemeente en GEM
gezamenlijk, ieder voor de helft.
16.7. Terzake van bedoelde werkzaamheden van uitzonderlijke aard zal de Gemeente de aldus
vastgestelde budgetten in acht nemen.
16.8. Het in artikel 16.6 genoemde bedrag van 50.000,- per jaar, vermeerderd met BTW, zal
GEM vooraf op 1 januari van ieder kalenderjaar voldoen aan de Gemeente op basis van een
door de Gemeente aan GEM te vertrekken nota. De in artikel 16.7 bedoelde kosten, ver
meerderd met BTW, worden maandelijks achteraf op basis van een door de Gemeente te
verstrekken nota aan GEM door GEM aan de Gemeente betaald.
HOUTHOFF BURUMA
ADVOCATEN NOTARISSEN BELASTINGADVISEURS
43/51
Artikel 17. Subsidies - Locatieontwikkeling en kostenverhaal
17.1. In de Grondexploitatie zijn door derden te verstrekken bijdragen aan de ontwikkeling en
realisering van het Exploitatiegebied opgenomen (nutsbedrijven - vervoerbedrijven - onder
gronds maken hoogspanningsleidingen - Natuurmonumenten o.d.- het Deelgebied Waterrijk
openbaar vervoer/aanleg busbaan). GEM en de Gemeente zullen zich inspannen om de
betreffende bedragen te verwerven en deze bijdragen direct na ontvangst daarvan ten goe
de te laten komen aan GEM. De meest gerede partij, GEM dan wel de Gemeente, voert met
de in aanmerking komende derde het overleg om tot inning van de betreffende bijdrage te
geraken. GEM zal de door haar verworven bijdragen als bedoeld in dit artikel 17.1 aanwen
den bij de uitvoering van de Locatieontwikkeling.
17.2. Indien en voorzover terzake van de Locatieontwikkeling nog andere subsidies c.q. bijdragen
kunnen worden verkregen dan de bijdragen zoals bedoeld in artikel 17.1, spannen GEM en
de Gemeente zich in om de desbetreffende bijdragen te verkrijgen. Verkregen bijdragen
zullen dadelijk na ontvangst ten goede komen aan GEM, en - voorzover de Gemeente deze
bijdragen mocht ontvangen door de Gemeente aan GEM worden voldaan. Ontwerpver-
zoeken tot (financiële) bijdragen van derden worden door GEM opgesteld.
17.3. De Gemeente spant zich in om met betrekking tot het Exploitatiegebied te komen tot een
systeem van publiekrechtelijk kostenverhaal (onder meer door middel van een goedgekeur
de exploitatieverordening, baatbelastingmaatregelen en het nemen van een bekostigingsbe
sluit). Indien en voorzover publiekrechtelijk kostenverhaal jegens derden heeft plaatsgevon
den met betrekking tot (delen van) het Exploitatiegebied, zal de Gemeente de betreffende
verhaalde bedragen ten gunste van GEM doen komen. Realisatoren in de zin van de onder
havige overeenkomst zullen vrijgesteld zijn c.q. worden van het in dit artikel 17.3 bedoelde
kostenverhaal, aangezien de op hen te verhalen kosten geacht worden begrepen te zijn in
de kavelprijzen van Bouwkavels. Indien en voorzover publiekrechtelijk toch kostenverhaal
dient plaats te vinden jegens deze Realisatoren, zal de Gemeente de op deze Realisatoren
publiekrechtelijk verhaalde kosten civielrechtelijk aan hen restitueren, en vindt terzake ge
nerlei afdracht door de Gemeente aan GEM plaats.
Artikel 18. Nutsbedrijven en Openbaar Vervoer
18.1. GEM treedt, in verband met de aanleg van nutsvoorzieningen, rechtstreeks in overleg met
de desbetreffende nutsbedrijven of andere derden. De kosten van nutsvoorzieningen (ener
gievoorziening, telecommunicatievoorzieningen en dergelijke) behoren niet tot de Grondex
ploitatie, en dienen ten laste van de betreffende leveranciers van nutsvoorzieningen te ko
men, onverminderd de (gebruikelijke) aansluitbijdragen, die nutsbedrijven terzake van zoge
naamde huisaansluitingen van (delen van) Vastgoedprojecten in rekening brengen bij Reali
satoren of hun rechtverkrijgenden.
GEM is echter bevoegd om - in afwijking van het bepaalde in de vorige alinea - nader te
bezien op welke wijze netwerken voor nutsvoorzieningen dienen te worden aangelegd en of