4
4
4
Artikel 14
Inkomstenvrijlating
1. De uitkeringsgerechtigde die arbeid in deeltijd heeft of aanvaardt,
waarmee een inkomen wordt verworven dat minder bedraagt dan de voor de
uitkeringsgerechtigde van toepassing zijnde norm, kan in aanmerking
komen voor vrijlating van inkomsten uit arbeid zoals bedoeld in artikel
31, lid 2 onder o, van de wet.
2Het college stelt beleidsregels op over de voorwaarden ten aanzien van
de doelgroep welke wordt bedoeld in het eerste lid van dit artikel, het
percentage en het maximumbedrag.
Artikel 15
Activeringspremie
1. Het college kan aan de personen, bedoeld in artikel 1, een
activeringspremie toekennen.
2Het college kan beleidsregels opstellen over de doelgroepen, de hoogte
van de activeringspremie alsmede de voorwaarden waaronder deze wordt
verstrekt
Artikel 16
Overige vergoedingen
Het college kan een vergoeding verstrekken voor kosten die gemaakt zijn in
het kader van de arbeidsinschakeling en stelt daartoe beleidsregels op.
Artikel 17
Uitvoering
1. Het college draagt zorg voor de uitvoering van deze verordening.
2Het college zal ter uitvoering van deze verordening nadere beleidsregels
opstellen.
3Het college kan,indien de toepassing van bepalingen in deze verordening
in de individuele situatie tot grove onbillijkheden leidt, afwijken van
het gestelde in deze verordening.
Artikel 18
Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als "Reïntegratieverordening"
Artikel 19
Verantwoording
Het college legt jaarlijks verantwoording af aan de raad over de uitvoering
van deze verordening.
Reïntegratieverordening Wet Merk en Bijstand
Artikel 2 0
Inwerkingtreding
1. Deze verordening treedt inwerking op 1 januari 2005.
2Voor kunstenaars treedt deze verordening inwerking op een door het
college nader te bepalen tijdstip.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 11 oktober 2004.
voorzitter
griffier
Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand