Blad 6
aankoop van de woning en was er voor haar dus ook sprake
van actieve risicoaanvaarding)
Opmerkingen ingediend door Nicolai, Lourens Tabak naar
aanleiding van de adviezen van de SAOZ (brieven van 7 en 19
augustus 2 0 02)
Volgens bedoelde brieven zijn de rapporten met de bedragen
van de te vergoeden schade te laag getaxeerd. Nicolai,
Lourens Tabak (NLT) wijst op het feit dat op de gronden
met de bestemming "Veemarktterrein c.a." volgens het oude
bestemmingsplan "Uitbreidingsplan Veemarkt" uitsluitend
gebouwen ten behoeve van de veemarkt mochten worden
opgericht. Volgens NLT is het ondenkbaar, dat de gebouwen
ten dienste van de veemarktfunctie een hoogte zouden hebben
van 15 m, zoals de SAOZ suggereert, met de aanvullende
werking van de Bouwverordening (overigens hebben wij
hiervoor reeds opgemerkt dat de destijds geldende
Bouwverordening uitging van een maximale hoogte van 18 m)
Naar de mening van ons college is dit een onjuiste stelling
van NLT. Er zijn heel goed gebouwen ten behoeve van de
veemarktfunctie denkbaar met een dergelijke hoogte,
bijvoorbeeld een administratiegebouw, een horeca-bedrijf of
een ander bedrijf. Dergelijke gebouwen hadden naar
redelijke verwachting ook op het Marnixveld gebouwd kunnen
worden
Bij het bestemmingsplan "Vossepark" merkt NLT op dat er
niet van een maximale hoogte van 8.8 0 m mocht worden
uitgegaan. NLT betwijfelt namelijk of gebruik kon worden
gemaakt van de vrijstelling van 10%. Deze stelling is naar
de mening van ons college onjuist. De 10%
vrijstellingsregeling is een vrijstellingsmogelijkheid die
in het bestemmingsplan is opgenomen. Het is derhalve een
bevoegdheid van ons college om een dergelijke 10%
vrijstelling, na een belangenafweging, te kunnen verlenen.
Ons college heeft bij een 10% vrijstellingsregeling een
ruime bevoegdheid. Daarom is het correct van de 8 m 10%
8.8 0 m uit te gaan.
Wat betreft de vraag van NLT waarom in de rapporten van de
SAOZ onder "Vrijstellingen ex artikel 19 WRO" niet de
expliciete bouwhoogten zijn vermeld, wijzen wij op het feit
dat in de verschillende rapporten uitvoerig wordt ingegaan
op een vergelijking van de planologische regimes.
NLT stelt meer specifiek, dat bij de taxaties van
Marnixstraat 84 en 8 8 (voormalige eigenaren) het niet
aannemelijk was dat er ten tijde van de aankoop van hun
woningen hier gebouwen zouden kunnen worden gebouwd van 15
m hoog. Om die reden is volgens NLT een verschuiving van de
afstand van 3 0 naar 22 m (Uitbreidingsplan Veemarkt resp.
bestemmingsplan Vossepark) voor deze beide verzoekers wel
schadeveroorzakendNaar de mening van ons college was het
op grond van de hierboven genoemde argumenten echter wel
mogelijk om dergelijke gebouwen te realiseren op het
Marnixveld onder het regime van het oude bestemmingsplan.
Blad 7
Wij sluiten ons daarom in dezen aan bij het advies van de
SAOZ.
NLT schrijft, dat de verzoekers met de adressen
Marnixstraat 86, 88, 90, 94 en 96 allen benadeeld worden
door vooral de vrijstellingsbesluiten van 1999. Het
Uitbreidingsplan Veemarkt hoeft eigenlijk niet meer in de
planologische vergelijking te worden betrokken. Volgens NLT
behoeft alleen een vergelijking tussen het laatste
(vrijstellingsbesluiten) en het voorlaatste (plan
Vossepark) te worden gemaakt. De SAOZ gaat er volgens NLT
verder aan voorbijdat de Beschrijving in hoofdlijnen van
het bestemmingsplan "Vossepark" bepaalt dat "de overige
bebouwing, welke op het Marnixveld gerealiseerd zal worden,
qua maatvoering dient te worden afgestemd op de
aangrenzende woonbebouwing en geen grotere hoogte dient te
krijgen dan 2 bouwlagen". Omdat na de verleende
vrijstellingen er een totaal ander beeld ontstaat verzoekt
NLT de b.i.h. van artikel 7 van het bestemmingsplan alsnog
onderdeel te laten uitmaken van de regime-vergelijking en
van de planschadebeoordeling
De stelling dat er geen vergelijking tussen het oude
bestemmingsplan "Uitbreidingsplan Veemarkt" en het nieuwe
bestemmingsplan "Vossepark" gemaakt hoeft te worden is
onjuist en zou ook ten nadele van de verzoekers kunnen
werken. Door de SAOZ is dan ook wel degelijk een dergelijke
planvergelij king gemaakt
Verder beschrijft de SAOZ terecht dat op basis van het
bestemmingsplan "Vossepark" en het daarbij behorende
inrichtingsplan op een afstand van circa 22 m van de
woningen van verzoekers en circa 17 m van de perceelgrens,
kantoorgebouwen met een maximale hoogte van 8.8 0 m zouden
kunnen worden opgericht. De genoemde passage uit de b.i.h.
bij artikel 7 van de bestemmingsplanvoorschriften doet
daaraan niet af
NLT is verder van mening, dat de SAOZ-rapporten onvoldoende
inzicht geven in de waardetoekennende gegevens, terwijl men
bovendien de waardetoekenning aan de lage kant acht
Naar onze mening is in de rapporten van de SAOZ voldoende
gemotiveerd aangegeven waarom men komt tot een bepaalde
waarde en waardevermindering. Er bestaat naar onze mening
geen aanleiding om te twijfelen aan de juistheid van de
taxaties zoals die zijn opgenomen in het SAOZ-rapporten.
In de brief d.d. 19 augustus 2 0 02 verzoekt NLT nog rekening
te houden bij een eventuele nieuwe taxatie met het feit dat
Tesselschadestraat 132 over een garage beschikt en dat hier
sprake is van eigen grond, terwijl in de omgeving veel
objecten op erfpachtgrond staan.
Volgens blz. 9 van het rapport van de SAOZ heeft de SAOZ
bij de bepaling van de waarde en van de waardevermindering
rekening gehouden met "de aard van de constructie van de
opstallen, de staat van onderhoud ervan, de ruimtelijke
indeling van de opstallen en de aanwendingsmogelijkheden"