Blad 14 opdrachtgever/opdrachtnemer relatie. Maar of er in het gemeentelijk cultuurbeleid plaats is voor een publieke stadsomroep op de manier waarop Mercurius die taak vervult, daarop zeg ik onomwonden ja. (De hear Posthumus (FNP): Der stiet yn de programmabegrutting dat der sprake wêze sil fan in opdrachtjouwer/opdrachtnimmer relaasje. Hoe wol de wethalder de ünófhinklikheidfan Mercurius garandeare Wethalder Van Mourik: Dy fraach hat foarige wike ek oan de oarder west. Der wie earder in diel fan de algemiene middelen yn it gemeentefuns bedoeld foar de publike en regionale omroppen. It giet om in bedrach fan 1,65 per ynwenner. Je soene sizze kinne dat in diel as bydrage fan de gemeente oan de ünófhinklike omrop Mercurius is, dat is it sjoemalistike part, en in oar part fan de bydrage bestimme je foar te ferrjochtsjen opdrachten. Op dy manier kinne je de relaasje foarmjaan en dochs de sjoemalistike ünöfhinklikheid waarboargje. De bibliotheek De bibliotheek heeft door heel goed cultureel ondernemerschap kans gezien om reserves te creëren om zelf grote investeringen te financieren. Daar verdienen ze een groot compliment voor. Aan de andere kant is bij het volgen van de verschillende culturele instellingen gewoon geconstateerd dat daar financiële ruimte zit die bij andere instellingen niet zit. Dan zou je kunnen zeggen dat het niet rechtvaardig is om in feite dat soort van goed beleid af te straffen. Aan de andere kant is het zo dat in cultuurland, en dat is een landelijk beeld, armoede troef is en dat heel veel instellingen heel graag een minimale reserve willen hebben. Dus als je die bezuinigingen ergens anders neer zou leggen dan vallen er ogenblikkelijk veel hardere klappen. Dat is een groot gedeelte van de motivering van de keuze die gemaakt is. Welke gevolgen zal dat hebben. Dat zal voor een deel binnen de bedrijfsvoering gezocht moeten worden, binnen de financiële positie van de bibliotheek, maar ik sluit ook niet uit, dat er een discussie gevoerd zou kunnen worden, waarbij of de tariefstelling aan de orde komt, of het aantal filialen, of de zondagopenstelling. Die gesprekken moeten worden aangegaan op het moment dat het uitvoeringscontract 2005 aan de orde is. De nieuwe rijksregeling voor vernieuwing van het bibliotheekwerk is gekoppeld aan bepaalde parameters. Op het moment datje als gemeente per hoofd van de bevolking beneden een bepaald bedrag per inwonende subsidieert, dan loop je als gemeente dat bedrag mis. Ik zou het een slechte zaak vinden als door een te drastische bezuiniging extern geld misgelopen wordt. Dat moeten we vermijden. De rode draad door de hele cultuurnota is het verhaal dat we onze activiteiten gelden flexibel inzetten en daarmee extern geld van de provincie, het rijk en van andere instellingen binnenhalen om het totale cultureel palet strak overeind te houden. Die redenering moetje ook volgen bij externe gelden voor wat betreft de bibliotheek. (Mevrouw De Vries (WD): Met 2 ton bezuiniging val je niet meer binnen de regeling. Dat kan beter nu onder ogen gezien worden.) Wethouder Van Mourik: De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de definitieve parameters van de regeling niet bekend zijn en nog niet uitonderhandeld zijn. Theater Romein. De PAL/GL fractie wil het subsidie geld inzetten voor een poppodium aldaar. Dat zit niet in het programma. Binnen de taakstelling van cultuur schiet u er dan een gat in. (De hear Posthumus (FNP): Is it kolleezje noch fan plan inisjativen te nimmen m.b.t. oare meartalige steden?) Wethalder Van Mourik: Wethalder Krol sil dy fraach beantwurdzje. Werk en inkomen 2 jaar geleden hadden we nog 1200 mensen op gesubsidieerde banen zitten, nu is dat ongeveer 800. Dat moet terug naar 400. Daar heeft de raad over besloten toen de expeditie werk aan de orde was. Verder is besloten dat die 400 banen gesubsidieerde arbeid nieuwe stijl voor een groep mensen zal zijn die normaal zich niet een plaats op de arbeidsmarkt kunnen verwerven. Daar zetten we het instrument gesubsidieerde arbeid voor in. Dat is een keuze die ik van harte onderstreep. Dat die transformatie opgaat die Blad 15 daarmee samenhangt, dus de getalsmatige vermindering en de kwalitatieve ombouw van de invulling van die functie, dat dat een enorme opgave is, dat zal denk ik iedereen duidelijk zijn. We zijn er met volle kracht mee bezig, maar ik heb ook bij de behandeling van expeditie werk gezegd dat ik niet kan garanderen dat dat zonder consequenties zal kunnen voor welke instelling dan ook. Denk eens een keer aan onze inspanningen alleen al om 49 stadswachten aan het werk te houden. Dat kan het gemeentebestuur nooit waarmaken. De 750 fraudemeldingen zijn gebaseerd op ervaringsgegevens van de afgelopen jaren. Daar zitten ook de hele kleintjes bij. Aan het aantal uitstaande vorderingen wordt op dit moment met man en macht aan gewerkt.. Het is inderdaad te hoog. Wat misschien nog leuk is om te vermelden, is dat de sociale recherche die de opsporing van fraude voor zijn rekening neemt de laatste 1,5 jaar gigantisch is gereorganiseerd. Die wordt nu vanuit Leeuwarden op provinciale schaal uitgevoerd. Dat brengt met zich mee dat we meer professioneel ter werk kunnen gaan. We maken gebruik van onderzoeksmethoden o.a. van het regionaal interdisciplinair fraudeteam. Ik denk dat aspect van het werk de komende jaren meer aandacht zal vragen en zal krijgen. Wethouder Krol Onderwijs Vroegtijdig schoolverlaten. Er is sprake van een aantal schoolverlaters van 95 dat constant blijft gedurende 4 jaar. U moet dat zo lezen, dat bij een gelijk aantal leerlingen van het voortgezet onderwijs, daar zijn wij vanuit gegaan, uitgaande van een stijging van het aantal risicojongeren, het aantal van 95 op zich al ambitieus is. Dus qua percentage slagen we er in om steeds meer leerlingen met een diploma de school te laten verlaten, hoewel het op het eerst gezicht lijkt dat het 4 jaar lang gelijk blijft. Daarbij moet ik opmerken dat in het kader van het MOP dat besproken is en dat nog aan de orde komt, er van ons gevraagd wordt (landelijke verplichting) dat wij het aantal vroegtijdige schoolverlaters zonder diploma met 50 terugdringen. Daar is over onderhandeld. Wij hebben gezegd dat 50% ons hoog lijkt, en dat we van 25% uit willen gaan. Deze week is bericht gekomen dat het rijk dat niet accepteert en dat ze vinden dat wij ons best moeten doen m.b.t. 50%. Daarin hebben we toegestemd, dus wij zullen proberen met man en macht dat terug te dringen tot 50%. Dagbesteding. U kent de sluitende aanpak en u weet ook dat we op dit moment die sluitende aanpak vervolgen in relatie tot de risicojongeren, We hebben daar binnenkort weer een gesprek over met de scholen van het voortgezet onderwijs plus de hulpverleners en instellingen. Dan gaat het om opvang binnen de scholen voor zolang het kan, dan gaat het over een sluisgroep die we zouden willen uitbreiden in relatie tot dagbesteding. Hoe dat moet worden gefinancierd onderzoeken we nog. Maar ik kan me voorstellen dat de provincie in relatie tot het onderzoek dat daar gedaan is daar ook een bijdrage aan levert. Ik heb in de commissie gezegd dat we ook gaan kijken naar een externe time out voorziening, hoe die er dan ook moge uitzien. In dat kader is dagbesteding een onderwerp en een onderdeel dat we niet uit het oog moeten verliezen. De claim m.b.t nieuw beleid is inderdaad hoog, maar dat moet afgezet worden tegen de wensen die er zijn in de beleidsnota 'Scholen onder dak' die door de raad is vastgesteld. Als je het dan hebt over een VMBO-locatie Piter Jelles die volstrekt verouderd is, als je het hebt over vervangende nieuwbouw van de buitenschool die nagenoeg is afgekeurd en onderwijskundig niet meer meekan, als je het hebt over nieuwbouw voor voorzieningen van Twaluk met een nog steeds groeiend aantal leerlingen, dan denk ik dat als je die scholen zou vragen wat hoog is en wat laag, dat ze vinden dat de gemeente hen uitknijpt. Dus wat dat betreft is alles relatief. Ik kan dit bedrag verdedigen in relatie tot de voorzieningen die we daarvoor terugkrijgen. Multifunctioneel Centrum.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2004 | | pagina 10