Daarbij kan de assistentie worden ingeroepen van de Begeleidingscommissie
vemieuwingsimpuls (zie aanbeveling 15). Aan de bekende valkuil van detaillisme kan
in elk geval wat worden gedaan door een goede ambtelijke klachtenvoorziening voor
burgers te organiseren, zodat raadsleden met een gerust hart kunnen doorverwijzen.
Over het functioneren van deze klachtenvoorziening moet jaarlijks
in het burgerjaarverslag worden gerapporteerd, zodat de raad langs die weg de vinger
aan de pols kan houden.
8 Maak werk van een zorgvuldige informatieverstrekking aan de raad
Het college van burgemeester en wethouders heeft - samen met het ambtelijk apparaat -
een belangrijke voorwaardenscheppende verantwoordelijkheid voor het goed
functioneren van de raad en van de individuele raadsleden. Deze verantwoordelijkheid
betreft in het bijzonder de kwaliteit van de raadsstukken en de beleidsrelevantie van de
te verstrekken informatie. Het is zaak dat de raad en het college daar expliciete
afspraken over maken om de verwachtingen over en weer te verhelderen en vast te
leggen. De griffier heeft een belangrijke adviserende taak. Het raadspresidium moet
raadsstukken die niet voldoen aan expliciet te formuleren eisen terug kunnen verwijzen.
Het gaat niet om méér stukken, maar om betere.
9 Schep faciliteiten voor scholing en training van raadsleden
Ook het scheppen van goede faciliteiten voor scholing en training van raadsleden is een
belangrijke taak van het college. Het ligt op de weg van het raadspresidium om hierin
initiërend op te treden. Cultuurverandering gaat niet vanzelf. Overigens hebben ook de
politieke partijen hierin een belangrijke taak. Overleg met deze partijen op lokaal niveau
is noodzakelijk. Bewerkstellig een herstart van het dualiseringsproces .Het
dualiseringsproces vergt op lokaal niveau een doordachte veranderingsstrategie, zodat
alle betrokkenen goed kunnen inspelen op de nieuwe situatie en op elkaar. Daarom is er
meer processtunng nodig. Verder is het belangrijk dat allerlei bewuste en onbewuste
beelden en verwachtingen van de dualisering bij de lokale spelers expliciet gemaakt
worden. Dit vergt explicitering van de verantwoordelijkheden van (10) de burgemeester
en (11) de waarnemend raadsvoorzitter, (12) versterking van de samenwerking tussen
deze beide functionarissen, (13) verduidelijking van de rol van het raadspresidium en
(14) de raadsgriffier en vereist verder (15) een steviger positie van de
Begeleidingscommissie voor de vemieuwingsimpuls, (16) een expliciete rol van de
Commissaris van de Koningin en (17) een zorgvuldige afweging met betrekking tot de
invoering van de gekozen burgemeester.
10 Geef de burgemeester de rol van stimulator en arbiter
Er is tot nu toe verzuimd een duidelijke procesverantwoordelijkheid op lokaal niveau te
definiëren en een gezaghebbende functionaris met die verantwoordelijkheid te belasten.
Dit heeft in heel wat gemeenten tot onduidelijkheid en verwarring geleid. Enerzijds
omdat in sommige gemeenten teveel spelers zich als procesbegeleider gingen gedragen
en anderzijds omdat zich in andere gemeenten soms geen enkele speler als zodanig
aandiende. In beide gevallen is sprake van een diffuse verantwoordelijkheid en dat is
fnuikend voor zowel het enthousiasme als de daadkracht die onontbeerlijk zijn voor elk
veranderingstraject. Regelrechte patstellingen tussen raad en college zijn hiervan in
sommige gemeenten het gevolg. De burgemeester moet deze rol van procesbegeleider
op zich nemen. Dat past bij zijn wettelijke zorgplicht voor een goede gang van zaken in
de gemeente. De minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties dient
hem officieel als zodanig aan te wijzen. De burgemeester moet het initiatief nemen bij
de ontwikkeling van een lokale veranderings-strategie en de verwachtingspatronen van
de lokale spelers 'boven water halen'. Hij behoeft bij zijn rol van procesbegeleider de
ondersteuning van de waarnemend raadsvoorzitter, de raadsgriffier en de op landelijk
niveau opererende Begeleidingscommissie voor de vemieuwingsimpuls.
11 Versterk het profiel van de waarnemend raadsvoorzitter als hoeder van de raad
Veel gemeenteraden benoemen als vanzelfsprekend het oudste raadslid tot waarnemend
raadsvoorzitter. Dat moet veranderen, want deze functionaris dient in een positie
30
gebracht te worden om met voldoende gezag de raad goed voor het voetlicht te brengen
in het interne samenspel met het college. Daartoe moet de waarnemend raadsvoorzitter
gaan optreden als voorzitter van het raadspresidium en namens de raad de griffier
aansturen. De minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties dient in
overleg met de Begeleidingscommissie voor de vemieuwingsimpuls (zie aanbeveling
15) het gewenste profiel op te stellen.
12 Bevorder een goed samenspel tussen de burgemeester en de waarnemend
raadsvoorzitter.
Als 'hoeders' van respectievelijk het college en de raad hebben de burgemeester en de
waarnemend raadsvoorzitter een essentiële rol bij de samenwerking op niveau tussen
deze beide organen. Een sterke raad en een sterk college vormen een voorwaarde voor
een geslaagde dualisering.
13 Geef het raadspresidium de regie over het proces van de raadsvergadering
Het raadspresidium moet bevorderen dat de raad als een politieke arena functioneert
waarin het inhoudelijke debat plaatsvindt tussen raad en college langs de lijnen van de
diverse politieke stromingen. Bij deze belangrijke ondersteunende rol van het presidium
past een laag politiek profiel en een gerichtheid op het scheppen van goede
voorwaarden voor het functioneren van de raad als geheel. Een presidium onder
voorzitterschap van de waarnemend raadsvoorzitter met als leden de
commissievoorzitters en de burgemeester en met de raadsgriffier als adviserend lid
voldoet optimaal aan deze eisen. De gemeenteraden zijn verantwoordelijk voor de
realisering van een raadspresidium in deze zin.
14 Maak de griffier de onafhankelijke 'vraagbaak' van de raadsleden
De griffier moet in staat zijn de rol van vraagbaak en klankbord te spelen voor de
raadsleden bij de ontwikkeling van hun rol in het gedualiseerde systeem Een
onafhankelijke positie is daarbij van essentieel belang, zowel in rechtspositionele als in
politieke zin. Dit houdt in dat de griffier geen ambtelijke nevenfunctie dient te vervullen
in dezelfde gemeente en zich niet in politiekinhoudelijk vaarwater moet begeven. In
kleinere gemeenten die zich geen full time griffier kunnen veroorloven is het heel goed
denkbaar om de griffier te 'delen' met een andere gemeente. Een voordeel hiervan is -
naast de zojuist genoemde onafhankelijkheid - dat ook kleinere gemeenten kunnen
beschikken over een gespecialiseerde griffiersfunctie. De griffie moet klein blijven. Te
denken valt - naast het specifieke logistieke werk - aan een kwart formatieplaats in
kleine gemeenten tot twee formatieplaatsen in de grootste gemeenten. Een grote griffie
wordt eerder een wig dan een scharnier tussen college en raad.
15 Vernieuw en verstevig de positie van de Begeleidingscommissie
vernieuwingsimpuls
De rol van de huidige Begeleidingscommissie voor de vemieuwingsimpuls moet door
de VNG met steun van de verantwoordelijke minister worden vernieuwd en
geïntensiveerd. De commissie moet in samenwerking met de minister zorgen voor een
periodieke monitoring van de voortgang van het dualiseringsproces (zie ook
aanbeveling 6). De commissie moet zich niet bezig houden met initiatieven die geen
betrekking hebben op dualisering en ook de website dient daarvan te worden
geschoond.
16 Geef de Commissaris van de Koningin een rol bij het herstel van vastgelopen
verhoudingen
Gebleken is dat sommige gemeenten vastlopen in het dualiseringsproces. Veelal zal
overigens een combinatie van oorzaken daaraan ten grondslag liggen. Het past bij de rol
van de Commissaris van de Koningin om in dergelijke situaties op te treden en nieuwe
openingen te forceren.
31