1. Inleiding Bij bouwwerkzaamheden die geheel of gedeeltelijk buiten plaatsvinden wordt in het algemeen gebruik gemaakt van toestellen/machines die behoorlijk wat geluid produceren. De werkzaamheden zijn bijvoorbeeld nodig in verband met: - woning- en utiliteitsbouw; - baggeren; - aanleg en reconstructie van wegen (ook vaar- en spoorwegen); - sloop en verbouwwerkzaamheden; - renovatie- en onderhoudswerkzaamheden (zoals bijvoorbeeld aan kades). Het komt regelmatig voor dat burgers overlast ondervinden ten gevolge van de bovengenoemde activiteiten. De meeste overlast ondervinden zij van geluid. Het is van belang de beleidsuitgangspunten die de gemeente in dat verband al enige tijd hanteert helder en overzichtelijk in te kaderen. 2. Regelgeving Regels om dit type geluidsoverlast - met een tijdsduur van enkele weken en hooguit enkele maanden - te beperken, zijn te vinden in het in het voorwoord reeds aangehaalde artikel uit de APV. Binnenkomende aanvragen voor een ontheffing van het verbod dat in dit artikel is genoemd worden behandeld door de sector Beheer Openbare Ruimte van de dienst Stadsontwikkeling en -beheer. De taakverdeling binnen deze dienst heeft tot gevolg, dat de sector Milieu adviseert aan de sector Beheer Openbare Ruimte over de afhandeling van deze aanvragen. De sector Bouwen en Wonen komt met de geluidsproblematiek op de volgende wijze in aanraking. Artikel 4.10 van de gemeentelijke Bouwverordening heeft het kopje "Veiligheid van hulpmiddelen en het voorkomen van hinder". Ingevolge artikel 4.10.4 kan bijvoorbeeld worden voorgeschreven, dat een op een werk te gebruiken krachtwerktuig op bepaalde delen van de dag niet gebruikt mag worden. Verder biedt de Bouwverordening de mogelijkheid om bij het indienen van een bouwplan te verlangen, dat een bouwveiligheidsplan wordt ingediend en bij een sloopplan een sloopveiligheidsplan. Deze maken dan deel uit van de betreffende aanvraag en verhogen het inzicht van alle betrokken instanties. Met de sector Bouwen en Wonen is afgesproken om in voorkomende gevallen een verwijzing naar de landelijk geldende Circulaire Bouwlawaai standaard op te nemen. Bij het verschijnen daarvan in 1981 was de doelstelling om te komen tot een uniform beoordelingskader voor bouw en sloopwerkzaamheden. Als toetsingsnorm voor de geluidsbelasting op de gevels van woningen is voor de dagperiode een equivalent geluidsniveau van 60 dB(A) de geldende norm. Indien de werkzaamheden van relatief korte duur zijn, dat is minder dan een maand, geldt een hogere toetsingsnorm, namelijk van 65 dB(A). De tijdsduur van de werkzaamheden wordt dus mede van belang geacht voor de acceptatie van de geluidsbelasting en voor de normering die zou moeten gelden. Daarnaast kan erop worden gewezen, dat er wettelijke toegestane maximale bronvermogens voor verschillende machines zijn. Deze zijn voor bijvoorbeeld sloophamers, aggregaten, kranen, grondverzetmachines etc. opgenomen in de Regeling geluidproductie bouwmachines van 10 februari 1994. Geluid bij tijdelijke werkzaamheden

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2004 | | pagina 365