Blad 44
Er is door de brandweer een programma van eisen neergelegd, van wat men nodig heeft
om de brandweerkazerne van Leeuwarden aan alle ARBO-eisen te laten voldoen en
bovendien ook om dat gebouw dat in verval is weer goed bruikbaar te maken. Ik ben er
een paar keer geweest. Nu kan men eraan gaan sleutelen om aan de wettelijke
verplichtingen te voldoen. Maar ik ben een tijdje geleden begonnen over de
samenwerking tussen brandweer en politie. Of er niet iets gezamenlijks ondernomen kon
worden. Dat is gestagneerd om verschillende redenen. Er is nu een klein team aan de
gang om te zien of dit kan worden gerevitaliseerd. De uitkomsten heb ik nog niet. Zodra
die binnen zijn wil ik daarover graag eens met u praten om te kijken of het wel of niet
mogelijk is en als het wel mogelijk is welke financiële consequenties dat meebrengt. Een
ding staat voor mij vast. Voor die twee ton kan een aantal zaken geregeld worden. Dat
moet ook omdat die wettelijk voorgeschreven zijn. Maar een goede renovatie op het
niveau waarop het zou moeten, laat staan een echte grondige renovatie of nieuwbouw dat
kan natuurlijk nooit van dat bedrag. Ik denk dat het heel verstandig is om de twee ton die
nu in de begroting opgenomen is om die te handhaven. Ik zou het ook in de richting van
de brandweer een heel slecht signaal vinden om als wij dat zouden weghalen. Dan
kunnen wij in ieder geval wat noodzakelijke dingen voor de kortere termijn doen. Maar
binnen afzienbare tijd hoop ik met u te praten over de langere termijn. Of wij in
samenwerking met de politie alsnog tot een nieuw onderkomen voor de brandweer
kunnen komen.
(De heer Jacobse (LLP): Het probleem zit in die twee ton. Als wij dingen gaan doen die
moeten, en als wij dan over een jaar tot de conclusie komen, dat het renovatie of wellicht
nieuwbouw moet worden, zijn wij dan nu niet inefficiënt met middelen bezig? Want het is
wel een structurele last.)
U krijgt van mij nu de toezegging dat er geen investeringen worden gedaan die volstrekt
nodeloos en overdreven zouden wanneer wij over enige tijd een heel ander besluit
zouden nemen. Het gaat om dingen die op korte termijn moeten. Er zijn dingen gewoon
niet in orde in dit gebouw. Het is goed dat wij wat geld achter de hand hebben. Er wordt
heel hard gewerkt aan die studie of wij een niet wat omvangrijker plan kunnen maken. Ik
hoop daar snel met u over te kunnen praten. Het kan ook zijn dat de uitkomst daarvan is
dat het niet kan. Dan moeten wij alsnog toe naar de renovatie voor de brandweer als
gebouw alleen op de huidige locatie. Ook daar moeten wij dan over praten. Het lijkt mij
goed dat dat bedrag nu blijft bestaan. Ik zou het een slecht signaal vinden als dat
weggehaald wordt, want dan kunnen wij helemaal geen kant meer op. Ik ben echter niet
van plan, mijnheer Jacobse, om u gerust te stellen om nu uitgaven te gaan doen waarvan
je over een halfjaar zou zeggen dat het flauwekul is om zoiets te doen, omdat je het over
een andere boeg gooit. Er moeten bepaalde dingen gedaan worden. Ik moet mijn
uitgaven minimaliseren omdat ik mijn hoofd bij andere plannen heb.
De veiligheidsnota
Daar wordt aan gewerkt en die krijgt u binnenkort. Ik kan mij voorstellen dat sommigen
zeggen dat zij het graag hadden willen hebben om het in het kader van het GSB mee te
nemen. Gezien de tijd was dat niet mogelijk. Bovendien vond ik dat ik als nieuwe
burgemeester mijn accent aan die nieuwe nota mocht geven. U zult delen van wat er het
MOP staat vinden in de veiligheidsnota. U zult overigens heel veel herkennen in die
nota, maar er zullen ook nieuwe elementen in zitten. Ik weet niet wanneer de nota klaar
is. Misschien nog dit jaar, misschien volgend jaar. Een maand eerder of later maakt niet
zoveel uit als het maar een goed stuk is. Daar gaat het primair om.
(De heer Iloogterp: Ik schrik een beetje omdat u voor het tijdpad de nota al over de
jaarwisseling tilt. Zijn er dan bepaalde redenen? Eerst was het antwoord op onze vragen
dat het oktober zou worden. Bij nadere informatie bij de ambtenaren was er sprake van
oktober/november. En nu hoor ik u zeggen december/januari. Zijn daar redenen voor? Is
het niet dringend?)
Je kunt er elke dag over praten, maar ik denk dat het het beste is om een stuk ter tafel te
brengen dat voldragen is, waar alle elementen die ik er graag in wil hebben ook in zitten.
Die zijn ook serieus doordacht en daar kunnen wij een goede discussie over voeren
Blad 45
zonder dat ik iedere keer moet zeggen dat ik erop terug zal komen of dat wij het uit
zullen zoeken. Als het kan dit jaar, dan ga ik dat zeker doen. Ik ga niet langer wachten
dan noodzakelijk is. Het concept is in zeer grote delen klaar, maar u of een ander heeft
zelf bijvoorbeeld gesproken over cameratoezicht. Dat zal een onderdeel worden van die
nota. Daarvoor hebben wij vergelijkend materiaal van andere steden nodig. Daar wil ik
conclusies aan verbinden. Dat wil ik serieus en goed doen en eerlijk gezegd wat kan het
nu schelen of het nu in oktober of in december of januari komt. Het moet natuurlijk niet
midden volgend jaar komen. Maar ik wil een goed stuk voorleggen. U heeft toch liever
een goed stuk dan een half verhaal, waarvan ik zeg dat u volgend jaar nog andere nota's
krijgt?
(Maar toen u deze zomer als antwoord op de vraag wanneer de nota verwacht kon
worden antwoordde dat het oktober zou worden, toen wilde u toch ook een goed stuk
maken?)
Ja, en nu wil ik het nog beter maken. Wat is er gebeurd met het programma 'Nee, tegen
geweld' en hoe nü verder, luidde een vraag. Mede naar aanleiding van wat er 24
september gebeurd is heb ik nog eens heel goed gekeken wat er in 1997 en 1998
afgesproken is. En ook gekeken welke maatregels erna zijn getroffen. De conclusie is dat
zeer veel wat is afgesproken ook echt is gerealiseerd. Het is niet zo dat programma Nee
tegen geweld dood is en dat er nieuw leven in moet worden geblazen. Veel is
overgenomen in regulier beleid en uitgevoerd. Sommige dingen zijn klaar en af. Andere
dingen lopen door als onderdeel van regulier beleid. Het is niet dood. Dat wil ik
tegenspreken en daarmee doet u ook uzelf als raad tekort. Het is evenwel helemaal niet
slecht om van tot tijd de zaak nog eens goed tegen het licht te houden en te kijken of je
dingen kunt verbeteren.
Er is overigens ook na 2000 na de evaluatie allerlei nieuws bedacht. De politie
horecakluizen zijn erin gekomen. Recentelijk hebben wij preventief fouilleren
ingevoerd. Daar kun je verschillend over denken, maar het is wel gebeurd. Verder nog
het messenverbod. Wij gaan ermee verder. Ik ben blij vanuit de kringen van de horeca
ook geluiden op te vangen dat men ook heel graag met de gemeente, de politie en de
verslaafdenzorg aan tafel wil om te kijken waar wij nog harder aan kunnen trekken.
Want niemand wil nog een keer datgene dat anderhalve week geleden gebeurd is. Wij
willen er alles aan doen om het te verbeteren. Maar laat niet de indruk ontstaan dat het
allemaal een beetje is ingedut en dat wij hebben zitten slapen in Leeuwarden, want dat is
simpelweg niet waar.
U zult ook elementen terugvinden in die veiligheidsnota. En ik ben ook van harte bereid
om nog eens een keer opnieuw ook met de raad te spreken over al die onderdelen van dat
toenmalige programma. Om eens te kijken hoe het nu precies is gegaan en of wij
misschien nog ergens een steek hebben laten vallen.
Is de politie-inzet wel voldoende? Mijn inzet is om nooit het verwijt te krijgen dat is
gisteravond ook nog bij Omrop Fryslan gezegd dat wij iets hebben laten lopen dat wij
wel hadden kunnen doen. Dat is de inzet en dat wil ik graag met u realiseren. En ik wil
ook graag van u het commentaar daarop horen. Als wij ons gezamenlijk daarvoor
inzetten, en ik voel dat ook vanuit de raad de aandrang dat zo te doen, dan denk ik dat
wij vooruitkomen.
Mevrouw De Vries vroeg naar de celcapaciteit. Er is op dit moment één extra cel
beschikbaar. Er lopen onderhandelingen met het rijk om dat te verruimen tot drie of vier.
Maar daar is nog geen definitieve uitkomst over gekomen. Ik hoop dat het kan worden
verruimd en dat wij meer mogelijkheden gaan krijgen.
Ik kan u eigenlijk niet zoveel zeggen over de verdeling van de gelden over
maatschappelijke opvang en verslavingsbeleid. Dat is de portefeuille van wethouder
Hafkamp. Wellicht kan daar schriftelijk op een ander moment op teruggekomen worden.
Mijnheer Jacobse, ik weet niet precies waar u het over heeft betreffende de risico's bij
rampenbestrijding.U zegt dat ergens in de programmabegroting staat dat wij kwetsbaar
zijn en dat dat niet mag. Dat zou u moeten specificeren.